European Roller, Coracias garrulus - Scharrelaars (Coraciidae)
Een van de kleurrijkste vogels die Nederland bezoekt, is de scharrelaar. Heel soms wordt hij in ons land waargenomen en hij trekt dan meteen de aandacht. De scharrelaar is ongeveer zo groot als een gaai, maar is in plaats van roze, felblauw met bijna turkoois blauwe vleugels. In totaal zijn er zo’n 70 gevallen bekend dat één of meerdere scharrelaars in ons land werden gezien. Eind mei - juni is daarvoor de beste periode.
Het verenkleed van de scharrelaar is overwegend felblauw. Zijn kop en buik zijn dezelfde blauwe kleur, zijn rug is bruin en de vleugels zijn turkoois blauw. Hij heeft een zware dolksnavel en korte, dikke en krachtige poten. Behalve aan zijn uiterlijk is hij ook te herkennen aan zijn gedrag; hij maakt graag gebruik van uitkijkposten als telefoondraden en palen om een prooi te beloeren.
Gaaiachtig gekrijs.
31-32 cm, spanwijdte 52-58 cm
Broedt van mei tot en met juli en heeft meestal één legsel met 4-6 eieren. Kunnen aan nieuw legsel beginnen als het eerste legsel verloren is gegaan. Scharrelaars zijn monogaam en territoriaal en broeden in holen. Het zijn geen koloniebroeders, maar soms broeden ze in een semi-kolonie, met een aantal nesten in een zelfde gebied. De afstand tussen de nesten is dan over het algemeen nog relatief groot.
De scharrelaar heeft een voorkeur voor warme en zonnige laaglanden in Centraal en zuidelijk Europa. Hij komt voornamelijk voor in open terreinen, afgewisseld met stukken oude bomen. De uitkijkposten die deze bomen verschaffen, gebruikt hij om vanaf te jagen. Ook op heideterreinen en gevarieerd agrarische land en in halfwoestijnen kun je de scharrelaar tegenkomen.
Scharrelaars eten voornamelijk insecten, zoals kevers, krekels, cicaden en spinnen. Maar ook kikkers, hagedissen en zelfs slangen zijn voor hen niet te versmaden. Ze zoeken een plekje boven in een struik of boom, waar ze op de uitkijk gaan zitten, op zoek naar hun volgende hapje.
Tussen oktober en april is de scharrelaar te vinden in zijn overwinteringsgebieden in Oost- en Zuidwest Afrika. Waar de scharrelaars in de zomermaanden verblijven, lijkt aan de hand van onderzoek ook bepalend te zijn voor hun trekroute en de plek waar ze overwinteren. Zo trokken Franse scharrelaars in een rechte lijn naar het zuiden, terwijl vogels van het Iberisch schiereiland langs de westkust van Afrika trokken.
In Nederland zien we slechts zelden een scharrelaar. Binnen Europa neemt het aantal scharrelaars geleidelijk af door verlies aan geschikt habitat.
Aantal broedparen |
Bron en meer waarnemingen: Waarneming.nl
Waar de scharrelaar zich laat zien in Nederland is niet goed te voorspellen; het is geen regelmatige verschijning in ons land. Maar kijk naar hem uit in gevarieerd cultuurlandschap, of in landen als Spanje, en bijvoorbeeld Oost-Europa.
De scharrelaar komt voor in de meest zuidelijke delen van Europa en heeft ook een groot verspreidingsgebied in Oost-Europa en Rusland.
Enkele van de grootste bedreigingen voor de scharrelaar zijn het verlies van geschikte broedgebieden door veranderd landgebruik, het gebruik van pesticiden in de landbouw en de jacht. De soort is in Europa het slachtoffer van de jacht wanneer hij gedurende de trek langs de Middellandse zee komt, en in andere gebieden wordt hij ook voor consumptie bejaagd.
In ons land worden voor de scharrelaar geen specifieke beschermingsmaatregelen genomen, maar ze kunnen profiteren van en gevarieerd en natuurlijk landbeheer, met zo min mogelijk gebruikmaking van bestrijdingsmiddelen tegen insecten. Vogelbescherming werkt samen met Birdlife Partners in gebieden waar de soort voorkomt en in gebieden langs de trekroute. Deze Partners zetten zich in voor het voortbestaan van de soort.
Mocht je ergens in Nederland een scharrelaar aantreffen, bewaar dan afstand om verstoring te voorkomen. Het gaat vermoedelijk om een dwaalgast. In het buitenland kun je de scharrelaar helpen door het internationale werk van Vogelbescherming en haar partners te steunen.
De scharrelaar is een beschermde inheemse vogelsoort. Net als alle andere vogels die van nature in het wild in Nederland voorkomen, zijn scharrelaars beschermd op grond van de Europese Vogelrichtlijn. De bescherming van de scharrelaar wordt in Nederland geregeld door de Omgevingswet.
De wet verbiedt het om zonder omgevingsvergunning voor een flora- en fauna-activiteit:
Uitzonderingen op de vergunningplicht zijn opgenomen in de wet en bijbehorende uitvoeringsregelgeving. De provincie (en in sommige gevallen het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit) kan een omgevingsvergunning verlenen die toestaat in strijd met de verboden te handelen. Daarnaast kan de provincie (en in sommige gevallen het Rijk) vergunningvrije gevallen aanwijzen. Aan beide zijn strenge voorwaarden verbonden.
De wet bevat daarnaast algemene regels voor in het wild levende vogels:
Er zijn geen natuurgebieden voor deze soort aangewezen, omdat de soort slechts in beperkte mate in Nederland voorkomt.
© Foto's: AGAMI © Illustraties vogels: Elwin van der Kolk © Video's: Natuur Digitaal