Door
Monica Wesseling
Natuurjournalist
Geplaatst op 14 februari 2019
Onderzoekers kijken al sinds 1931 naar koolmezen. Jaren van observeren met opzienbarende resultaten. Zo was het de koolmees die als eerste aantoonde dat de klimaatverandering grote gevolgen heeft voor de natuur. Onderzoekers zagen een slechter broedresultaat.
De koolmees komt in broedseizoen in de problemen. Koolmeesjongen groeien op rupsen. Vroeger kon de koolmees ervoor zorgen precies bij de rupsenpiek jongen te hebben. Dat lukt nu niet meer. De hogere temperatuur vervroegt de rupsenpiek en de koolmees kan dat niet bijhouden. Ze vervroegt haar eileg niet voldoende.
Ook de zure regen gaat niet aan de koolmees voorbij. In verzurings-gevoelige bossen zijn de eierschalen te zwak. Kalkgebrek. Niet alleen een probleem van de jaren ’80 maar ook van nu.
Nog zo’n wonderlijke kwestie. In bossen met veel koolmezen krijgen de vrouwen meer zonen dan dochters. Zonen trekken verder weg van de geboortegrond dan dochters, op zoek naar een eigen territorium. Vrouwen zijn ‘inwonend’. Door meer zonen te produceren, zorgen de ‘moeders’ ervoor dat de voedselconcurrentie niet nog heftiger wordt.
Mooie vogelkennis doen we op via de koolmees, maar we leren dankzij deze vogels ook meer over onszelf.
Want net als wij blijkt de koolmees een (overerfelijk) karakter te hebben. Door proeven met vreemde voorwerpen in hun kooi, ontdekten de onderzoekers dat er bij koolmezen lefgozers en kat-uit-de-boomkijkers zijn. De eerste zijn agressief, niet bang en gaan overal als eerste op af, de tweede timide en schrikachtig.
Op het eerste gezicht lijken lefgozers in het voordeel. Maar nee; de omstandigheden bepalen wie wint. Bijvoorbeeld. Als het voedsel schaars is en goed zoeken vergt, is kat-uit-de boomkijker in het voordeel. Als bangerik controleert hij zijn omgeving heel goed. De lefgozer kan zich veel minder op één plek concentreren. Hij zoekt niet zorgvuldig: de kat-uit-de-boomkijker wint.
Opvallend gedrag, te zien op de voederplank! De koolmees: gewoon én bijzonder.
Koolmezen zijn overal wel te vinden waar struiken zijn. Lok ze de tuin in met een silo met pinda’s of zonnebloempitten. Hang in het najaar een nestkast op.
En zorg voor een natuurlijke tuin vol insecten. Via de postcodevogelcheck via mijnvogeltuin.nl kunt u gemakkelijk tips krijgen om de koolmees en andere vogels bij u in de buurt een handje te helpen.
Kent u het verschil tussen koolmees en pimpelmees? Nee? Kijk dan even dit filmpje, Camilla Dreef legt het haarfijn uit.
Meedoen met de jaarlijkse Nationale Tuinvogeltelling wordt nog leuker met web-app MijnTuinvogeltelling. De web-app helpt je de meest voorkomende tuinvogels van Nederland te herkennen. En maakt het invoeren van je telling tijdens dat weekend nog makkelijker!
Veel vogels kun je helpen met een nestkast. Elke soort heeft eigen woonwensen. Waar en hoe je de nestkast ophangt, is belangrijk, net als het type kast. Koop 'm bij Vogelbescherming, dan steun je ook ons werk.