Geplaatst op 17 mei 2022
“Vroeger op de boerderij was mijn vader altijd al bezig met weidevogels. Regelmatig nam hij me mee over de dijk. Ik kreeg een vogelboekje en een kijker. Er ging een wereld voor me open. Later kwam ik in contact met vogelringer Kees Terpstra, voormalig commandant van het legerkamp op Vlieland, toen gestationeerd op de legerplaats Oldebroek. Hij had daar vogels geringd en nam me mee en leidde me op tot vogelringer. Toen ik 18 jaar werd, heb ik mijn vogelringvergunning gehaald en sindsdien houd ik me er intensief mee bezig.”
“Op de boerderij groei je op tussen de boerenzwaluwen. Ze broeden in de stallen tussen de koeien. Er was nog weinig bekend over de boerenzwaluw, dus toen ik kon gaan ringen ben ik begonnen met kennis verzamelen. Ik heb inmiddels projecten opgezet in Nederland en onder andere Botswana en Zambia. Op zoek naar de slaapplaatsen van boerenzwaluwen om onderzoek te doen naar hun verblijf en overleving daar. De boerenzwaluw heeft door mijn jeugd en mijn onderzoek een speciaal plekje verworven in mijn leven.”
“Matig goed. Dat heeft te maken met de schaalvergroting in de landbouw. Vroeger werd landbouw veel kleinschaliger bedreven. Je was een hele grote boer als je zo’n 20 tot 30 koeien had. Tegenwoordig bestaat de kleine boer niet meer. Van 25 koeien kun je niet leven, je moet er tenminste 100 hebben. Dat is economische noodzaak. Dat gaat vaak ten koste van de nestruimte door sloop van de oude gebouwen, de strengere hygiënische eisen en de gesloten mestopvang.
Maar ook door de afname van insecten. Er wordt vaker gemaaid en de bloemrijke weiden hebben plaats gemaakt voor raaigras. Daar leven minder insecten in.”
“Er wordt snel geroepen dat de boeren het niet goed doen, maar dat ligt natuurlijk veel genuanceerder. Je kunt het de boeren niet kwalijk nemen. Ze zitten klem tussen de bank, FrieslandCampina en supermarkten als Albert Heijn.”
“Terwijl de boeren juist heel meewerkend zijn in het onderzoek naar de boerenzwaluw. Ze staan toe dat wij van mei tot september iedere tien dagen in hun stallen komen om zwaluwen te tellen en te ringen. Vaak merk ik dat de boeren een goede band hebben met de zwaluwen. Ze kennen de vogels en hebben het gevoel dat de vogels hen ook kennen. Ze willen ook weten wat ‘hun’ zwaluwen, want zo zien ze dat, doen als ze weer wegvliegen.”
Vogelbescherming vraagt via de campagne Bedankt Natuur! aandacht voor het wereldwijde verlies aan biodiversiteit. De natuur geeft ons zoveel, het is tijd om wat terug te doen. Iedereen kan iets doen. Voorbeelden te over hoe je in actie kan komen. U vindt ze op de speciale pagina over de campagne.
“Economische belangen wat lager stellen. De welvaart pakt nu natuur weg. Hier in de buurt heb je het Zwarte Meer, een mooi natuurgebied met grote karekieten, roerdompen en allerlei rietzangers. De Gemeente Kampen heeft nu plannen om daar een fietspad doorheen aan te leggen, ten behoeve van recreatie. Dat snap ik niet. Er wordt een stuk wilde natuur voor opgeofferd. We nemen steeds meer ruimte voor natuur weg.”
“Ook moeten we boeren helpen om hun land te diversifiëren. Boeren worden nu bijvoorbeeld gestimuleerd om de akkerranden in te zaaien met bloemen voor insecten en planten en om dekking te bieden aan weidevogels. Dat moet nog veel meer gebeuren, maar boeren willen vaak geen gras opofferen omdat het een direct gevolg heeft voor hun verdiensten. Daar moeten ze voor gecompenseerd worden, als we willen dat de natuur terugkomt.”
“Daarnaast zouden we veel meer moeten doen aan bewustwording. Veel mensen hebben geen beleving bij de natuur, ze weten niet wat het is. Via Birdlife, de internationale partner van de Vogelbescherming, heb ik ook lesprogramma’s gegeven op scholen in Zambia. Dat was fantastisch om te doen, de leerlingen daar wisten niets van de boerenzwaluw en de vogeltrek. Dat de boerenzwaluw in de winter bij hen was, en in de zomer bij ons.”
“Ik moet er niet aan denken om in de stad te wonen. Ik heb ruimte en groen om me heen nodig. Ik ben op het platteland opgegroeid en daar woon ik nog steeds. Het groen, de bomen, de bossen, het water en de vogels om me heen: die brengen mij levensgeluk.”
Wereldwijd wordt de natuur in hoog tempo vernietigd. Om dat te stoppen zijn er in alle landen sterke natuurorganisaties nodig. Vogelbescherming draagt daaraan bij als Partner van BirdLife International en ondersteunt een aantal partners bij hun ontwikkeling.
Natuur van wereldklasse, zoals het Waddengebied, moet hoe dan ook beschermd worden. Waarom? Omdat wateren met een rijke visstand een bron van voeding zijn voor vogels én mensen. En omdat vogels en natuur bijdragen aan ons welzijn.
Help je mee?