Geplaatst op 20 juni 2021
Alle kennis rondom bescherming van de wulp is intussen laagdrempelig samengevat in een factsheet (zie kader onderaan dit artikel), als handvat voor boeren en natuurterreinbeheerders om bij hun werkzaamheden en beheer rekening te houden met de wulp. Ook gaf het Jaar van de Wulp een impuls aan noodzakelijk vervolgonderzoek. Het tijdschrift Limosa gaat nu in een themanummer over de wulp meer de diepte in. Een voorproefje.
Limosa is het tijdschrift van de Nederlandse Ornithologische Unie (NOU) en Sovon Vogelonderzoek Nederland en verschijnt vier keer per jaar. Het publiceert artikelen, korte bijdragen en andere informatie betreffende vogels in Nederland.
Leden van de NOU (of plusleden van Sovon) hebben het themanummer wulp al ontvangen.
Maar het is ook los te bestellen in de webshop van Sovon. Inclusief verzendkosten betaalt u slechts € 7,50 voor dit dubbeldikke nummer (88p).
Twee van de artikelen in het themanummer hebben als onderwerp de verspreiding en aantalsontwikkelingen van de wulp in Nederland. Over de broedvogels kunnen we helaas kort zijn. Was de trend tot de jaren ’70 van de vorige eeuw nog positief, daarna holt de soort achteruit met een versnelling in de laatste 15 jaar.
Ook de verspreiding veranderde. Broedden wulpen vroeger nog met name in natuurgebieden (duinen en heide), tegenwoordig is het vooral een soort van het boerenland. De auteurs noemen per regio en landschapstype de belangrijkste oorzaken. Als laatste kansen om de broedvogels te redden, worden behoud en verbetering van de broedgebieden en de bescherming tegen agrarische werkzaamheden en vermindering van predatie genoemd.
Hoe anders vergaat het de wulpen die hier doortrekken of overwinteren. Deze aantallen en ook de verspreiding zijn de afgelopen 50 jaar flink toegenomen. Tegenwoordig telt Nederland buiten het broedseizoen op enig moment niet minder dan maar liefst 25-50% van de wereldpopulatie van deze soort!
De Waddenzee is vanouds het belangrijkste rustgebied voor wulpen. Maar recent heeft ook de zuidwestelijke Delta aan belang gewonnen. In het binnenland gaat het om bescheidener maar tevens groeiende aantallen. Zo worden er langs de rivieren en het IJsselmeer tegenwoordig meer rustende wulpen geteld. Deze toenames lijken in tegenspraak met de slechte broedresultaten, maar het gaat hierbij om wulpen van elders die vaker dan vroeger ons land opzoeken. Mogelijk een effect van de gemiddeld genomen zachtere winters, zoals voor meer soorten wordt geconstateerd.
Door onderzoek met kleurringen weten we dat de jaarlijkse overleving van volwassen wulpen hoog is (92%) en bovendien niet verschilt tussen vogels uit West- en Noordoost-Europa. Dat de West-Europese populatie afneemt en de Noordoost-Europese veel minder, lijkt dus geheel te wijten aan slechte broedresultaten.
Dit wordt bevestigd door twee artikelen uit Drenthe en Overijssel. Slechts in enkele jaren vlogen er voldoende jongen uit om de populatie in stand te houden. De meeste broedparen lukte het geheel niet om jongen groot te krijgen. De belangrijkste verliesoorzaken: intensief agrarisch grondgebruik (o.a. het grootschalig maaien van uniform grasland), en het verdwijnen van landschapselementen zoals sloten en greppels (belangrijke schuilmogelijkheid). De toegenomen predatoren (zowel in aantallen als soorten) profiteren daarvan.
Het nestsucces kan aanzienlijk verhoogd worden door gebruik van stroomrasters die de eieren beschermen tegen vossen. Om vervolgens ook de jongen betere overlevingskansen te bieden, is met name het beheer van grasland belangrijk. Ook wulpen die broedden op akkerland trokken namelijk graag met de kuikens naar (voedselrijkere) graslanden.
