Door
Paula Huigen
Medewerker Vogelbescherming Nederland
Geplaatst op 28 februari 2024
De merel behoort tot de vogelfamilie van de lijsters, vogels die de zangkunst tot in de perfectie weten te beheersen. De merels hebben een wat melancholieke zang waar we van februari tot in de zomer van mogen genieten. Het is de merelman die doorgaans vroeg uit de veren is en dan aan z’n aubade begint, al voor zonsopgang. Meestal zittend op een hoge uitkijkpost, in een boom, op een dakrand of schoorsteen bijvoorbeeld. Om zó wakker te worden, daar kan geen wekker tegen op. En voor de zon gaat slapen volgt meestal ook nog een serenade, als eerbetoon aan de afgelopen dag.
Het merelvrouwtje gaat bruin gekleed, het mannetje is zwart met een felgele snavel. Datzelfde geel komt ook nog eens in een opvallende oogring terug. Merels doen niets liever dan hippen en happen. Neem er eens vijf minuten de tijd voor. Een merel loopt niet op het gras, zoals bijvoorbeeld de spreeuw dat doet, maar ‘hipt’ met twee pootjes van de grond naar voren. Vaak een paar keer snel achter elkaar. Dan staat hij stil en kijkt waakzaam om zich heen. Is het veilig, geen sperwer of een kat in de buurt? Met een snelle beweging gaat de snavel trefzeker naar de grond en hap, daar is weer zo’n lekkere regenworm. Een favoriete hap.
Wil je de merel helpen, richt je tuin dan gevarieerd in en je hebt al snel een domein gecreëerd voor een merelpaar. Op het gazon zoekt hij naar wormen, in de borders vindt-ie slakjes, spinnetjes en andere kleine beestjes. Een (kleine) vijver met flauwe oevers verschaft drinkwater en baddergelegenheid. Dat kan in een stadstuin natuurlijk ook een platte waterschaal zijn.
In dichte heggen en struiken of in klimmers als hedera of klimhortensia vinden merels de ideale plek voor een fraai gevlochten kom die als nest dienstdoet voor meestal vier tot vijf eieren. Geregeld tref je merels ook op de open composthoop, domein van wormen en ander klein gedierte.
Fruit en bessen eten ze ook graag, als die vanaf de nazomer beschikbaar komen. Dan is het broedseizoen ten einde. Een paartje merels heeft dan twee, soms drie broedsels gehad. Maar lang niet alle nesten zijn even succesvol.
Het is eigenlijk een wonder dat we de merel van zo nabij meemaken. Zo’n tweehonderd jaar geleden was het een schuwe bosvogel die je maar zelden te zien kreeg. Langzaamaan trokken er merels naar de dorpen en steden en bleken er goed te gedijen. Er ontwikkelden zich in zekere zin twee soorten merels die ook verschillen gingen vertonen: de bosmerel en de stadsmerel. Al in 1920 werd vastgesteld dat de meeste stadsmerels in maart hun eerste nest hebben en de bosmerels in april. De stad als leefgebied beïnvloedt het merelleven op tal van manieren. De winters zijn er relatief warmer, er is meer licht en er is volop voedsel via straatafval, op voedertafels, gazons en bessenstruiken.
Stadsmerels hebben ook hun treklust vrijwel geheel verloren en overwinteren in Nederland. En de ‘voorjaarshormonen’ komen eerder op gang. Ze broeden niet alleen al in maart, het broedseizoen gaat ook langer door. De stadsmerels beginnen ook vroeger in de ochtend met zingen dan hun schuwe soortgenoten diep in het bos.
De merel is een van de talrijkste broedvogels in ons land – behalve in de echt open gebieden weet de merel zich overal wel te handhaven – al dalen de aantallen lichtjes door nog niet helemaal duidelijke oorzaken. In 2016 brak er een gemeen vogelvirus uit, het usutuvirus, dat onder meer merels trof. Bovendien volgden er de jaren daarop enkele extreem droge periodes. Wormen gaan dan diep in de grond en zijn voor merels onbereikbaar. De merelstand kreeg een flinke klap – er werden redelijk snel een derde minder merels in Nederland geteld. Gelukkig is er sinds 2020 sprake van herstel.
Vogelbescherming en Sovon Vogelonderzoek Nederland riepen 2022 uit tot ‘Jaar van de Merel’, om meer te weten te komen hoe we het beste de merel kunnen beschermen. Want we willen de merel natuurlijk wél in ere houden. Samen met jou. En heb je een tuin? Kijk dan nog eens naar de vijf tips in dit filmpje. Met de machtig mooie merel in een hoofdrol.
In deze gratis vogelcursus voor beginners leer je van Nico en Camilla in tien vogellessen veel tuinvogels en hun geluiden herkennen. Met handige tips, filmpjes en ezelsbruggetjes. Je ontvangt meteen de eerste vogelles per mail.
De Tuinvogelconsulenten van Vogelbescherming adviseren tegen een klein bedrag (leden krijgen korting) hoe je tuin vogelvriendelijk kan worden ingericht. Zelfs op het kleinste lapje is er van alles mogelijk.