Snow Goose, Anser caerulescens - Eenden (Anatidae)
Een van de talrijkst broedende ganzen van Amerika en Noordoost-Azië. De vogels die in Nederland gezien worden, kunnen hiervandaan afkomstig zijn, maar ook van ontsnapte (gemengde) broedparen uit parken etc. die meevliegen met noordelijker broedende wilde ganzen.
Lijkt in eerste instantie onmiskenbaar, maar enkele alternatieven mogelijk: let allereerst op verschil met zeldzamere Ross' gans (sneeuwgans is groter, met langere snavel en zwarte snijrand op snavel), maar pas ook op voor hybrides met grauwe gans en 'boerenganzen': een zuivere sneeuwgans heeft een roze snavel en poten, en zwarte handpennen. Naast witte vorm ook nog donkere vorm ('blauwe sneeuwgans') met alleen witte kop; rest van het lichaam is blauwgrijs en bruingrijs.
Twee verschillende roepen, één een redelijk standaard ganzen-gakgeluid, ander een hoog, piepend "wu-iek".
65-75 cm, spanwijdte 133-156 cm
Broedt vanaf juni. Heeft één legsel met doorgaans 4-5 eieren. Broedduur 23-25 dagen. Koloniebroedvogel. Start met broeden op de toendra in oorspronkelijk broedgebied zo snel als de sneeuw er verdwijnt. Nest is een ondiepte op de grond bekleed met mos en gras. Vrouwtje kiest de plek, maakt het nest en broedt de eieren uit, het mannetje bewaakt haar. Als de jongen uitkomen, verlaten ze binnen 24 uur het nest, maar zijn pas vliegvlug na 40-50 dagen.
In Nederland te vinden op en rond weilanden, uiterwaarden, doorgaans in de buurt van water, in de buurt van de kust. In het broedgebied in kolonies in Canada en Alaska op stenige toendra.
Graseter. In principe een variëteit aan vegetatie wat op weilanden groeit. In de winter ook overblijfselen van graan, groentes, mais en dergelijke op akkers.
Een van de talrijkste ganzen in Amerika, die midden over het continent trekken in grote groepen. Overwintert in de zuidelijke helft van de Verenigde Staten van oktober tot maart.
wintergast en jaargast in uiterst klein tot klein aantal | jaarrond aanwezig
De kleine aantallen vogels die in Nederland worden gezien, zullen voor een groot deel zijn ontsnapt uit waterwildcollecties, en meevliegen met andere ganzen. Overigens toont een ringaflezing aan dat ook wilde vogels uit Noord-Amerika incidenteel kunnen opduiken.
Aantal broedparen | 0 (in 2022) |
Geschat maximum aantal overwinteraars | 90-110 (in 2013-2015) |
Doortrekkers | 1-100 (in 2008-2012) |
Bron: sovon.nl
Meer weten over trends? Kijk op sovon.nl.
Bron en meer waarnemingen: Waarneming.nl
Nationaal Park Lauwersmeer, met veel geluk te zien in de trektijd. Kijk goed in grote groepen ganzen in Friesland.
Nagenoeg alle sneeuwganzen die in (Noordwest-)Europa worden gezien, zijn afkomstig uit waterwildcollecties.
Internationale populatie geldt niet als bedreigd. In Noord-Amerika nemen de aantallen toe.
Vogelbescherming monitort de toename van exoten, wereldwijd een van de meest bedreigende factoren in het verdwijnen van de biodiversiteit. Zie ons standpunt over exoten.
De sneeuwgans is een beschermde inheemse vogelsoort. Net als alle andere vogels die van nature in het wild in Nederland voorkomen, zijn sneeuwganzen beschermd op grond van de Europese Vogelrichtlijn. De bescherming van de sneeuwgans wordt in Nederland geregeld door de Omgevingswet.
De wet verbiedt het om zonder omgevingsvergunning voor een flora- en fauna-activiteit:
Uitzonderingen op de vergunningplicht zijn opgenomen in de wet en bijbehorende uitvoeringsregelgeving. De provincie (en in sommige gevallen het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit) kan een omgevingsvergunning verlenen die toestaat in strijd met de verboden te handelen. Daarnaast kan de provincie (en in sommige gevallen het Rijk) vergunningvrije gevallen aanwijzen. Aan beide zijn strenge voorwaarden verbonden.
De wet bevat daarnaast algemene regels voor in het wild levende vogels:
Er zijn geen natuurgebieden voor deze soort aangewezen, omdat de soort slechts in beperkte mate in Nederland voorkomt.
© Foto's: AGAMI © Illustraties vogels: Elwin van der Kolk © Video's: Natuur Digitaal