Door
Chris van der Heijden
Birdingplaces.eu
Geplaatst op 22 januari 2024
Berend Voslamber deed veertig jaar onderzoek naar grauwe ganzen. Afgelopen najaar verscheen zijn boek Mijn grauwe ganzen. Daarin beschrijft hij het leven van de grauwe gans van ei tot volwassen dier. Voor wie het leest, neemt de achting voor de grauwe gans met elke pagina toe.
Berend Voslamber: “Als kind in Groningen zag ik tijdens koude winters grote groepen ganzen overtrekken. Dat boeide me toen al. Waar kwamen ze vandaan en waar gingen ze naar toe? Maar echt gefascineerd raakte ik vanaf het moment dat ik onderzoek ging doen naar de grauwe gans. Door het ringen van vogels kon je ze individueel leren herkennen. Dat veranderde voor mij de beleving helemaal. De massa-vogel werd opeens een individu met een eigen karakter. Als je naar een groep ganzen kijkt, denk je misschien dat ze allemaal hetzelfde doen.
Maar niets is minder waar: geen gans vertoonde hetzelfde gedrag. De één voedde zijn jongen op in afgelegen natuurgebieden, de ander in een drukke stad. Sommige grauwe ganzen bleven altijd vrijgezel en maakten nooit een nest, andere ganzen hadden elk jaar een nest en hun leven lang dezelfde partner. Weer andere wisselden geregeld van partner. Sommige ganzen legden maar een paar eieren, anderen soms wel 15. Sommige ganzen zaten hun hele leven op 5 kilometer rond dezelfde plek, anderen trokken weg naar Zuid-Spanje of Scandinavië. De grauwe gans bleek al gauw een ontzettend boeiende vogel. Ze waren slim, trouw, ontrouw, reislustig, honkvast… ze leken in de diversiteit van hun gedrag soms net mensen.”
“Ik wilde vooral mijn kennis en fascinatie voor de grauwe gans delen met een breed publiek. Laten zien hoe boeiend deze vogel is. Natuurlijk is het boek wetenschappelijk onderbouwd, maar het is ook gemakkelijk leesbaar voor mensen die niet thuis zijn in onderzoek. Met veel foto’s en bijvoorbeeld ook veel individuele portretten van ganzen. Die illustreren mooi hoe elke gans het weer heel anders doet en zijn eigen overlevingsstrategie kiest.”
“Dat zijn ze zeker. Weinig uitdrukkingen zijn zo misplaatst als ‘domme gans’. Bij wetenschappelijk proeven waarbij ze dingen in een bepaalde volgorde moesten doen om een beloning te krijgen, deden grauwe ganzen dat heel snel feilloos. En na een jaar wisten ze de volgorde ook nog precies. Een gans leert heel snel en heeft een enorm goed geheugen. Als je een gans vangt om hem te ringen, dan lukt je dat het volgende jaar al niet meer op dezelfde manier, omdat ze de vangmethode dan kennen.
Ze weten ook tot op de meter nauwkeurig waar er wordt gejaagd en waar niet. Dezelfde gans die ik in mijn onderzoeksgebied bij de Dollard zonder problemen tot honderd meter kon benaderen, vloog in Spanje waar gejaagd werd al op als mensen nog op vele honderden meters afstand waren. Het is ook verbazingwekkend hoe snel ze nieuwe voedselplekken ontdekken en aan elkaar doorgeven. Een veld waar de mais net geoogst is en waar ganzen al weken in geen velden of wegen zijn gezien, kan een uur na de oogst al vol zitten met ganzen die zich storten op de oogstresten.”
“Als je een gans jarenlang volgt en een paar keer per week tegenkomt, leer je zo’n gans van haver tot gort kennen. Je weet waar zij haar nest bouwt, je weet wie haar partner is, je weet wat haar lievelingsplekken zijn. Je bouwt echt een soort band op. Als zo’n gans dan geschoten wordt, raakt je dat diep. Ook omdat je merkt dat ganzen zelf ook helemaal van de kaart zijn als hun partner wordt geschoten. Ja, daar kon ik soms heel verdrietig van worden.
