Geplaatst op 24 februari 2021
Er ligt nu 27 procent minder afval op het strand dan tien jaar geleden. Dat toont Stichting De Noordzee aan met het rapport Goed op weg naar een schone zee. Stichting De Noordzee analyseerde data van twintig jaar strandafvalonderzoek op niet-toeristische stranden.
In de eerste tien jaar (periode 2001-2010) zijn er gemiddeld 388 stuks afval per honderd meter aangetroffen, in de periode daarna (2011-2020) daalde het gemiddelde naar 282 stuks afval per honderd meter. In het bijzonder daalden ballonnen en visserijgerelateerd afval significant. Ballonnen zijn daardoor verdwenen uit de top-vijf van meest gevonden strandafval. Hoewel visserijgerelateerd afval nog steeds op nummer 1 staat, wordt ook dat minder gevonden.
Stichting De Noordzee zocht de oorzaken uit van de vermindering van afval. Allereerst is er steeds meer aandacht voor zwerfafval, vooral voor plastic in zee, waardoor het draagvlak voor de aanpak ervan groeit.
Verder is er lokaal, nationaal en internationaal beleid ingevoerd dat goed werkt, zoals gemeenten die ballonoplatingen verbieden, een nationaal verbod op gratis plastic tasjes en internationale wetgeving voor het lozen van afval op zee.
Bovendien zetten burgers, het bedrijfsleven en maatschappelijke organisaties zich steeds meer in voor een schone zee, door bijvoorbeeld het strand op te ruimen en de faciliteiten voor afvalafgifte in havens te verbeteren. Mede door de inzet van de Nederlandse visserijsector wordt er minder visserijgerelateerd afval aangetroffen. Ook worden er jaarlijks tonnen afval opgevist en aan land gebracht met het Fishing for Litter-project.
Stichting De Noordzee roept terecht de overheid op om de Europese Richtlijn voor wegwerpplastic zo snel en effectief mogelijk in te voeren en daarbij de kans aan te grijpen om meer wegwerpplastic te verbieden en in te zetten op hergebruik.
Want er belandt weliswaar minder, maar nog steeds veel te veel afval op het strand: over de hele periode van twintig jaar monitoring ligt het gemiddelde op 330 stuks afval per honderd meter. Daarom is het onder andere van groot belang dat er alternatieven voor ‘vispluis’ (restafval van visnetten) worden gebruikt, verlies van containers van schepen wordt voorkomen en de instroom van afval via rivieren wordt gestopt. De resultaten van dit rapport zijn hoopgevend. Het is noodzakelijk om het afvalprobleem bij de bron aan te pakken: dat is de sleutel voor een schone en gezonde Noordzee.
Van een schone Noordzee is helaas nog lang geen sprake. Zo vormt plastic nog steeds een groot probleem voor veel zeedieren, waaronder zeevogels als de noordse stormvogel. Dit blijkt uit het proefschrift Message in a belly, plastic pathways in Fulmars van Susanne Kühn van de Universiteit van Wageningen.
Noordse stormvogels krijgen plastic vooral binnen door dat ze het zelf opeten – omdat ze plastic aanzien voor iets eetbaars – en minder via prooidieren (vis!) die zelf plastic hebben gegeten. In de drukke Noordzee hebben noordse stormvogels het meeste plastic in de maag. Toch heeft zelfs in het ver noordelijk gelegen Spitsbergen maar liefst 88% van de noordse stormvogels plastic in hun maag!
Dit komt omdat de zeestroming veel afval van zuidelijke gebieden naar het noorden meevoert. Verder bleek dat uit plastic een bonte verzameling van toegevoegde, mogelijk giftige stoffen in de maagolie van noordse stormvogels terecht kan komen. Stoffen als: precursors van kunststofharsen, antioxidanten, weekmakers, brandvertragers, UV stabilisatoren, conserveermiddelen... Maagolie wordt door stormvogels geproduceerd uit hun natuurlijke voedsel en wordt gebruikt als energieopslag.
Dieren van allerlei soorten en maten krijgen plastic binnen, blijkt uit literatuuronderzoek. In totaal zijn maar liefst 915 soorten bekend die plastic in hun maag hebben óf in plastic verstrikt zijn geraakt. Gemiddeld hebben maar liefst een derde van alle zeevogels en zeeschildpadden van over de hele wereld plastic in hun maag (28, respectievelijk 32 procent). Albatrossen en (pijl)stormvogels krijgen het meeste plastic binnen.
Vogels zijn er altijd en bijna overal. Ze bezorgen ons plezier en blijven ons verwonderen. Toch is de aanwezigheid van vogels niet vanzelfsprekend. Veel vogels hebben het moeilijk of dreigen zelfs uit ons land te verdwijnen. Help ook mee.
Begin het buitenseizoen goed! Tijdens de Nationale Kijkerweek krijg je op alle optiek van ons eigen merk 10% korting. Leden van Vogelbescherming krijgen korting bovenop de ledenkorting. Hét moment om een verrekijker aan te schaffen.