Door
Gert Ottens
Medewerker Vogelbescherming
Geplaatst op 18 februari 2019
Jakkert er een roofvogel door uw tuin achter een mees of mus aan, dan is de kans heel groot dat het een sperwer is. Maar in open gebieden en in bosrijke natuurgebieden kan de verwarring toe gaan slaan: daar kunt u beide vogels aantreffen. Hoogste tijd dus om dit dynamische duo nader onder de loep te nemen.
Om te beginnen is de havik beduidend groter dan de sperwer. Een havikvrouw is ongeveer even groot als een buizerd, terwijl een sperwerman niet veel groter is dan een kauw. Een volwassen man sperwer is sowieso gemakkelijk te herkennen door z’n blauwgrijze bovendelen en oranjerode wangen en flanken.
Letten op grootte is soms echter lastig, omdat de vrouwtjes van beide soorten groter zijn dan de mannetjes, wat betekent dat de sperwervrouw en havikman – vooral in vlucht – makkelijk verward worden. Want ook al is de havik nog steeds groter, het verenkleed van beide vogels is sterk gelijkend. Het beste is om te letten op de mate van bandering aan de onderkant.
Sperwervrouwtjes hebben een scherper getekende onderkant dan havikmannen. Bij vogels ‘in zit’ is alles eenvoudiger; dan vallen de stevige poten en snavel, en het forse uiterlijk van de havik vaak goed op.
Wie iets meer geoefend is, ziet ook in vlucht dat haviken vaak fors overkomen, met een stevig lichaam en brede ‘heupen’; sperwers zijn tengerder. Daarnaast maken sperwers snellere vleugelslagen – afgewisseld met korte zweefvluchten. Haviken vliegen langzamer en krachtiger – tenzij ze een prooi achterna zitten… De vleugels van sperwers zijn relatief kort en meer rechthoekig, terwijl die van de havik langer zijn in verhouding tot de staart, en puntiger van vorm. Een goed kenmerk is de vorm van de staartpunt: duidelijk afgerond bij haviken, de staart van sperwers heeft recht afgesneden hoeken. Ook de duidelijk uitstekende kop in vlucht van een havik is een onderscheidend kenmerk.
Al deze verschillen gelden ook voor de jonge vogels, die bij beide soorten bruin van boven zijn en lichter van onder. Met nog één belangrijk extra verschil; jonge sperwers zijn gebandeerd op borst en buik, haviken hebben daar juist opvallende lengtestrepen.
Tijdens een boswandeling kan het zijn dat u havik of sperwer hoort ‘kekkeren’. Vooral in het voorjaar, als de vogels een nest hebben, is dit te horen.
Bij sperwer klinkt deze roep als een snel en hoog ‘kie-kie-kie-kie…’, terwijl haviken een iets trager en dieper ‘ke – ke – ke - ke…’ produceren.
De plek waar roofvogels hun prooi van veren ontdoen en opeten, noemen we de plukplaats. Te herkennen aan een hoop veren en andere resten van ‘geslagen’ vogels. Soms gebruiken havik en sperwer vaste plukplaatsen. De restanten op zo’n crime scene zijn soms veelzeggend. Zo sleept de havik vaak met z’n prooi. Hierdoor liggen de resten meer verspreid. De sperwer is ‘netter’. Maar het blijft moeilijk om plukplaatsen met zekerheid aan een van beide te koppelen. Welke prooiresten er liggen, zegt soms wel iets, maar daar zit ook overlap in. Want beide roofvogels ‘slaan’ vooral vogels als prooi. Bij sperwers variëren deze in grootte van goudhaan tot gaai, maar het zijn vooral koolmezen, huismussen en spreeuwen. Haviken pakken vogels van formaat koolmees tot wilde eend, in meerderheid echter duiven, kraaiachtigen en lijsters. En soms ook konijnen! De vrouwtjes slaan de grootste soorten in het spectrum. Ten slotte vallen sperwers ook wel eens ten prooi aan een havik.
Vogels is het tijdschrift voor onze leden, met prachtige fotoreportages en opmerkelijke verhalen. Een scala aan groot en klein nieuws, over vogels, kijk- en excursietips en nog veel meer. Word lid en ontvang
Vogels 5x per jaar.
In deze gratis vogelcursus voor beginners leer je in 10 vogellessen veel bekende vogels en hun geluiden herkennen. Met handige tips, filmpjes en ezelsbruggetjes. Je ontvangt direct de eerste vogelles per mail.