Door
Theunis Piersma
hoogleraar Trekvogelecologie
Geplaatst op 1 maart 2015
Hier op de Banc d’Arguin wonen wij in barakken. Op sommige avonden schieten bij het schemeren een of twee boerenzwaluwen naar binnen. Ze gaan op een lat aan het plafond, of zelfs op een stapel boeken zitten. Uit de wind en in de beschutting van de tent brengen ze er slapend de nacht door, in afwachting van de nieuwe dag. Dat ook mensen volop gebruik maken van die ruimtes nemen deze vogeltjes op de koop toe. Wij hebben de zwaluwen aan veilige slaapgelegenheid kennelijk meer te bieden dan heel de woestijn om ons heen.
Onze Mauretaanse partners vertellen dat boerenzwaluwen vaak gebouwen binnenkomen om er de nacht door te brengen. Ze vallen dan wel eens uitgeput van hun stokje. ’s Ochtends vertrekken de vogels weer. Tegen de wind in vliegend, zo nu en dan een vliegje snappend, op de grens van woestijn en oceaan, bereiden ze zich voor op de lange reis naar het noorden. Over dik tien weken zullen ze in Nederland aankomen. De wadvogels die wij hier in kaart brengen nemen geen pauzes onderweg. Ze slapen zelfs niet tijdens de trek. Maar de zwaluwen nemen hun tijd.Wij zullen eerder in Nederland zijn dan zij. Maar als ze aankomen, dan is het lente!