Geplaatst op 1 november 2017
Pijlstaarten komen uit Noord-Scandinavië en Rusland en strijken massaal bij ons neer, vooral in getijdengebieden en in ondiepe meren. Al grondelend kunnen pijlstaarten, dankzij hun lange nekken, voedsel uit dieper water halen dan andere zwemeenden.
Tijdens een koufront met stevige noordwestenwind kan de trek van pijlstaarten heel spectaculair zijn, vooral in oktober en november. Ze steken dan in grote groepen met de wind half in de rug het land over en kunnen tot diep in het binnenland in V-formaties worden gezien. Ze zijn dan goed herkenbaar aan de lange nek en de puntige staart.
In het begin van de winter komen de woerden prachtig op kleur en beginnen ze steeds vaker te baltsen, waarbij de tekening van de nek en de lange staart een belangrijke rol spelen. Goede plekken om deze elegante schoonheid tegen te komen zijn onder andere de Groningse Waddenkust, het Lauwersmeer, het Gooimeer en de Ooster- en Westerschelde.
Buiten zijn en genieten van je omgeving, de schoonheid van vogels gecombineerd met onverwachtse natuurmomenten en de vraag of het lukt om een favoriete soort te ontdekken.
We helpen de beginnende vogelkijker graag op weg.