Door
Wytze Brandsma
Biologisch-dynamisch melkbedrijf
“Per koe hebben we ongeveer één hectare kruidenrijk grasland, zodat we zoveel mogelijk van eigen land kunnen voeren. Onze weides zijn zeer gras- en kruidenrijk, met meer dan honderd verschillende plantensoorten. Dit is belangrijk voor de gezondheid van de koe, biodiversiteit, de bodem en de weidevogels.”
Toen zijn vader op 2 juli 2013 plotseling stierf, veranderde het leven van Wytze ingrijpend. Hij zwierf al vijftien jaar door de wereld en zou net aan de slag gaan op een biologische ananaskwekerij in Ghana. Toen woonde hij opeens weer thuis, met zijn moeder op de boerderij. Zo werd hij fulltime boer.
De natuur speelt een belangrijke rol op boerderij Brandsma's Pleats. Behalve de koeien en schapen, leven er ook vele weidevogels en hazen in het land. Op 25 hectare past Wytze uitgesteld maaibeheer toe, waar de weidevogels de tijd krijgen om hun jongen groot te brengen. Sinds 2015 heeft hij ook een plasdrasgebied, waar erg veel weidevogels op afkomen. In 2016 had hij daar al negen nesten van kievit, grutto en tureluur.
Zijn ouders boerden al sinds 1988 biologisch dynamisch en daar ging Wytze mee door. Biologisch dynamische landbouw gaat verder dan de biologische. Het is een soort bio-plus. Zo mogen koeien hun hoorns behouden en versterken ze met preparaten de grond. Bd-boeren krijgen gemiddeld 20 cent per liter meer voor de melk dan gangbare en iets meer dan biologische boeren.
De koeien van Wytze melken zichzelf. Hij heeft sinds 2006 een melkrobot, waardoor koeien zelf kunnen bepalen wanneer ze gemolken worden. Dit gaat 24 uur per dag door. Zodra de koe klaar is, gaat ze naar buiten door een selectiepoort. Afhankelijk van het tijdstip laat de poort haar naar weiland A, B of C gaan. In elk weiland krijgen de koeien een 'strip' met gras waar ze kunnen grazen. Als deze 'strip' kaalgevreten is gaan de koeien vanzelf terug naar de stal om óf eerst gemolken te worden, óf direct door te gaan naar het volgende weiland.
Wytze heeft het druk als bestuurslid van de ledenraad van Friesland Campina. Hij vindt dat de meeste boeren te veel vanuit ‘het eigen erf’ denken. Bio-boeren hebben vaak wel een bredere blik. Zijn doel is daarom ook andere boeren de goede kant op te krijgen, vooral omdat ook de maatschappij dat wil. Boerenorganisaties als de LTO en coöperaties als Friesland Campina kunnen daar beter zelf het voortouw in nemen, vindt Wytze. Dan houden ze zelf de regie. Zo zou hij het logisch vinden als we over tien jaar geen vergif en kunstmest meer gebruiken. Dan zouden alle boeren biologisch werken.