Geplaatst op 12 oktober 2015
De passie van Otto Overdijk voor lepelaars ontstond als jonge boswachter en sindsdien heeft hij zich ingezet voor onderzoek en bescherming van lepelaars en hun habitat. Ruim dertig jaar volgt hij deze vogel nu, zowel in eigen land als in Afrika. Deels in dienst van Staatbosbeheer op Vlieland, later als beheerder van Natuurmonumenten op Schiermonnikoog.
Maar het meeste onderzoek deed Otto in zijn eigen tijd. Voor de reizen naar Afrika nam hij vakantie op. Op het gebied van onderzoek heeft Overdijk een enorme bijdrage geleverd door lepelaars van kleurringen te voorzien en later ook GPS-zenders in minuscule rugzakjes, waarmee lepelaars gevolgd konden worden.
Daarnaast heeft Otto zich ingezet voor nationale en internationale bescherming van lepelaars. Door te investeren in mensen en educatie heeft hij een netwerk opgebouwd langs de gehele trekroute van lepelaars naar Afrika. Dit is een belangrijke basis voor onderzoek en (internationale) bescherming van lepelaars. Volgens bestuurslid Juun de Boer van Vogelbescherming die Overdijk het ereteken opspeldde is: “Otto Overdijk dé autoriteit op het gebied van de lepelaar in Nederland.”
Overdijk was naar het Garnalenfabriekje in zijn woonplaats Moddergat gelokt onder het voorwendsel dat hij er moest vergaderen en toonde zich blij verrast met de onderscheiding. “Als je zoveel uren in het onderzoek hebt gestopt, vaak bij nacht en ontij en naar verre oorden, dan is het wel heel leuk om nu zo’n schouderklopje te krijgen.”
Meer dan vijftig jaar zette Jan Glas zich in voor de vogel- en natuurbescherming in de provincie Groningen. In het verleden verzette hij zich tegen roofvogelvervolging en plezierjacht op onschadelijke vogelsoorten. Nog steeds is hij de drijvende kracht achter rans- en kerkuilinventarisaties en bescherming. Het is aan Glas te danken dat het plan ‘Tetjehorn’ van de gemeente Slochteren, voor de bouw van 160 bungalows aan de oevers van het Schildmeer, destijds niet door ging. Tegenwoordig is dit belangrijke natuurgebied rijk aan zeldzame porseleinhoentjes, waterallen en roerdompen.
In de jaren ‘80 en ’90 van de vorige eeuw was Glas een groot aantal jaren actief lid van de Ledenraad van Vogelbescherming. Tevens zette hij zich als vrijwillig vogelbeschermingsconsulent in voor tal van activiteiten van de vereniging.
Glas was naar Scharmer gelokt met de smoes dat er een redactievergadering was van de werkgroep Natuur en Landschap Duurswold en kreeg ter plekke de onderscheiding uitgereikt door bestuurslid Ilke Tilders van Vogelbescherming.
Glas was enorm verrast en verguld door de onderscheiding: “Ik vind het schitterend dat ik de Gouden Lepelaar krijg. Ik had dit echt niet verwacht. Maar toen ik hier kwam en al die auto’s zag, dacht ik: hé, er is iets aan de hand.’’