Door
Rob Buiter
Wetenschapsjournalist
Geplaatst op 2 december 2024
Vooral de kolonies van grote sterns in Nederland en Vlaanderen werden de afgelopen jaren hard geraakt. Vorig jaar was er onder andere op Texel al een kleine inhaalslag te zien, door veel relatief jonge vogels die succesvol gingen broedden. Die bescheiden inhaalslag heeft dit jaar helaas geen vervolg gekregen, zag boswachter Thomas van der Es van Staatsbosbeheer. “Op de Prins Hendrik Zanddijk zagen we weliswaar geen vogelgriep onder de sterns, maar wel relatief veel predatie door grote mantelmeeuwen. Verderop, in Utopia, leken bruine ratten de boosdoeners.”
“Wat de situatie op Texel onder andere heeft geleerd, is dat we ook gebieden waar de vogels misschien nog niet broeden, wel in goede conditie moeten houden”, zegt Van Oijen. “Toen de kolonies daar hard werden geraakt, bleken de vogels ineens massaal uit te wijken naar het nieuwe natuurgebied Prins Hendrik Zanddijk. Daar kwamen toen alsnog aardig wat jongen groot. De les is dus dat we niet alleen de rust rond de bestaande kolonies moeten bewaren, maar ook de potentiële uitwijkmogelijkheden voor de vogels op orde moeten hebben.”
Dat het dit jaar zo goed gaat met de vogelgriep is waarschijnlijk meer geluk dan wijsheid. Of het moet wijsheid zijn van het afweersysteem van de vogels. “Het lijkt erop dat onder andere de grote sterns afweer hebben opgebouwd tegen het virus”, zegt Valentina Caliendo, onderzoeker bij het Dutch Wildlife Health Center, DWHC in Utrecht. “Onze collega’s bij de afdeling virologie van de Erasmus Universiteit in Rotterdam zien inderdaad antilichamen in het bloed van onderzochte vogels. Maar”, zo waarschuwt Caliendo, “het is ook bekend dat de immuniteit tegen dit virus niet heel lang standhoudt. Het blijft dus onvoorspelbaar hoe de situatie zich de komende jaren zal ontwikkelen.”
Ondertussen kunnen mensen natuurlijk wel degelijk iets doen om de verspreiding van vogelgriep te remmen, benadrukt Van Oijen. “Of beter gezegd: we kunnen wat nalaten. Door dode vogels niet aan te raken, kun je voorkomen dat het eventueel aanwezige virus zich extra gaat verspreiden. Het melden van dode vogels bij het Dutch Wildlife Health Centre (DWHC) in Utrecht helpt bovendien om de ontwikkelingen nauwlettend in het oog te houden.”
Valentina Caliendo, van dat DWHC, benadrukt dat het uiteindelijk goed is om dode vogels ook op te ruimen, om verdere verspreiding te voorkomen. “Van bijvoorbeeld besmette slechtvalken weten we dat ze precies hetzelfde virustype bij zich droegen als dode meeuwen in de buurt. Ze blijken het virus dus op te pakken door aas te eten. Opruimen helpt dus, al is dat natuurlijk wel werk voor professionals!”
Het DWHC heeft samen met Sovon, de Erasmus Universiteit, Wageningen Bioveterinary Research, Waarneming.nl en de slechtvalkenwerkgroep ook een speciaal onderzoek lopen naar de invloed van vogelgriep op slechtvalken. “Bij de eerste uitbraak, in 2016 en 2017 zagen we al grote aantallen dode slechtvalken. Bij de uitbraak van 2020 en 2021 werd zelfs meer dan de helft van het aantal overwinterende slechtvalken weggevaagd”, aldus Caliendo. “De broedpopulatie daalde in 2021 ook met ruim 10 procent, na jaren van alleen maar stijging.”
Voor het onderzoek naar slechtvalken roept Caliendo alle vogelaars ook op om heel waakzaam te blijven op zieke en dode vogels. “Net als bij de andere soorten, zag dit jaar er ook voor de slechtvalken goed uit. Waar 80 procent van de gemelde dode slechtvalken in 2023 besmet bleek met H5N1, hebben we dit jaar geen besmettingen gevonden. Ik ben dus optimistisch, maar het blijft een onvoorspelbaar virus!”
Internationaal is de situatie rond H5N1 overigens nog steeds zorgwekkend. Waar in Nederland op het moment van schrijven van dit bericht één pluimveehouderij geruimd moest worden, en voor heel het land een ‘ophokplicht’ geldt, is bijvoorbeeld in Hongarije de situatie alarmerender. De eenden en ganzen die dit jaar vanuit de broedgebieden weer naar onze contreien kwamen, zijn vooralsnog niet massaal ten prooi gevallen aan het virus.
Van Oijen maakt zich meer zorgen over de ontwikkelingen in Noord-Amerika, waar het virus zich sinds enige tijd ook onder koeien verspreidt en inmiddels honderden veehouderijen besmet zijn geraakt. “Er zijn ook meerdere mensen geïnfecteerd, gelukkig meestal met milde ziekteverschijnselen. Hopelijk draagt deze situatie er wel aan bij dat er eindelijk structurele maatregelen genomen zullen worden. Want laten we wel zijn: alleen een structureel andere aanpak van de intensieve veehouderij kan écht een verschil maken in het voorkomen van uitbraken van nieuwe virussen.”
De situatie op Antarctica lijkt overigens, na de eerste alarmerende berichten van begin dit jaar, nog rustig te blijven, ziet Van Oijen. “Er zijn in ieder geval nog geen uitbraken gemeld in grote pinguïnkolonies op dat continent. Er komen wel slechte berichten van Marioneiland, tussen Zuid-Afrika en Antarctica. Daar broeden kolonies grote albatrossen en daar lijkt nu ook H5N1 voor te komen. Al met al, ondanks de relatieve rust bij ons, dus alle reden om alert te blijven!”
Niet eerder heeft vogelgriep zoveel slachtoffers onder wilde vogels gemaakt. Diverse kolonies grote sterns in Nederland zijn weggevaagd. Tienduizenden vogels zijn gestorven. Ook visdiefjes, eenden, steltlopers en nu ook roofvogels en ooievaars zijn slachtoffer.
Wil je meer weten over de soorten uit deze vogelles of over andere vogels die in Nederland voorkomen? In de webshop van Vogelbescherming zijn veel goede boeken, voor beginners en gevorderde kijkers, verkrijgbaar. Maar je kunt ook gewoon in onze online vogelgids kijken.