Geplaatst op 23 mei 2018
Op Bonaire vindt zoutwinning plaats door het bedrijf Cargill Salt Bonaire. Zij zijn de eigenaar van een gebied van 3700 hectare, waarvan 2700 hectare bestaat uit kunstmatige wetlands, voornamelijk verdampingsvijvers voor zoutwinning. De kaden tussen de vijvers zijn bedekt met pekelvliegen en de vijvers zelf zitten vol pekelkreeftjes. Daarmee oefent deze plek een onweerstaanbare aantrekkingskracht uit op duizenden steltlopers.
Uit tellingen door vogelbeschermers onder leiding van BirdsCaribbean bleek dat jaarlijks meer dan 20.000 steltlopers van 17 verschillende soorten dit grote kunstmatige wetlandgebied bezochten. De grote concentratie steltlopers omvatte een flink aantal kleine grijze snippen en een bedreigde ondersoort van de kanoet, waarmee de succesvolle aanvraag – met steun van het bedrijf – voor de nieuwe status van het gebied mede werd onderbouwd.
De erkenning voor dit gebied is afkomstig van de WHSRN. Dat is een organisatie die zich in Noord- en Zuid-Amerika sterk maakt voor de bescherming van steltlopers die langs vele landen trekken en daar afhankelijk zijn van goede rust- en overwinteringsgebieden.
De zoutpannen op Bonaire worden vooral gebruikt door een groot aantal soorten steltlopers op trek, waaronder de grijze strandloper, kleinste strandloper, steltstrandloper, Amerikaanse bontbekplevier en drieteenstrandloper.
Aanzienlijke aantallen Amerikaanse strandplevieren zijn ook regelmatig in het gebied aangetroffen, van verschillende ondersoorten. Daarnaast zijn deze zoutpannen op Bonaire het enige broedgebied voor de koningsstern en huisvest het gebied ook een van de belangrijkste broedkolonies in de regio van de Caribische flamingo.
De vogelbeschermers kregen niet alleen van het zoutwinningsbedrijf hulp, maar ook van vele andere partijen, zoals van onze partner in het Caribisch gebied, DCNA en Stinapa, de Bonairiaanse lidorganisatie van DCNA.
Eerder maakt Vogelbescherming een training mogelijk voor vrijwilligers die hebben meegeholpen met de monitoring van alle steltlopers in de Cargill Salt Ponds, uitmondend in de erkenning van het gebied. Ook heeft Vogelbescherming bijgedragen aan kunstmatige broedeilandjes in deze wetlands voor de sterns die anders op tussenliggende kaden (met infrastructuur) nestelen.