Door
Gert Ottens
Medewerker Vogelbescherming
Geplaatst op 4 december 2023
De bekendste gans in Nederland moet wel de grauwe gans zijn. Ze komen hier het hele jaar voor. Want er zijn niet alleen overwinteraars, er zijn ook behoorlijke aantallen die in Nederland broeden. Die laatste groep blijft hier in de winter en in totaal zijn er dan toch al gauw zo’n half miljoen grauwe ganzen aanwezig. Deze soort is bijna overal te zien waar water en grasland nabij zijn.
Kenmerken: De grauwe gans is van de ‘bruine’ soorten in Nederland de grootste. Grauwe ganzen ogen in zit vrijwel geheel licht grijsbruin – behalve de witte ‘kont’, die alle ganzen gemeen hebben. Maar in vlucht komt daar snel verandering in: de bovenvleugels zijn van een mooie, muisgrijze kleur. En als ze over uw hoofd vliegen vallen de contrastrijke ondervleugels op (effen donker bij de andere soorten). De forse snavel is oranje en de poten zijn roze-achtig. Daarnaast zijn groepen ganzen vrij luidruchtig in vlucht. Grauwe ganzen maken daarbij de bekende gakkende geluiden.
De kolgans is zeer algemeen, ongeveer drie kwart miljoen vogels brengen hier de winter door en ze zijn dan in vrijwel het hele land aan te treffen, vooral in het rivierengebied en daar waar grote oppervlaktes grasland te vinden zijn, zoals in Friesland.
Kenmerken: Kolganzen zijn duidelijk een slag kleiner dan grauwe ganzen. Verder zijn ze ook bijna volledig bruin, maar met een wit voorhoofd (de ‘kol’). Op de buik zijn – bij volwassen exemplaren – donkerbruine vlekken zichtbaar. Als ze overvliegen kun je dat vaak goed zien met de verrekijker.
De snavel is roze en de poten zijn oranje. De bovenvleugels zijn donkergrijs, duidelijk donkerder dan bij grauwe ganzen. Kolganzen roepen al vliegend duidelijk anders dan grauwe ganzen, het is een hoger, ‘muzikaler’ bijna lachend geluid.
Toendrarietgans en kleine rietgans lijken nog wat meer op elkaar. De toendrarietgans is een vrij algemene wintergast, met ongeveer 200.000 overwinteraars, maar ze zijn minder wijdverspreid dan kolgans en grauwe gans. Je treft ze vooral aan in akkergebieden van de Drents-Groningse veenkoloniën, de Wieringermeer en Noord-Limburg.
Kleine rietganzen zijn nog iets kieskeuriger over hun leefgebied. Her en der zijn weliswaar kleine groepjes aan te treffen, maar de grootste groepen vind je steevast in een paar gebieden: Zuidwest-Friesland en Midden-Delfland. Elk jaar overwinteren er zo'n 2000 bij ons - maximaal, vaak zijn het er minder. Bij kleine rietgans geldt overigens dat hoe strenger de winter in Denemarken, het belangrijkste overwinteringsgebied in Europa, hoe meer er bij ons komen. Dan zijn het er enkele duizenden meer.
Kenmerken: Beide soorten zijn ongeveer even groot als een kolgans. Het belangrijkste verschil tussen deze twee rietganzen is de kleur van snavel en poten. Bij toendrarietganzen zijn de poten oranje, bij de kleine soort roze.
Ook de snavels hebben dus een andere kleur: zwart met oranje bij de toendra’s en zwart met roze bij kleine rietganzen.
Daarnaast zijn kleine rietganzen als geheel lichter van kleur, met opvallend lichtgrijze bovenvleugels (donker bij toendra).
Hoewel smaken natuurlijk verschillen is dit misschien wel de mooiste van ‘onze’ ganzen. En ook één van de zeldzaamste. Iedere winter worden er enkele tientallen roodhalsganzen waargenomen, vaak tussen brand- of rotganzen – hun naaste verwanten – in de bekende gebieden voor deze soorten. Het is een broedvogel van het Taimyr-schiereiland in Siberië. Vrijwel de gehele wereldpopulatie brengt de winter door langs de westelijke en noordelijke Zwart Zeekust (met name Roemenië). Sommige exemplaren, soms familiegroepjes, vliegen door naar Nederland. Een waarneming van deze soort zal ieder dagje ganzen kijken flink opfleuren.
Er zijn nog drie zeldzame bruine winterganzen die je – met veel geluk – tegen kunt komen. Het gaat om taigarietgans, dwerggans en Groenlandse kolgans.
De taigarietgans is vrij lastig van zijn ‘neef’ van de toendra te onderscheiden. Taigarietganzen zijn echter groter - bijna formaat grauwe gans - en hebben een langere nek, kop en snavel (wat zorgt voor een wat zwaanachtig profiel). Daarnaast is de snavel vaker helemaal oranje, maar dat komt bij toendrarietganzen ook wel voor.
De dwerggans is een miniatuurversie van de kolgans, met verder als belangrijkste verschillen een duidelijk gele ring om het oog en een kol die doorloopt tot ver op de kruin.
Groenlandse kolganzen worden maar bij hoge uitzondering in Nederland waargenomen. Het is een iets grotere en donkerdere kolgans, maar het belangrijkste verschil is de snavelkleur: roze bij ‘onze’ kolganzen en oranje bij de Groenlanders.
Tot slot zijn er twee ganzen die weliswaar niet bruin zijn, maar toch de moeite waard om als wintergans te noemen: de rotgans en de brandgans.
Rotganzen zijn natuurlijk geen ‘rotbeesten’. De vogels roepen hun eigen naam: ‘Rot, rot’. Rotganzen zijn echt aan de kust gebonden. De Waddeneilanden en de Oosterschelde zijn favoriet; de ganzen zijn er zowel binnen- als buitendijks te zien. In Nederland komen zelfs drie verschillende soorten rotganzen voor. Hoe deze te onderscheiden, lees je hier.
Brandganzen mogen ook wel aanspraak maken op de titel ‘mooiste gans van Europa’. Deze compositie in zwart, wit en grijs is niet met een andere soort te verwarren. ’s Winters kom je ze in bijna geheel Laag Nederland tegen. Vooral in Friesland, het rivierengebied, graslandpolders in Noord- en Zuid-Holland en ook rond de Waddenzee en op de Zeeuwse eilanden. Sommige brandganzen zijn hier inmiddels overgegaan tot broeden, dus naast grauwe gans – en in mindere mate kolgans – kun je ze ook buiten de winterperiode aantreffen.
In grote delen van het land zijn ’s winters ganzen te zien. Al is niet iedereen daar altijd even blij mee, het zijn prachtige trekvogels waar Nederland een grote internationale verantwoordelijkheid voor draagt. De winter is dus hét seizoen om het fenomeen van de grote, gakkende groepen ganzen te aanschouwen. Nu je ze kunt herkennen, geniet je hopelijk nog meer van ze.
In deze gratis vogelcursus voor beginners leer je in 10 vogellessen veel bekende vogels en hun geluiden herkennen. Met handige tips, filmpjes en ezelsbruggetjes. Je ontvangt direct de eerste vogelles per mail.
Ben je op zoek naar een goed boek over vogels of de natuur? Vogelbescherming heeft een uitgebreid en gevarieerd aanbod in onze winkel en onze webshop.