Door
Kees de Pater
Medewerker Vogelbescherming
Geplaatst op 6 maart 2015
Afgelopen week kwam het rapport van de Onderzoeksraad voor Veiligheid uit over het beleid ten aanzien van de gaswinning in Groningen. Een ontluisterend rapport. Een greep uit de conclusies: onvoldoende onderzoek, bagatelliseren van veiligheidsrisico's, een gesloten bolwerk waarin beslissingen genomen worden, een verantwoordelijk minister met meerdere petten op. Een systeem waarin checks en balances ontbreken waardoor slechts één belang domineert. Deze wijze van min of meer bewust blinde besluitvorming lijkt zich nu bij het luchthavenbesluit over vliegveld Lelystad te herhalen.
Staatssecretaris Mansveld van Infrastructuur en Milieu staat op het punt een besluit te nemen over de uitbreiding van vliegveld Lelystad van 0 naar op termijn 45.000 starts en landingen van verkeersvliegtuigen per jaar. Een zeer risicovol plan voor reizigers, vogels en natuur. Het vliegveld ligt op nog geen zes kilometer afstand van de Oostvaarderplassen. Een zeer belangrijk natuurgebied zoals, sinds De Nieuwe Wildernis, heel Nederland weet. Het gebied wordt bevolkt door enorme aantallen vogels, vooral grote vogels. Er leven maar liefst 100.000 ganzen, 2500 paar aalscholvers en honderden lepelaars. Er broeden reigers en roofvogels, waaronder de majestueuze zeearenden. Naast de Oostvaardersplassen liggen meer natuurgebieden die grote aantallen vogels herbergen zoals het Markermeer, de Lepelaarplassen en de Randmeren. Hoewel de vliegtuigen waarschijnlijk niet laag over de Oostvaardersplassen zullen vliegen, doen de vogels dat wel over het vliegveld. Ieder weldenkend mens begrijpt dat je met de aanleg van een verkeersvliegveld zo vlak bij zulke natuurgebieden grote risico's neemt op botsingen tussen vogels en vliegtuigen. Het drama dat daar uit voort kan komen kennen we van de crash met het Air Maroc toestel enkele jaren geleden. Bij Schiphol worden nu massaal vogels gedood tot op wel 23 kilometer afstand van de luchthaven. Voor vliegveld Lelystad waar zich in de nabije omgeving een veelvoud aan grote vogels bevindt, zijn hieruit geen lessen getrokken. In tegendeel: uit de studies ten behoeve van de uitbreiding van het vliegveld wordt gesteld dat de kans op botsingen tussen vogels en vliegtuigen zeer klein is. Er zouden nauwelijks grote vogels in een straal van vijf kilometer rond het vliegveld vliegen. Wie de rapporten echter goed leest ziet dat er helemaal geen onderzoek gedaan is naar hoeveel vogels zich daadwerkelijk rond het vliegveld bewegen. De bewering is louter en alleen gestoeld op literatuuronderzoek en op verouderde cijfers.
Alleen door systematisch veldonderzoek kan een compleet beeld worden verkregen van aantallen en vliegbewegingen van de vogels. Op 1 december 2012 werden er bij een slaapplaatstelling van ganzen in de Oostvaardersplassen ruim 14.000 ganzen geteld die richting het vliegveld vlogen. Afgelopen vrijdag 20 februari streken ruim 2000 kolganzen op nog geen drie kilometer ten zuidwesten van de luchthaven neer. Niemand weet hoe regelmatig zulke ganzenvluchten voorkomen. Toch weigert Mansveld tot nu toe echt onderzoek te laten uitvoeren.
Wat gebeurt er als er toch meer vogels rondom vliegveld Lelystad vliegen dan in Mansveld's papieren werkelijkheid. Gaan er dan massaal vogels afgemaakt worden zoals rondom Schiphol? Komen er ganzenvergassingsinstallaties in de Nieuwe Wildernis te staan. Dat is gezien het grote belang van de betrokken natuurgebieden ondenkbaar. Gaat er dan een loopje genomen worden met het reizigersrisico? Dat lijkt nog onwaarschijnlijker. Dan ligt er straks een leeg peperduur vliegveld. Symbool van jarenlange kop-in-het-zand-politiek.
Besluitvorming over vliegveld Lelystad lijkt in het klein op de jarenlange besluitvorming over de gaswinning: bagatelliseren van kritiek, weigeren deugdelijk onderzoek te laten doen en onevenredig grote invloed van economische belangengroepen. Het zou van wijsheid en moed getuigen als Mansveld lessen trekt uit de gaswinning in Groninger en voor het nemen van een besluit over luchthaven Lelystad eerst gedegen onderzoek laat doen.
Kees de Pater, Vogelbescherming Nederland
Marius Bouscholte, Vogel- en Natuurwacht Zuid Flevoland