Geplaatst op 15 september 2021
Kampioenen zijn het, die miljoenen vogels die jaar op jaar vanuit het noorden naar Zuid-Europa en Afrika vliegen om te overwinteren. Ook over ons land vliegen veel doortrekkers in het najaar. Soms volgen ze de kustlijn, soms de loop van rivieren, maar de meeste trekken in een breed front over Nederland. Geoefende trektellers noteren op allerlei plekken welke vogels op trek zijn en hoeveel het er zijn.
Zoals op trekpost Brobbelbies-noord in natuurgebied De Maashorst. Oktober is er een topmaand met vorig jaar ijvoorbeeld 270.000 vogels in één maand tijd.
Maar half september is de trek al volop bezig als onder meer buizerds en wespendieven over zeilen. Beide maken graag gebruik van thermiek om in de lucht te blijven. Die thermiek ontbreekt op regenachtige, bewolkte dagen en dan blijven de vogels nog even thuis. Is het goed weer dan zijn half september de eerste tientallen buizerds en wat minder bruine kiekendieven te zien. Voor buizerds is de Brobbelbies een toplocatie; honderden op één dag in oktober is echt mogelijk. Vorig jaar kwamen er in totaal 3600 over.
Wespendief en buizerd zijn met wat oefening goed te onderscheiden. Wespendieven hebben een langere staart, en hun kop is smaller en steekt meer uit. Verder hebben ze enkele afgetekende banden aan de basis van de staart.
Half september beginnen ook de rode wouwen door te komen, soms wel twintig per dag. Je zou de vogel – herkenbaar aan zijn gevorkte staart – een diehard kunnen noemen want hij trekt soms ook bij wind en regen. Dat geldt ook voor de visarend die nog wel eens in de naastgelegen zandwinput wil komen jagen. Bruine kiekendieven zijn er elke dag wel te zien, meestal niet meer dan een of twee. En dan heb je natuurlijk nog de wat kleinere roofvogels: sperwer (bijna 500 in 2020) en torenvalk. De Nederlandse torenvalken zijn meestal standvogel, maar noordelijker broedvogels overwinteren bij ons of trekken verder door naar (veel) zuidelijker oorden.
Geen roofvogel, maar minstens even indrukwekkend zijn de ooievaars die vooral in augustus overvliegen. In het begin nog niet massaal, maar met een jaartotaal van soms bijna duizend niet te versmaden. De zangvogels grossieren in echt grote aantallen. Zo kwamen er in 2020 ruim 92.000 vinken, 45.000 spreeuwen, 10.000 veldleeuweriken, 11.000 boerenzwaluwen en 73.000 houtduiven over.
Dit is de Brobbelbies-noord in het najaar: stilte, rust, een weids uitzicht en heerlijk veel vogels!
Artikel: Monica Wesseling
Vanaf Grave N324 op, richting Oss/Heesch. Na blauw bord Schaijk rechtdoor. Even daarna bruine toeristische bordjes ‘De Maashorst’.
Op de rotonde driekwart linksom en op de parallelweg LA (Palmstraat). Richting Beachclub aanhouden. Steek de Nistelrooijsebaan over. Palmstraat inmiddels Palmvenseweg. Na tweede veerooster op de T-splitsing LA. Even verderop paneel met bankje en – in de winter – een keet.
Vanaf A59 afslag Schaijk N324. Eerste rotonde eerste afslag. Daar linksaf, parallelweg op (Palmstraat) etc. Openbaar vervoer: Arriva-bus 690 (o.a. vanuit NS Oss), stopt op rotonde. Vandaar autobeschrijving volgen.
Buiten zijn en genieten van je omgeving, de schoonheid van vogels en het bijzondere van hun gedrag gecombineerd met onverwachte natuurmomenten en de vraag of het lukt om een favoriete soort te ontdekken.
Vogels is het tijdschrift voor onze leden, met prachtige fotoreportages en opmerkelijke verhalen. Een scala aan groot en klein nieuws, over vogels, kijk- en excursietips en nog veel meer. Word lid en ontvang
Vogels 5x per jaar.