Red-rumped Swallow, Cecropis daurica - Zwaluwen (Hirundinidae)
Deze zwaluw uit het Middellandse Zeegebied en Azië is een geliefde soort bij veel vogelaars. De roodstuitzwaluw is namelijk vrij zeldzaam in Nederland, maar wordt hier toch ieder jaar wel gezien. Vooral op trektelposten langs de kust maak je tussen half april en eind mei kans een 'roodstuit' te zien langsvliegen.
Lijkt op boerenzwaluw en heeft net als die soort lange, spitse staartpennen. Maar wat direct opvalt bij de roodstuitzwaluw is de mooie roestrode stuit, die richting de staart lichter kleurt. Van een afstandje lijkt die stuit in bepaald licht bijna wit, waardoor je bij de determinatie rekening moet houden met huiszwaluwen. Die hebben namelijk ook een witte stuit (maar géén lange staartpennen). De onderstaart van de roodstuitzwaluw is geheel zwart (grotendeels wit bij boerenzwaluw) en opvallend recht afgesneden. Andere verschillen met de boerenzwaluw zijn de rossige zijkop en smalle bruinrode halsband, lichte keel en borst. Al met al heeft de roodstuitzwaluw een lichter voorkomen dan de boerenzwaluw.
Kwetterende, brabbelende zang met metalige geluidjes. Niet zo druk als een boerenzwaluw. Roep is een bijna musachtig, nasaal gestjilp.
16-17 cm, waarvan 3-5 cm staartpennen, spanwijdte 32-34 cm
In Europa valt het broedseizoen van roodstuitzwaluwen tussen april en september. Meestal gaat het om twee broedsels per seizoen; in Spanje vaak drie. Doorgaans gaat het om solitaire nesten, maar soms broeden ze in losse groepjes van enkele paren. Die nesten worden in 1-2 weken gebouwd onder een horizontaal oppervlak, op allerlei plekken: kliffen, ingangen van grotten, maar ook in ruïnes en zelfs bushokjes. Legselgrootte in Europa doorgaans 4-5. Na 14-15 dagen komen de eieren uit, waarna de jongen binnen 26-27 vliegvlug zijn. Ze worden dan nog anderhalve week gevoed door de ouders en blijven 2-3 weken na uitvliegen overnachten in het nest.
Broedt wijdverspreid in de landen rond de Middellandse Zee, het Midden-Oosten en in een groot deel van Azië. Vogel van open bergachtig terrein, rivierkloven, valleien, steile kliffen, cultuurlandschap en menselijke bebouwing. Buiten de broedtijd boven graslanden, cultuurlandschap en open plaatsen in bossen. Heeft dan roestplaatsen in rietbedden.
Het voedsel bestaat grotendeels uit vliegen, muggen, wantsen en vliegende mieren. Prooien worden meestal in vlucht gevangen. Vaak laag over vegetatie scherend, maar ook hoger in de lucht. Zoekt menselijke bewoning op en andere plaatsen die insecten aantrekken, zoals markten en scheepswerven. Landt geregeld op begroeiing of op de grond om insecten te vangen.
Broedvogels uit Zuid-Europa en westelijk Azië overwinteren in tropisch Afrika. Trekken in september weg uit de broedgebieden en keren terug van maart tot in mei. In Nederland worden de meeste roodstuitzwaluwen gezien van half april tot eind mei. Dit zijn 'doorschieters', oftewel vogels die bij hun terugkeer uit Afrika te ver naar het noorden zijn doorgevlogen. Verder is er in oktober een trekpiekje van roodstuitzwaluwen in Nederland.
Sinds de late jaren '80 van de vorige eeuw worden jaarlijks roodstuitzwaluwen gezien in Nederland. Dat flucteert tegenwoordig van circa tien tot enkele tientallen exemplaren per jaar.
Aantal broedparen | Geen broedvogel |
Geschat maximum aantal overwinteraars | aantal onbekend |
Doortrekkers | 1-100 (in 2008-2012) |
Bron: sovon.nl
Meer weten over trends? Kijk op sovon.nl.
Bron en meer waarnemingen: Waarneming.nl
Vrijwel jaarlijks wordt de soort in het voorjaar gezien vanaf trektelposten langs de kust. Telpost Breskens is van de laatste week van april tot medio mei dé plek in Nederland waar je het meeste kans maakt op een roodstuitzwaluw. Maar ook telpost Eemshaven heeft wat dat betreft een repuatie hoog te houden.
Veruit het grootste deel van de Europese roodstuitzwaluwpopulatie broedt in Spanje en op de Balkan. Maar de soort is ook onder meer te vinden in Portugal, Zuidoost-Frankrijk, Bulgarije en Roemenië.
Deze soort geldt als wereldwijd niet bedreigd.
Vogelbescherming zet zich in voor een algehele verbetering van de natuurkwaliteit in Nederland. Daar profiteren ook dwaalgasten van.
Verstoor geen dwaalgasten en respecteer de aanwijzingen van terreinbeheerders. Gemeenten, provincies, waterschappen en het Rijk kunnen belangrijk bijdragen aan een basiskwaliteit natuur in Nederland, waardoor het voor vogels aantrekkelijker wordt om in Nederland te verblijven.
De roodstuitzwaluw is een beschermde inheemse vogelsoort. Net als alle andere vogels die van nature in het wild in Nederland voorkomen, zijn roodstuitzwaluwen beschermd op grond van de Europese Vogelrichtlijn. De bescherming van de roodstuitzwaluw wordt in Nederland geregeld door de Omgevingswet.
De wet verbiedt het om zonder omgevingsvergunning voor een flora- en fauna-activiteit:
Uitzonderingen op de vergunningplicht zijn opgenomen in de wet en bijbehorende uitvoeringsregelgeving. De provincie (en in sommige gevallen het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit) kan een omgevingsvergunning verlenen die toestaat in strijd met de verboden te handelen. Daarnaast kan de provincie (en in sommige gevallen het Rijk) vergunningvrije gevallen aanwijzen. Aan beide zijn strenge voorwaarden verbonden.
De wet bevat daarnaast algemene regels voor in het wild levende vogels:
Er zijn geen natuurgebieden voor deze soort aangewezen, omdat de soort slechts in beperkte mate op doortrek in Nederland voorkomt
© Foto's: AGAMI © Illustraties vogels: Elwin van der Kolk © Video's: Natuur Digitaal