Door
Kees de Pater
Medewerker Vogelbescherming
Geplaatst op 14 september 2021
Stel je voor, het is nacht en je ziet op een open plek een lekkere muis scharrelen. Je bent een kerkuil en dus weet je wat je te doen staat. Alleen, de open plek is een snelweg. En dan kan het zomaar je laatste muis zijn als je niet snel genoeg wegkomt voor die aansnellende auto.
Stel je bent een hongerige kraai of buizerd, maar je verlangt er niet naar de volgende dag als een smakelijk hapje aan het asfalt gekleefd te zitten. Dus: hap, slik en heel snel weg, alleen met geluk overleef je de snelweg.
Stel je voor een houtsnip of spreeuw te zijn. In najaar of winter kom je uit dunbevolkte streken naar Nederland. Ruiten ken je niet. En daar zijn er hier heel veel van…
Of stel je voor dat je je als koolmees wekenlang hebt uitgesloofd met broeden en oneindig veel rupsen in wijd opengesperde snaveltjes hebt gepropt. Eindelijk, je ziet je jongen uitvliegen - rechtstreeks in de bek van de kat van de buren.
Naast auto’s, ruiten en katten kent ons land een schier eindeloze reeks door de mens geïntroduceerde vogelkillers: windmolens, hoogspanningsleidingen, cyclomaaiers, vliegtuigen, treinen… Hoeveel vogels vinden hierdoor de dood? Berekeningen komen niet veel verder dan globale schattingen, maar het gaat jaarlijks om vele miljoenen. De dood van een enkel iconisch individu haalt de pers. Zoals die monniksgier die zich in 2005 te pletter vloog tegen een trein bij de Oostvaardersplassen. Of recentelijk de zeldzame lammergier die tegen de wieken van een windmolen vloog. Ze staan symbool voor miljoenen anonieme vogellijkjes.
Natuurorganisaties richten zich meestal op behoud en herstel van hele leefgebieden voor vogels, andere dieren en planten. Zo ook Vogelbescherming. En dat is terecht, want de wereldwijde achteruitgang van de biodiversiteit is vooral te wijten aan zaken als ontbossing, intensieve landbouw, invasieve exoten, vervuiling, overbevissing en klimaatverandering.
Maar los van deze vernietiging van leefgebied zijn er dus die vele directe vogelslachtoffers. Soorten die het al moeilijk hebben, komen daardoor nog meer onder druk te staan. Om dit te veranderen is een andere mindset nodig. Zoals zo vaak begint alles met een goede planning. Een windmolenpark bouw je bijvoorbeeld niet in een vogelrijk gebied. Niet alleen vanwege het gevaar van de wieken, maar ook omdat windmolens het leefgebied zelf vernietigen. Een snelweg door een natuurgebied of weidevogelkerngebied: niet doen!
Maar daarmee zijn we er niet. Zelfs op ‘een goede plek’ kunnen windmolens nog altijd vogels doden, zoals die lammergier. Dus zijn er aanvullende maatregelen nodig om zulke slachtoffers te voorkomen, zoals via zogeheten stilstand-detectie. Meer onderzoek naar wat echt effectieve methoden zijn, is daarbij overigens nog nodig. Alleen al omdat er nog zoveel meer windparken zijn gepland vanwege de noodzakelijke energietransitie.
Ook langs snelwegen kan er van alles beter dan nu. Zoals hectometerpaaltjes voorzien van rollers waar uilen en roofvogels niet op kunnen zitten. Voor alles geldt: zoek naar (creatieve) oplossingen. Of het nu gaat om het voorkomen van raamslachtoffers door andere ontwerpen, ander glas of bestickering, of het binnen houden van katten tijdens het broedseizoen. We moeten ons daarbij laten leiden door de wil om wilde dieren te sparen.
Vogels is het tijdschrift voor onze leden, met prachtige fotoreportages en opmerkelijke verhalen. Een scala aan groot en klein nieuws, over vogels, kijk- en excursietips en nog veel meer. Word lid en ontvang
Vogels 5x per jaar.
Vogelbescherming is groot voorstander van de energietransitie, mits er voor echt duurzame oplossingen gekozen wordt. Dat betekent geen windmolens en zonnepanelen in belangrijke vogelgebieden!