Door
Hans Peeters
Natuurjournalist
Geplaatst op 28 augustus 2017
Vlak voor de hut op minder dan twee meter afstand loopt op het slik een oeverloper driftig heen weer. Nu en dan een vliegje pikkend. Dan weer staat ie stil, drukt zich plat en kijkt met een schuin oog omhoog. Onraad in de lucht?
Een witgat – officieel mag je geen witgatje meer zeggen – houdt ietsje meer afstand en staat tot enkelhoogte in het water. Wat is dat kreng beweeglijk en steeds steekt ie zijn kop onder water om een larfje of kreeftje te verschalken. Wanneer zie je nou een witgat van zo dichtbij? Ze zijn nu eenmaal schuw en schaars. Later verschijnt er ook een tweede exemplaar en een derde en … Op het hoogtepunt staan er niet minder dan zes witgatjes (witgatten krijg ik echt niet gezegd) voor de hut in de Balgzandpolder. Het zijn doortrekkers; onderweg van hun broedgebied in Noord-Oost-Europa naar het overwinteringsgebied ergens in Afrika.
Het wordt duidelijk steeds meer vloed op het wad achter de dijk. Meer en meer vogels komen over de waddendijk aanvliegen en zoeken ergens een rustig plekje om te wachten tot het weer eb wordt. Wadvogels passen hun ritme aan het getij aan en weten dat ze bij laag water op het wad een onuitputtelijke voedselbank aantreffen.
Op ongeveer tweehonderd meter van onze hut heeft zich een grote groep lepelaars van wel tweehonderd exemplaren verzameld. Helaas te ver voor onze fotolenzen. We kunnen ons geluk niet op als er zo nu en dan een volwassen vogel dichterbij komt met in zijn of haar slipstream een bedelend jong. Wat zijn jonge lepelaars vasthoudend. Ze blijven schooien om eten, totdat pa of ma de lepelbek opent en het jong zijn platte snavel naar binnen steekt. Dat gaat fel en ongecontroleerd zodat het jong met zijn snavel bijna dwars door de slokdarm van de ouder steekt.
Dit is een van de weinige vogelhutten in Nederland voor het fotograferen van wad- en watervogels. En dat niet alleen. De betonnen observatiehut (hufterproef) is ingegraven, zodat je op ooghoogte over het water en slik uitkijkt. Dit levert mooie standpunten op om te fotograferen. De hut biedt riant plaats aan twee personen. Je fotografeert vanaf een rijstzak, omdat je hier met een statief wat moeilijk uit de voeten kunt.
De Balgzandpolder bevindt zich tussen het Balgzandkanaal en het wad. Je kijkt dus niet rechtstreeks uit over het getijdengebied, maar bij opkomend hoogwater trekken de vogels de Balgzandpolder in. Houd met reserveren van de hut dus rekening met het getij. Zorg dat je een paar uur voor hoogwater in de hut zit. Afhankelijk van het seizoen is hier een palet aan wad- en watervogels te zien.
De hut verdient ****1/2 op een schaal van vijf.
Om de fotohut te bereiken parkeer je je auto bij het kijkscherm aan de Oostoeverweg. Vlak achter dit kijkscherm bevindt zich een hoogwatervluchtplaats waar het bij vloed erg druk kan zijn. Toen wij terugliepen naar de auto stonden er zo’n vijftig tureluurs, maar ook bonte en kleine strandloper, steenloper, visdief en kievit. De vogels waren druk met wassen, poetsen en slapen. Wat moet je anders als je zes uur lang verstoken bent van je eten?
Zowel vanuit de hut als van achter het scherm kijk je in noordoostelijke richting. Het licht om te fotograferen is dus bijna altijd gunstig.
Kijkscherm en hut bevinden zich aan de Oostoeverweg nabij de N99, de verbindingsweg tussen Den Helder en Den Oever. Kijk hier voor een overzichtskaart.
De hut is eigendom van Landschap Noord-Holland en niet openbaar. Reserveer tijdig.
Ga voor alle vogelkijkhutten naar www.vogelkijkhut.nl.
Op het Balgzand kun je een grote variatie aan vogelsoorten zien. Om ze te herkennen is een goede vogelgids onmisbaar. Bezoek ons winkel in Zeist of onze webshop voor een grote variatie aan de beste vogelgidsen.
Ontvang maandelijks de beste artikelen van deze site via email. Tuintips, mooie vogels, nieuws over Vogelbescherming en vogels beschermen.