Geplaatst op 13 mei 2015
Vogelbescherming is tegen het doden van wilde vogels, dus ook tegen het afmaken van ganzen, zeker wanneer dit op massale schaal gebeurt. Wij doen geen uitspraak over welke methode het minst erg zou zijn indien er ganzen worden gedood. Het is in ieder geval niet diervriendelijk om ze een voor een de nek om te draaien zoals afgelopen jaar gebeurde, of ze te schieten waarbij veel vogels met hagel in hun lijf blijven rondvliegen.
Vogelbescherming zet zich al decennia in voor de bescherming van ganzen. Dat heeft er toe geleid dat er geen enkele gans meer op de jachtlijst staat en dat de grauwe gans als broedvogel is teruggekeerd in ons land. Helaas is het afmaken van ganzen vanwege de schade aan de landbouw de afgelopen tien jaar enorm toegenomen. Geen enkele organisatie -ook Vogelbescherming niet- is erin geslaagd die trend te keren.
Na vele juridische procedures waarbij Vogelbescherming geen gelijk kreeg, zijn we samen met natuurorganisaties gaan onderhandelen met boeren en jagers. Daar is een compromis uitgekomen. Eenvoudig gezegd kwam dit compromis neer op: in de winter worden de ganzen die hier uit het hoge noorden overwinteren met rust gelaten en het aantal ganzen dat hier het hele jaar verblijft, wordt teruggebracht tot het aantal dat er in 2005 was. Het ‘Ganzenakkoord’ was een pijnlijk compromis voor Vogelbescherming, maar op dat moment, 2012, beter dan de bestaande situatie.
Klopt. Op het laatste moment heeft boerenorganisatie LTO de stekker eruit getrokken in de hoop dat het afmaken van ganzen in winter en zomer door kon gaan. Gelukkig hebben we in veel provincies het toch voor elkaar gekregen dat daar het compromis wel wordt uitgevoerd. In bijvoorbeeld Overijssel wist Vogelbescherming succesvol te voorkomen dat daar ook in de winter massaal ganzen zouden worden geschoten.
We gaan de ontheffingen voor het vergassen van ganzen die door de provincies worden afgegeven kritisch bekijken en mogelijk aanvechten. Vooral wanneer we denken dat de ontheffingen strijdig zijn met het natuurbeleid en we dus kans hebben te winnen. Bijvoorbeeld in belangrijke natuurgebieden.