De sterfte onder wulpenkuikens bleek het hoogst in de eerste week na uitkomen, met name als het gras in de 10 dagen daarvoor of daarna gemaaid werd. Het maaien trekt veel roofdieren aan, terwijl de kuikens geen dekking meer hebben van de vegetatie. Een eerste indicatie is dat maaien voor eind april en vervolgens na 25 mei al een groot deel van de nesten en jongen zou sparen. Als daarbij ook nog eens een 10 meter brede, onbemeste strook met kruidenrijk grasland blijft staan tot minimaal half juni, dan beschikken de families over optimaal kuikenhabitat met insecten en dekking. Uitgesteld maaien tot half juni op gehele percelen vormt uiteraard ook een goede optie.
In sommige gebieden kan daarnaast - als het beheer op orde is - gerichte bestrijding van vossen noodzakelijk zijn om het broedsucces te verhogen.
Naast deze vier artikelen heeft het themanummer van Limosa nog veel meer te bieden voor iedereen met een zwak (of verantwoordelijkheid!) voor deze soort.
Zo wordt het belang van de Zeeuwse Delta als rust- en overwinteringsgebied voor Duitse wulpen beschreven. Ook wordt een eerste verkenning naar wulpentrek over zee in relatie tot windparken uit de doeken gedaan, en is het interessant om te zien dat de doorloop van wulp op slaapplaatsen kan worden gevolgd aan de hand van de rui.
In de rubriek ‘Andermans veren’ ten slotte, worden vijf recente interessante internationale onderzoeken aan de wulp samengevat.
Wat dit themanummer duidelijk maakt is niet alleen dat de wulp er slecht voorstaat, maar ook dat het huidige (agrarisch) natuurbeheer voor deze soort (nog) tekort schiet. Door de afwijkende verspreiding, en het broeden in lage dichtheden heeft de wulp geen baat bij de aangewezen weidevogelkerngebieden. Het is zaak om in die regio’s waar nog veel wulpen voorkomen – Oost- en Midden-Overijssel, Brabant, Zuid-Drenthe, Gelderland ten oosten van de IJssel en de Waddeneilanden – vol in te zetten op deze soort. Deze boodschap brengt Vogelbescherming telkens weer onder de aandacht bij provinciale bestuurders en collectieven in deze regio’s.
Lichtpuntjes zijn er ook. Door het onderzoek weten we steeds beter hoe we de wulp kunnen helpen. Deze kennis kan worden toegepast door samen met agrarische collectieven te werken aan effectievere beheerpakketten voor de wulp. Een nieuw beheerpakket voor nestbescherming is in voorbereiding. Daarnaast wordt bekeken hoe het aanbod aan kuikenhabitat verbeterd kan worden via aanpassing van bestaande beheerpakketten of ontwikkeling van een nieuw pakket toegespitst op de wulp.
De verwachting is daarnaast dat de sinds 2019 gesloten jacht op wulpen in Frankrijk met name jongvolwassen wulpen betere overlevingskansen zal geven.
Het langjarige onderzoek in Overijssel laat zien dat het grootste deel van de wulpenkuikens die het wél redden, zich als broedvogel vestigt in hun geboorteregio. Beschermingsmaatregelen die genomen worden binnen de eigen regio betalen zich dus op termijn uit in een groeiende populatie.
Tekst: Marije Kuiper & Gert Ottens
Vogelbescherming vat in een serie factsheets (wetenschappelijke) kennis over o.a. weide- en akkervogels samen in de boerenlandvogelfactsheets. Ook zijn er factsheets over goed beheer. De eerste versies van de factsheets verschenen in 2017, maar ze worden met enige regelmaat geactualiseerd. De meest actuele versie over de wulp kunt u hier downloaden.
Vogelbescherming heeft een netwerk van enthousiaste boerenlandvogelboeren. We delen kennis met elkaar en we ondersteunen de boeren op verschillende manieren. Er is vast een boerenlandvogelboer bij jou in de buurt!
Waar hoor je nog het heldere 'grutto, grutto’? De vogels van het boerenland hebben onze hulp nodig, vóór de allerlaatste vogel of bloem verdwenen is. Onze inzet: meer natuurrijk boerenland.