Geplaatst op 31 maart 2015
Alle remmen gaan los op de melkproductie, als op 1 april 2015 na 31 jaar de melkquota in Europa verdwijnen. Voor Nederland betekent dit een verwachte stijging van 20% in de toch al fors gegroeide melkproductie. De keerzijde is buitengewoon schadelijk: een nog snellere achteruitgang van ons weidelandschap met wilde bloemen, vlinders en weidevogels.
Staatssecretaris Dijksma had dit kunnen voorkomen met goede regels, maar zij heeft zich beperkt tot het vervangen van het melkquotum door een te ruimhartig mestquotum. Zeker, de melkveehouderij blijft hiermee enigszins grondgebonden. Wie meer mest produceert, moet meer grond hebben. Maar de kansen voor natuur op en in die grond is op geen enkele manier gewaarborgd. De natuur wordt de dupe van de nieuwe regels. Met een verdere achteruitgang van weidevogels als de grutto, tast Nederland ook de wereldwijde biodiversiteit aan.
Vogelbescherming Nederland maakt zich grote zorgen over dit gebrek aan beleid. Er ontbreekt echte zorg voor de natuur van het landelijk gebied. Daardoor gaat het nog moelijker worden voor veel boeren om de natuur op hun bedrijf te beschermen, waaronder de weidevogels. Om maar meer productie te halen zal er nog meer druk ontstaan op grond. Het huidige beleid geeft natuurboeren weinig meer keuze dan stoppen of doorgroeien. Daarom zal per saldo de Nederlandse melkveehouderij met het huidige beleid weinig opschieten. Er ontstaat een race naar grond. De verwachting is een versnelde halvering van het aantal bedrijven. Over tien jaar hebben we nog slechts een paar duizend megabedrijven over, zonder veel illusies over weidegang, rijke weiden en weidevogels.
Vogelbescherming pleit voor beleid dat de boeren begeleidt in een transitie naar een natuur-inclusieve melkveehouderij. Boeren met gesloten regionale kringlopen, eerlijke prijzen en respect voor dier en landschap. In plaats van de toekomst van gezinsbedrijven over te leveren aan de grillen van de wereldmarkt, moeten boeren worden beloond voor de productie van voedsel én voor behoud van natuur en landschap.
Het huidige beleid beschouwt boeren als industriële producenten, waarvan de vervuiling begrensd moet worden met een fosfaatplafond en mestquotum. Overheid en bedrijven in de zuivelsector dragen een grote verantwoordelijkheid voor het in stand houden van de rijke weide. Er moet een prijssysteem voor zuivel komen, waarin de kosten van landschap en natuur meegenomen zijn. Alleen op die manier kunnen we ons wereldwijd unieke weidelandschap een toekomst bieden.