Door
Kirsten Dorrestijn
Redacteur Vogels
Geplaatst op 30 oktober 2023
Mark Bakkers en Ruben Hoogeveen hebben een kleinschalige kwekerij-aan-huis met 150 soorten: ‘Goede Planten’. Ze verzenden de planten na online bestellingen per post, of mensen komen ter plekke langs om ze uit te kiezen. In dat geval geven de mannen een rondleiding door hun natuurvriendelijk ingerichte tuin, om inspiratie te bieden. Mark: “Door de hoogteverschillen en variatie in onze tuin, kunnen mensen meteen de natuurlijke groeiplek van planten zien, in de schaduw of de zon.”
Vier jaar geleden kochten Mark en Ruben een vervallen kooikerswoning in Haarsteeg, een lintdorp in het buitengebied van ‘s-Hertogenbosch. Het huis renoveerden ze en in de tuin verwijderden ze de woekerende braam en zevenblad om hem om te toveren tot een bloeiende oase voor vogels. De dichtgegroeide vijver schoonden ze op, waardoor de ijsvogel er nu af en aan vliegt. In de winter foerageren er grote gele kwikstaarten en witgatjes bij de vijver. In de 4000 vierkante meter grote natuurtuin broeden 32 soorten vogels, waaronder steenuil, torenvalk, grauwe vliegenvanger, spotvogel en grote en kleine bonte specht. Tijdens de trektijd maken er nog zo’n tachtig andere soorten een tussenstop.
Mark experimenteert al lange tijd met het kweken van planten (‘met veel trial and error’) en leest in zijn vrije tijd veel over natuur. Het kweken begon serieuzere vormen aan te nemen toen de mannen hun eigen tuin wilden vullen met inheemse planten. Via Marktplaats verkochten ze het overschot, en op bijzondere soorten kwamen mensen uit heel Nederland af.
De mannen runnen hun kwekerij en natuurtuin naast fulltime banen als respectievelijk arts en onderzoeker. Het publiek dat op de natuurtuin en ecologische kwekerij afkomt, is heel divers, volgens Ruben en Mark. Van mensen die al heel veel over planten weten en specifieke soorten zoeken, tot jonge stelletjes met een nieuwbouwhuis die hun tuin natuurlijk willen inrichten. Ruben: “Er komen hele leuke mensen op af.”
In de volle zon, vlakbij het terras, bloeien knoopkruid, rolklaver, grasklokjes, zeepkruid en grote centauri. Het gonst er van de insecten. Ook een ander gedeelte van de tuin is ingericht als bloemenweide, met Koninginnekruid, grote kaardebol en grote pimpernel (“daar eten de puttertjes van”). Mark: “Als je vogels in de tuin wilt, begint het met het neerzetten van de juiste, inheemse planten. Dat is de basis. Die planten trekken veel insecten aan, die op hun beurt als voedsel dienen voor vogels. Ook leveren ze zaden waar vinkachtigen dol op zijn.”
In het dieper liggende gedeelte van de tuin rolt Mark een stronk dood hout opzij. Het krioelt er van de wormen en duizendpoten, en er schuilen drie kleine watersalamanders onder. Al het dode hout in de tuin van Mark en Ruben is afkomstig van takken die na storm overbleven. Hiermee maakten ze takkenrillen waar roodborstjes en winterkoninkjes graag verblijven, net als egels en muizen (voedsel voor de steenuiltjes!).
De visloze vijver die Mark en Ruben aanlegden, zat binnen één seizoen propvol met salamanders, waaronder de kleine watersalamander en de kamsalamander. In het kronkelende stroompje dat werd gegraven voor watercirculatie van de andere grote vijver, badderen dagelijks zanglijsters, gaaien en appelvinken. Ruben: “En als je ziet hoeveel libellen en waterjuffers er meteen vlogen nadat we de vijver hadden aangelegd…”
Midden in de tuin, maar met behoud van de zichtlijn vanuit het huis naar de oude eendenkooivijver van Staatsbosbeheer, hebben Mark en Ruben een slingerende haag geplant, met voornamelijk meidoorn. Binnenkort zullen de mannen de haag gaan vlechten, waardoor hij nog veel dichter wordt. “Veel zangvogels broeden in dicht struikgewas”, vertelt Mark. “Meidoorn levert eerst bloemen, en dan bessen. De motjes en rupsen die erop leven, vormen voedsel voor vogels.” Behalve meidoorn bestaat de haag ook uit Gelderse roos, liguster, haagbeuk en sporkelhout (ook wel vuilboom genoemd – “die bloeit aan één stuk door, is belangrijk voor citroenvlinder en boomblauwtje, en de bessen trekken vogels aan”). Groenlingen blijken dol op de framboos die in de haag is aangeplant.
Mark en Ruben kweken hun planten zonder bestrijdingsmiddelen of kunstmest, ze gebruiken biologische potgrond met zo min mogelijk turf en kweken in tweedehands potjes. Ruben: “Bij tuincentra zijn de planten met insecticiden gekweekt. Als een rups een hapje van zo’n blad neemt, valt hij dood neer.” Doordat de kwekerij inheemse planten biedt, is de keus bovendien groter dan bij tuincentra en zijn de planten beter bestand tegen droogte. Ruben: “Door de grote variatie aan soorten hebben wij van februari tot november bloei in de tuin.”
Vogelbescherming heeft ongeveer dertig biologische planten geselecteerd die vogelvriendelijk zijn. Deze zijn gekweekt zonder gif en kunstmest en zijn niet genetisch gemodificeerd. Goed voor insecten en
vogels en biodiversiteit.
Maak eens een afspraak met een Tuinvogelconsulent van Vogelbescherming. Die geeft persoonlijk advies op maat over hoe je je tuin of balkon inricht. Leden van Vogelbescherming krijgen korting.