Geplaatst op 23 juli 2020
Tijdens het zomerseizoen krijgen we bij Vogelbescherming vaak opmerkingen dat het zo stil is buiten. Vogels lijken de tuinen massaal de rug toe te hebben gekeerd. Ook natuurgebieden lijken behoorlijk verlaten. Waar het dit voorjaar nog kwinkeleerde van zingende vogels, laten ze zich nu nauwelijks horen of zien. Die vogels zijn gelukkig niet van de aardbodem verdwenen; ze zijn alleen minder opvallend aanwezig.
Waarom zijn de vogels nu veel stiller? Om te beginnen zit het broedseizoen er voor veel vogels al bijna op. Natuurlijk verschilt dit per soort en gaan sommige ook nog even door, maar de noodzaak om nog uitgebreid te gaan zitten zingen is nu al veel minder.
Daarnaast slokken de jongen – al dan niet uitgevlogen – veel van de tijd van vogelouders op. Zo’n broedseizoen trekt namelijk een zware wissel op het welbevinden van oudervogels. Ze moeten er echt van bijkomen. De uitgevlogen jongen verlaten vervolgens ‘hun’ tuin en trekken (soms groepsgewijs) de wijde wereld in. Nog een verklaring voor de relatieve stilte in veel tuinen!
Er is nog een reden dat vogels onzichtbaarder zijn tijdens de zomer. De meeste vogels beginnen meteen nadat de laatste jongen zijn uitgevlogen aan de rui. Alle veren worden geleidelijk vervangen door nieuwe, soms met een pauze in de winter.
De toestand van hun veren is voor vogels van levensbelang. Ze moeten goed op elkaar aansluiten om isolatie te bieden en ze moeten tiptop in orde zijn voor het vliegen. Ook hier speelt weer mee dat het broedseizoen zijn tol heeft geëist. De veren zijn wat minder goed onderhouden geweest. Met nieuwe veren zijn de vogels dus klaar voor de winter, of die nu in Afrika wordt doorgebracht of elders.
Maar tijdens de rui zijn vogels met hun mottige verenpak veelal kwetsbaar, en mede daardoor nu wat stilletjes (voor hun eigen veiligheid) en leiden ze een teruggetrokken bestaan.
De stilte in de tuinen wordt bevestigd door de resultaten van de Jaarrond Tuintelling. In dit project – waarin meerdere natuurorganisaties samenwerken – worden al 5 jaar lang, wekelijks alle dieren en planten in duizenden tuinen geteld en doorgegeven. Een interessant project, want met een oppervlakte van zo’n 30.000 hectare beslaan de tuinen een behoorlijk deel van Nederland. Toch weten we nauwelijks wat er zoal leeft binnen de bebouwde kom. Met hulp van vele enthousiaste tuineigenaren proberen we dat goed in beeld te krijgen.
Als we kijken naar het seizoenspatroon van een aantal typische tuinvogels in de tellingen, dan zien we de ‘zomerdip’ duidelijk terug. Goede voorbeelden daarvan zijn pimpelmees, maar ook de zanglijster en groenling worden veel minder vaak geteld tijdens de zomerperiode.
Dit is slechts één van de leuke uitkomsten van dit ‘citizen science’-project. De komende tijd zullen we hier meer uitkomsten van de telling publiceren.
Trouwens, als u denkt dat in tuinen alleen algemene planten en dieren voorkomen; dan heeft u het mis. Zo blijkt uit de Jaarrond Tuintelling. Maar ook van de gewone soorten weten we niet goed waar ze voorkomen. Daarom is het hard nodig om de natuur in tuinen beter in beeld te krijgen. Ook uw tuin zit vol leven, geef het door via tuintelling.nl. Want meten = weten, ook in de tuin.
Tekst: Marc Scheurkogel en Gert Ottens
Plaats potten of houten bakken om besdragende struiken te planten en vaste inheemse planten waar insecten op afkomen. Of laat de afscheiding met de buren begroeien met een klimplant, voor beschutting van de vogels.
Word jij ook zo blij van vogels in je tuin of op je balkon? Hang je wel eens een vetbolletje voor ze op? Je kunt nog meer doen. Doe de gratis Postcode Vogelcheck en ontdek welke vogels in jouw buurt leven en hoe je deze vogels kunt helpen.