Door
Arjan Berben
Medewerker Vogelbescherming
Geplaatst op 19 april 2019
Opschalen, opschalen, opschalen. Dat is het beleid van Vogelbescherming in Afrika om vooral de trekkende landvogels te beschermen die voorbij de Sahara trekken, zoals grauwe klauwier, wielewaal, koekoek, gekraagde roodstaart en grasmus.
Een aantal jaar geleden voerden we samen met onze Afrikaanse BirdLife Partners projecten uit die bewezen dat het mogelijk was om zinvolle beschermingsmaatregelen voor vogels te nemen in het Sahel-gebied, een heel belangrijk gebied voor trekkende landvogels die daar overwinteren of er moeten bijtanken voor en na hun vlucht boven de Sahara. Onze projecten kregen als noemer ‘Living on the Edge’, onder meer de Postcode Loterij en onze leden steunden het ruimhartig.
Een van de manieren om te schalen was voor een lobby voor een internationaal verdrag dat de trekkende landvogels beter zou beschermen. Dat verdrag kwam er in de vorm van een actieplan, AEMLAP geheten. Zo stonden deze vogelsoorten ook op de politieke agenda. En BirdLife Partners langs de gehele trekweg kregen er een instrument mee in handen om regeringen aan te spreken op hun verantwoordelijkheden.
Een ander project van Living on the Edge was onderzoek doen naar bomen. Nederlandse onderzoekers hebben in bepaalde gebieden boom voor boom bekeken welke voor vogels interessant was. Dat bleek een beperkte set te zijn: vooral bomen waar insecten op af komen, voedsel voor veel zangvogels. Denk bijvoorbeeld aan acacia’s. Waar mogelijk proberen we nu samen met onze Afrikaanse partnerorganisaties dus vooral die bomen aangeplant te krijgen. Niet alleen bij onze eigen projecten, maar ook proberen we andere partijen te overtuigen dat ze juist deze bomen moeten hebben.
Een bijzonder belangrijke stap is nu gezet door de nieuwe samenwerkingsovereenkomst te ondertekenen met het Great Green Wall Initiative. Zo hopen we verder te kunnen opschalen: door andere organisaties ook aan de vogelboom te krijgen. Dat is natuurlijk hard nodig, want het gaat om een gigantisch gebied. Vogelbeschermingsorganisaties kunnen iets verbeteren aan de natuur in Afrika, maar we hebben méér partijen nodig die mee gaan doen. En dat kan alleen duurzaam succesvol zijn als ook bewoners profiteren van de acties.
Bomen planten in het gebied beneden de Sahara is overigens een complex fenomeen, al is de feitelijke handeling simpel. De klimatologische omstandigheden zijn dat niet: die moeten wel goed meewerken om bomen een kans te geven. Een meer succesvolle strategie is overigens die van de natuurlijke regeneratie, waarbij de bomen die in het gebied zelf groeien, geholpen worden. Wat altijd belangrijk is: een project moet in samenspraak met bewoners worden opgezet, anders graast een kudde geiten de jonge aanplant weg, of verdwijnt het hout in ovens, voordat er enig landschapsherstel heeft plaatsgevonden.
BirdLife en het Great Green Wall Initiative gaan vooral kennis uitwisselen. Dat is cruciaal, niet alleen over welke bomen er worden geplant, maar dus ook hoe je de bevolking erbij betrekt. Belangrijk voor de samenwerking is verder dat het Great Green Wall Initiative gelieerd is aan de regeringen van de betrokken landen. Daardoor kan er beter worden gelobbyed voor goed beheerde natuurgebieden en duurzaam landgebruik. Bovendien komt de mogelijkheid in beeld om daar samen fondsen voor te werven bij organisaties die alleen geld uitkeren aan landen.
De samenwerking voorziet ook in een onderdeel onderzoek. Vogels zijn goede ‘indicatoren’ van de leefomgeving. Gaat het slecht met vogels, dan is er iets mis met de natuurlijke omstandigheden, simpel gezegd. Dus het is cruciaal om in beeld te hebben hoe het met de vogels gaat, als graadmeter van de natuur. BirdLife kan helpen bij het in kaart brengen van de vogelstand. Zo kun je aantonen of natuurherstelmaatregelen succesvol zijn.
Kortom, de nieuwe overeenkomst biedt een bouquet aan kansen. De komende jaren gaan uitwijzen of de kansen worden verzilverd. Aan ons en de Afrikaanse vogelbeschermers zal het niet liggen.
En de vogels? Die zijn intussen vanuit dit gebied hard op weg naar Europa en brengen nu al of binnenkort in Nederland weer hun mooiste zang ten gehore. Soms gewoon bij u in de tuin.