Dark-bellied Brent Goose, Branta bernicla - Eenden (Anatidae)
De rotgans dankt zijn naam aan het geluid dat de vogels maken; met de vogels zelf is niets mis. Rotganzen broeden op de Siberische toendra's. Niet in Nederland. In de winter komen rotganzen massaal onze kant uit, om in het Waddengebied en de Zeeuwse Delta te overwinteren. Een ander deel van de rotganzen trekt door naar Zuid-Engeland. Nederland is voor de rotgans een zeer belangrijk land. Het merendeel van de wereldpopulatie overwintert hier of tankt bij, om vervolgens de oversteek naar Engeland te maken.
Iets kleiner dan brandgans. Kop en hals zwart met uitzondering van een witte halsvlek en effen donkergrijze bovendelen. Onderzijde ook grotendeels donkergrijs maar met wat wit op de flanken. Onder de staart altijd wit. Onvolwassen rotganzen hebben witte strepen op de bovendelen en nog geen witte halsvlek.
Naast de 'gewone' zijn er nog twee soorten rotganzen: de zwarte rotgans en de witbuikrotgans.
Laag "rrrò… rrrò", vandaar de naam rotgans, met variaties hierop.
55-62 cm, spanwijdte 110-120 cm.
Het arctische broedseizoen is kort en laat maar één legsel per jaar toe. Dat bestaat meestal uit 3 - 5 eieren, bij uitzondering 2 - 8 eieren.
Kust, graslanden in het Waddengebied en in de Zeeuwse Delta. Broedt wijdverspreid op de noordelijke arctische toendra. In Nederland zoeken rotganzen vooral weilanden en akkers op in de directe omgeving van het Waddengebied. Bij laag water zoeken ze hun voedsel op het wad, bij hoog water grazen en rusten de vogels op weilanden.
Gras, aangevuld met andere plantendelen.
Rotganzen zijn langeafstandstrekkers. De vogels die de winter in Nederland doorbrengen, komen uit Midden- en Noord-Siberië. Een flink deel van de vogels legt daarbij meer dan 5.000 km af! Daarbij wordt tot 1056 km afgelegd in één vlucht, de totale route wordt in zo'n 16 etappes afgelegd. Gemiddeld vliegen rotganzen daarbij 118 km per dag. De aantallen rotganzen in Nederland zijn het grootst in april / mei. De vogels verblijven vooral in het Waddengebied, tot ze eind mei / begin juni vertrekken naar de arctische broedgebieden.
Tot in de jaren 1990 schommelde het aantal overwinterende rotganzen in Nederland. Dat was een natuurlijk fenomeen: in de broedgebieden jagen poolvossen op lemmingen, maar in jaren met weinig lemmingen schakelen de vossen over op (rot)ganzen. Die brengen dan maar weinig jongen groot. Het aantal lemmingen schommelde in een 7-jarige cyclus. Die is echter sindsdien ernstig verstoord (klimaatverandering speelt hier vermoedelijk een grote rol). De laatste tien jaar zijn de aantallen stabiel.
Aantal broedparen | Geen broedvogel |
Geschat maximum aantal overwinteraars | 51.600-60.800 (in 2016-2021) |
Doortrekkers | 76.300-88.300, apr-mei (in 2016-2021) |
Bron: sovon.nl
Meer weten over trends? Kijk op sovon.nl.
Bron en meer waarnemingen: Waarneming.nl
De beste bestemmingen om grote aantallen rotganzen te zien, zijn de polders van de Waddeneilanden. Op Texel is Polder Zeeburg een kansrijke plek.
Broedt op arctische eilanden en de Siberische toendra's en overwintert aan de kusten van Noordwest-Europa. Grote groepen houden zich in de winter op in het Waddengebied en ook in de Zeeuwse Delta zijn rotganzen te vinden. Rotganzen broeden gewoonlijk niet in Europa.
De toename van het aantal ganzen in Nederland zorgt voor een ingewikkelde maatschappelijke discussie. Boeren zijn niet blij met de ganzen: om goedkoop zuivel te produceren, lijkt elke grasspriet te tellen. Van belang is te zien dat de ganzen reageren op het landschap dat hun wordt aangeboden: extreem voedselrijk grasland, het resultaat van een bijzonder intensieve landbouw. Hoewel schade gecompenseerd kan worden, worden ganzen helaas veel verstoord en gedood, terwijl overwinterende ganzen rust en energie nodig hebben. Verstoringen kosten de vogels veel energie.
Vogelbescherming pleit voor meer natuurinclusieve landbouw en rustgebieden voor ganzen. Bovendien maakt Vogelbescherming regelmatig bezwaar bij overheden tegen onjuiste / onzorgvuldig afgegeven vergunningen voor afschot. Via een netwerk van vrijwillige WetlandWachten houdt Vogelbescherming overal in Nederland de kwaliteit van leefgebieden in de gaten. Internationaal werkt Vogelbescherming als Partner van BirdLife International aan het beschermen van het hele leefgebied van trekvogels: van broedgebied tot overwinteringsgebied.
De rotgans is een beschermde inheemse vogelsoort. Net als alle andere vogels die van nature in het wild in Nederland voorkomen, zijn rotganzen beschermd op grond van de Europese Vogelrichtlijn. De bescherming van de rotgans wordt in Nederland geregeld door de Omgevingswet.
De wet verbiedt het om zonder omgevingsvergunning voor een flora- en fauna-activiteit:
Uitzonderingen op de vergunningplicht zijn opgenomen in de wet en bijbehorende uitvoeringsregelgeving. De provincie (en in sommige gevallen het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit) kan een omgevingsvergunning verlenen die toestaat in strijd met de verboden te handelen. Daarnaast kan de provincie (en in sommige gevallen het Rijk) vergunningvrije gevallen aanwijzen. Aan beide zijn strenge voorwaarden verbonden.
De wet bevat daarnaast algemene regels voor in het wild levende vogels:
De rotgans is door een aantal provincies aangewezen als soort die belangrijke schade veroorzaakt. In de relevante omgevingsverordening is vastgelegd welke maatregelen onder voorwaarden door grondgebruikers mogen worden gebruikt ter voorkoming of bestrijding van belangrijke schade door deze soort.
Verschillende natuurgebieden die door rotganzen worden gebruikt als foerageergebied of slaapplaats, zijn aangewezen en beschermd als Natura 2000-gebied. Het gaat onder andere om de Grevelingen, Oosterschelde en Waddenzee. Voor deze gebieden gelden strenge regels voor alle activiteiten die mogelijk negatieve gevolgen kunnen hebben op de natuurwaarden waarvoor het gebied is aangewezen. De betreffende gebieden zijn te vinden in een database van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit.
© Foto's: AGAMI © Illustraties vogels: Elwin van der Kolk © Video's: Natuur Digitaal