Een gans kan wel 25 jaar oud worden, maar de meeste ganzen halen dat bij lange na niet en worden al in de eerste paar jaar van hun leven geschoten. Ik vind het terecht dat boeren een goede schadevergoeding krijgen als ze schade aan hun grasland hebben, maar het afknallen van ganzen zal voor mij nooit wennen. Ik schrijf in mijn boek ook bewust niet over de jacht. Ik wilde vooral het mooie en bijzondere van de grauwe gans laten zien.”
“Dat mag wel wat actiever ja. Natuurlijk komt Vogelbescherming op voor alle soorten ganzen en komen ze ook in het geweer als vergunningen onterecht verleend worden, dus dat is goed. Maar ik denk dat er meer geschoten wordt dan nodig is en dat Vogelbescherming zich daartegen wel wat harder zou mogen uitspreken.”
"Grauwe ganzen eten inderdaad riet en houden daarmee moerassen open. Afgelopen eeuw groeiden moerassen op veel plekken dicht ten gevolge van successie. Er werden toen zelfs grauwe ganzen uitgezet omdat dit de natuurlijke begrazers van het moeras zijn en de successie terugdringen."
“Nou dat is veel hoor. Bijvoorbeeld dat maar 30 procent van alle ganzen ooit aan broeden toe komt waarvan dan weer de meeste slechts eenmaal. Het is een wonder dat ze toch hun populatie op peil weten te houden. Of dat er paartjes zijn die nooit meer dan tien meter van elkaar verwijderd zijn. Die lopen of zwemmen gewoon hun hele leven altijd naast elkaar. Of dat sommige ganzen hun nest maken ver verwijderd van het voedzame grasland dat de jongen nodig hebben om te groeien. Ze moeten dan soms kilometers met hun jonge kuikens door de velden lopen, wegen oversteken en hopen roofvogels en vossen te ontwijken. En dan toch nog kuikens grootbrengen. Ook heel bijzonder is hoe plaatstrouw grauwe ganzen zijn. 90% van alle individuen blijft hun hele leven binnen 10 kilometer van de plek waar ze uit het ei gekropen zijn.”
“De populatie is alweer een aantal jaren stabiel, de grote groei is al jaren geleden gestopt. Er broeden ongeveer 150.000 grauwe ganzen in Nederland. En in de wintermaanden arriveren er nog ongeveer 600.000 die komen overwinteren in Nederland.”
“Bijna door heel Nederland kun je in de buurt van water wel grauwe ganzen vinden. Maar de echt grote groepen zitten langs de grote rivieren en in polders met grasland in Friesland, Noord-Holland en Zuid-Holland.”
“Ga ringen of halsbanden aflezen van ganzen, en geef die waarnemingen door, dat geeft ganzen kijken een heel nieuwe dimensie. Dan raak je binnen de kortste keren aan grauwe ganzen verslingerd. Door de digitale revolutie kun je tegenwoordig namelijk als je een ringnummer van een gans invoert al meteen in het veld zien waar de gans die voor je staat vandaan komt en allemaal geweest is. Als je dan bijvoorbeeld een jaar later een gans terugziet die in de tussentijd helemaal naar Siberië op en neer is gevlogen, is dat heel bijzonder om mee te maken. Via de website www.geese.org en de gratis app BirdRing is het tegenwoordig een fluitje van een cent om dat allemaal in te voeren en de gegevens te kunnen zien. En je helpt ook nog de wetenschap een handje met je waarnemingen. Er is wel een kleine maar. Om ganzenringen of halsbanden goed te kunnen aflezen heb je vaak wel een telescoop nodig, want voor het aflezen met een gewone verrekijker staan ze meestal net te ver weg. Maar als het je lukt gaat er een bijzondere wereld van vogeltrek voor je open en word je misschien net zo enthousiast over deze prachtige vogel als ik.’
Mijn grauwe ganzen - Berend Voslamber; € 27,90.
Uitgeverij Noordboek; 304 p.’s.
ISBN: 9789464710816.
Te koop bij onze winkel in Zeist, je eigen boekhandel of online te bestellen, zoals bij uitgeverij Noordboek.