Grey Partridge, Perdix perdix - Hoenders (Phasianidae)
Rode lijst
Patrijzen zijn standvogels van open agrarisch gebied, heidevelden en hoogvenen. Oorspronkelijk waren het steppebewoners, maar de soort heeft zich erg goed aangepast aan het leven in kleinschalig agrarisch landschap. In Nederland komt de patrijs verspreid voor. Akkerland is het meest in trek, vooral als dit wordt afgewisseld met ruige dijken, slootranden, wegbermen en houtwallen. Patrijzen eten zowel plantaardig als dierlijk voedsel, maar de jongen leven de eerste weken louter van insecten en ander klein gedierte. De patrijs is altijd een favoriet doelwit geweest voor jagers, maar die hebben de jacht op de soort gestaakt. De aantallen patrijzen nemen, door schaalvergroting in de landbouw, dramatisch af.
Goed gecamoufleerd met een bruin en grijs gestreept kleed, kastanjebruine strepen op de flanken en een grijze borst. Keel en gezicht zijn oranjebruin en op de buik zit een grote donkerbruine vlek. Tijdens de vlucht valt de roodachtige staart op. Juveniele vogels zijn geheel bruin gestreept.
Man roept haast mechanisch tijdens broedtijd.
29-31 cm, spanwijdte 45-48 cm
Broedt van eind april tot eind mei. Eén legsel met een groot aantal eieren, meestal 13 tot 16. Er zijn recordlegsels tot 29 eieren gevonden maar dat is zéér uitzonderlijk. Broedduur: 23-25 dagen. Hoewel patrijzen in groepen kunnen optrekken, is het geen koloniebroeder. Ze hebben een nest op de bodem in dichte vegetatie. De jongen stappen meteen het nest uit en zijn na 14 dagen vliegvlug. Na zo'n 5 weken zijn ze zelfstandig.
Patrijzen komen voor op akkers, graslanden en hoogveen, in Nederland vooral in kleinschalig akker- en weidelandschap. De vogels zoeken hun voedsel langs ruige akkerranden met akkeronkruiden, weiden met hagen, met bloemen begroeide dijken, enzovoort. Het nest wordt door de patrijs op de grond gemaakt, in dichte begroeiing.
Volwassen patrijzen eten vooral plantaardig voedsel en - als ze 'voor de bek lopen' - ook wel insecten. De kuikens zijn volledig van insecten afhankelijk. Daardoor overleven patrijzen alleen op plekken waar voldoende insecten in (ruige) akkerranden en graslanden te vinden zijn.
Patrijzen zijn standvogels, die jaarrond in het leefgebied verblijven.
vrij talrijke broedvogel | jaarrond aanwezig
Tot circa 1975 was de patrijs een vrij gewone vogel van het boerenland. Sindsdien zijn de aantallen sterk afgenomen. De patrijs is in grote delen van Nederland een bijzonderheid geworden. Net als andere vogels van het boerenland (zoals veldleeuwerik) lijdt de soort onder de voortdurend verdergaande intensivering van de landbouw.
Aantal broedparen | 4300-5400 (in 2018-2020) |
Geschat maximum aantal overwinteraars | 15.000-20.000 (in 2013-2015) |
Doortrekkers | Broedvogel - jaarrond aanwezig |
Bron: sovon.nl
Meer weten over trends? Kijk op sovon.nl.
Bron en meer waarnemingen: Waarneming.nl
Goede plekken om patrijzen te zien zijn er bijna niet meer. De patrijs komt nog verspreid voor in Zuidoost-Nederland maar de dichtheden zijn overal erg laag geworden.
Bijna driekwart van alle patrijzen in Europa zijn te vinden in Frankrijk en Polen. Ook hier nemen de aantallen echter fors af.
De voornaamste oorzaak van de teloorgang van de patrijs is de grootschalige verandering van het boerenland. Het toepassen van insecticiden en het verdwijnen van akkeronkruiden, overhoekjes en ruige bermen betekent, naast het verlies van dekking en nestgelegenheid, vooral een gebrek aan dierlijk voedsel voor de jongen. Met name in natte voorjaren sterven talloze jongen aan voedselgebrek.
De patrijs staat op de Rode Lijst van Nederlandse broedvogels in de categorie Kwestbaar. Rode Lijsten bevatten soorten die bedreigd worden of kwetsbaar zijn. Rode Lijsten hebben geen officiële juridische status, maar hebben in de praktijk wel een belangrijke signaleringfunctie. Voor deze soorten geldt een hogere prioriteit bij het nemen van actieve beschermingsmaatregelen, bijvoorbeeld door hun leefgebieden te verbeteren. Download het Basisrapport voor de Rode Lijst Vogels volgens Nederlandse en IUCN–criteria.
Vogelbescherming heeft voor de patrijs een beschermingsplan opgesteld. Het bevat aanknopingspunten voor een op patrijzen toegespitst beheer van kleinschalig cultuurlandschap. Met name natuurorganisaties proberen patrijzen met deze kennis beter te beschermen.
Bezitters van grond in het buitengebied kunnen de patrijs en andere 'akker- en weidevogels' helpen door ruige overhoekjes te laten staan en perceelranden kruidenrijk te houden. Dit kan door een gefaseerd, extensief maaibeheer. Maatregelen om de stand te ondersteunen, zijn het meest kansrijk in gebieden waar nu nog redelijke dichtheden voorkomen, zoals in Zeeuws-Vlaanderen, de Achterhoek en delen van Twente en Noord-Brabant. De voedselsituatie kan worden verbeterd door het inzaaien van (delen van) percelen met kruidenrijke gewasmengsels en die ’s winters braak te laten liggen; gebruik van landbouwgif is uiteraard uit den boze. Het uitvoeren van deze maatregelen in blokken in plaats van randen vermindert de kans op nestpredatie. Dergelijke maatregelen, mits uitgevoerd op substantiële oppervlaktes in gebieden waar nog patrijzen voorkomen, blijken snel tot herstel van lokale populaties te kunnen leiden.
De patrijs is een beschermde inheemse vogelsoort. Net als alle andere vogels die van nature in het wild in Nederland voorkomen, zijn patrijzen beschermd op grond van de Europese Vogelrichtlijn. De bescherming van de patrijs wordt in Nederland geregeld door de Omgevingswet.
De wet verbiedt het om zonder omgevingsvergunning voor een flora- en fauna-activiteit:
Uitzonderingen op de vergunningplicht zijn opgenomen in de wet en bijbehorende uitvoeringsregelgeving. De provincie (en in sommige gevallen het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit) kan een omgevingsvergunning verlenen die toestaat in strijd met de verboden te handelen. Daarnaast kan de provincie (en in sommige gevallen het Rijk) vergunningvrije gevallen aanwijzen. Aan beide zijn strenge voorwaarden verbonden.
De wet bevat daarnaast algemene regels voor in het wild levende vogels:
De patrijs was onder de voormalige Flora- en Faunawet aangewezen als een soort die mocht worden bejaagd gedurende bepaalde periodes van het jaar. De jacht op de patrijs was echter al lange tijd het hele jaar gesloten, omdat de soort op de Rode lijst met bedreigde vogels staat. Onder de Wet natuurbescherming werd de soort niet meer aangewezen als bejaagbare soort. Dit is behouden onder de Omgevingswet. Jacht op de patrijs is derhalve helemaal niet meer toegestaan.
© Foto's: AGAMI © Illustraties vogels: Elwin van der Kolk © Video's: Natuur Digitaal