Ruddy Shelduck, Tadorna ferruginea - Eenden (Anatidae)
De casarca is een eendensoort die in toenemende mate in Nederland wordt waargenomen. Met de grootste aantallen in de zomer. Bij een deel van deze vogels gaat het vermoedelijk om ontsnapte exemplaren uit collecties en vogelparken, of nazaten daarvan. Op het Eemmeer worden in augustus tegenwoordig jaarlijks grote groepen casarca’s gezien, die uit Midden-Europa komen. Casarca’s trekken graag op met Nijlganzen.
Eend met helder oranjebruin gekleurd lijf en een wat lichtere kaneel- tot roomkleurige kop. Het mannetje heeft in zomerkleed een zwarte nekband. Het vrouwtje is wat doffer oranjebruin van kleur. In vlucht is de casarca te herkennen aan de opvallende witte velden op boven- en ondervleugels.
Ook buiten de broedtijd erg roeperig. Meest gehoorde roep klaaglijk en ver dragend.
61-67 cm, spanwijdte 121-145 cm
Broedt van eind april tot begin juni. Eén legsel per jaar met 8-9 eieren. Broedduur 28-29 dagen, start na het leggen van het laatste ei. De casarca is van origine geen Nederlandse broedvogel, maar broedgevallen komen voor. Nestelt elders vooral in holen, zoals konijnenholen, maar ook in boomholten, nestkasten of zelf gegraven holen in de grond. Soms ook wel in groot roofvogelnest, of onder dichte vegetatie en in lege gebouwen. Het nest is bekleed met veertjes en dons en soms gras. Soms ook wel kilometers van de waterkant te vinden. Het vrouwtje broedt de eieren uit, mannetje houdt de wacht. De jongen kunnen na ongeveer 55 dagen vliegen. Daarna blijven de families vaak nog bij elkaar.
Casarca’s zijn vrijwel altijd in de nabijheid van water te vinden. Daarbij hebben ze een voorkeur voor open water, meren en zoutmoerassen, waarin ze hun voedsel bij elkaar grondelen. De broedbiotoop wordt gevormd door steppen in de nabijheid van meren en natte gebieden. Zoekt als nestplaats holtes in oevers of in rotsen op.
Hoofdvoedsel bestaat uit planten. Eet onder meer gras, jonge scheutjes van planten en zaden. In het water zoekt de casarca naar planten door met de kop en borst onder water te gaan.
Aziatische populaties trekken als het kouder wordt vanuit hun broedgebieden in een breed front naar lager gelegen gebieden in het zuiden, zoals India en Zuidoost-Azië. Echter, andere populaties trekken enkel naar nabijgelegen gebieden, afhankelijk van de beschikbaarheid van geschikt leefgebied. Een klein deel overwintert in Spanje en Egypte.
uiterst schaarse broedvogel | jaarrond aanwezig | doortrekker en wintergast in uiterst klein tot zeer klein aantal
De aantalsontwikkeling is onbekend. Klein aantal broedparen in Nederland en groeiend in Duitsland. In de landen van oorsprong zeer wisselende patronen en verschillen tussen populaties.
Aantal broedparen | 10-30 (in 2018-2020) |
Geschat maximum aantal overwinteraars | 80-120 (in 2013-2015) |
Doortrekkers | 100-500 (in 2008-2012) |
Bron: sovon.nl
Meer weten over trends? Kijk op sovon.nl.
Bron en meer waarnemingen: Waarneming.nl
Voor maximaal 700 casarca's vormt het Eemmeer van juli tot en met september een vertrouwde plek om te ruien.
Komt oorspronkelijk alleen voor in het zuidoosten van Europa, waar zich broedgebieden bevinden. Tegenwoordig verspreiden de broedpopulaties zich uit over Europa en zijn deze ook te vinden in Duitsland en een enkele in Nederland. Overwintert wel in een klein deel van Spanje.
In het zuidoosten van Europa vormt de jacht een gevaar voor de casarca. Ook het verlies aan binnenlandse wetlands door onder meer stadsontwikkeling, drooglegging, gebruik voor irrigatie, zoutwinning of vervuiling vormt een bedreiging.
Voor de casarca worden geen specifieke beschermingsmaatregelen genomen. Wel profiteert de soort in meer algemene zin van projecten gericht op verbetering van de natuurkwaliteit van de Nederlandse delta en wetlands.
Probeer casarca's niet te verstoren en bekijk ze op afstand. Zo voorkomt u, zeker tijdens de rui en in de winterperiode, onnodig energieverlies.
De casarca is een beschermde inheemse vogelsoort. Net als alle andere vogels die van nature in het wild in Nederland voorkomen, zijn casarca’s beschermd op grond van de Europese Vogelrichtlijn. De bescherming van de casarca wordt in Nederland geregeld door de Omgevingswet.
De wet verbiedt het om zonder omgevingsvergunning voor een flora- en fauna-activiteit:
Uitzonderingen op de vergunningplicht zijn opgenomen in de wet en bijbehorende uitvoeringsregelgeving. De provincie (en in sommige gevallen het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit) kan een omgevingsvergunning verlenen die toestaat in strijd met de verboden te handelen. Daarnaast kan de provincie (en in sommige gevallen het Rijk) vergunningvrije gevallen aanwijzen. Aan beide zijn strenge voorwaarden verbonden.
De wet bevat daarnaast algemene regels voor in het wild levende vogels:
Er zijn geen natuurgebieden voor deze soort aangewezen, omdat de soort slechts in beperkte mate in Nederland voorkomt.
© Foto's: AGAMI © Illustraties vogels: Elwin van der Kolk © Video's: Natuur Digitaal