Geen monomestvergisters maar weidevogels

Klakkeloos namen de media de vele zegeningen die de mestvergisters ons volgens Kamp en Friesland Campina brengen over. Ze helpen bij de reductie van de uitstoot door de koeien en zorgen voor ‘schone’ energie. Bovendien zouden we iets nuttigs doen met het enorme mestoverschot. Maar wie even nadenkt ziet al snel het bizarre van deze redenering in. Helpen deze vergisters het klimaat echt? Komt dat enorme mestoverschot niet voort uit het feit dat we hier veel meer vee hebben dan ons land aankan? Vee dat bijgevoerd wordt met sojakrachtvoer van de andere kant van de wereld, waar er tropisch regenwoud voor gekapt wordt?

En dan is er nog een keerzijde. Mestvergisters bespoedigen het uitsterven van onze weidevogels. Weidevogels gedijen namelijk op grondgebonden bedrijven waar ruige stalmest in plaats van kunstmest met mate gebruikt wordt om bloemrijke weilanden te bemesten en waar laat gemaaid wordt zodat kuikens overleven.

Wie er echt over nadenkt kan tot geen andere conclusie komen dan dat die vergisters geen enkel probleem oplossen. Honderdvijftig miljoen down the drain. Allemaal subsidiegeld, want de vergisters zijn bij lange na niet rendabel. Hoeveel beter had dat niet geïnvesteerd kunnen worden in verdere ontwikkeling van natuur-inclusieve landbouw? Dit is landbouw die wél rekening houdt met landschap, natuur en milieu. En leg voor het klimaat extra zonnepanelen op het dak. Want wie wil er nu groene stroom uit een mestvergister waar tropisch regenwoud en onze weidevogels voor worden opgeofferd.