Geplaatst op 28 mei 2016
Ransuilen zijn met hun oorpluimen een soort mini-oehoe’s, maar toch best wel flinke vogels. Als de meeste uilen zijn het typische nachtjagers. Ook de bedelroep van de jonge ransuil klinkt in de nacht: vanuit de bosrand van een sparrenperceeltje of uit een moerasbosje. Een kenmerkend geluid in de korte juninachten, dat wel steeds minder vaak wordt gehoord omdat de ransuil gestaag zeldzamer wordt.
Ransuiljongen worden nog enkele weken gevoerd door de oude vogels totdat ze zelfstandig kunnen jagen. Tegelijkertijd wordt hun binding met het nest, een oud kraaien- of eksternest, steeds losser.