Little Gull, Hydrocoloeus minutus - Meeuwen (Laridae)
Rode lijst
Dwergmeeuwen zijn in Nederland zeldzame broedvogels. Op doortrek worden ze in groter aantal waargenomen. Dwergmeeuwen zijn vrij klein en maken daardoor niet veel indruk op een roofdier dat een nest nadert. Ze wonen dan ook graag in bij een kolonie kokmeeuwen - deze zijn veel agressiever - en maken hier gebruik van bij het verjagen van (mogelijke) vijanden.
Adulte vogels hebben een zwarte kop en vleugels met grijszwarte onderkant en een witte achterrand die om de top heen gaat. In de winter wordt de kop wit, met een zwarte pet en zwarte oorvlek.
Jonge vogels hebben net als jonge drieteenmeeuwen een zwarte W op de vleugels, maar de zwarte boa ontbreekt. Ze hebben wel het koppatroon als een adult winter dwergmeeuw, en in vlucht is een grijze baan te zien over de armpennen tot aan de zwarte handpennen. Een zeer goed kenmerk is een zwarte vlek op het lichaam bij de achterkant van de vleugel. Dwergmeeuwen hebben qua uiterlijk en levenswijze veel gemeen met moerassterns.
Kort en hard "kjieu!" en herhaald "ti-kiew".
25-30 cm, spanwijdte 70-78 cm
Broedt vanaf eind juni tot juli. Heeft één legsel van meestal 2-3 eieren. Broedduur 23-25 dagen. Nestelt vaak in kolonies van kokmeeuw en visdief. Nest is een ondiep kuiltje van gras in de buurt van water, broedt ook op drijvende vegetatie in het water. Jongen vliegvlug in 21-24 dagen.
In Europa broeden dwergmeeuwen in terreinen met pioniersvegetaties, zoals kwelders, spaarzaam begroeide zandplaten en recent ingepolderde gebieden, maar ook in laagveenmoerassen. Komt zeer sporadisch in Nederland tot broeden. 's Winters trekt de soort naar grote open wateren en vooral naar zee.
Voedsel bestaat voornamelijk uit insecten die hij van het wateroppervlak pikt, op een typerende wijze die aan moerassterns doet denken. Jaagt ook op vliegende insecten. Leeft op zee vermoedelijk van kreeftachtigen, die hij van het wateroppervlak oppikt.
Trekt vanuit broedgebieden in Oost-Europa en Finland (en verder oostelijk) langs de kust, over zee en langs binnenwateren en rivieren naar overwinteringsgebieden van Zwarte, Kaspische en Middellandse Zee en Atlantische Oceaan westelijk hiervan. Trekt vaak in middelgrote groepen en associeert zich met moerassterns. Met name tussen half april en half mei kunnen grote(re) groepen worden gezien in Nederland, ook in het binnenland.
uiterst schaarse broedvogel | wegtrekkend | doortrekker en wintergast in vrij groot aantal
Sinds de jaren '40 is de dwergmeeuw een sporadische broedvogel, met om de paar jaren één of enkele broedgevallen, vaak in de zelfde kolonie. De grootste aantallen worden in Nederland gezien tijdens de trek, met de piek eind april. De trekpiek kwam in de afgelopen decennia steeds vroeger te liggen.
Aantal broedparen | 0 (in 2023) |
Geschat maximum aantal overwinteraars | 200-20.500 (in 2018-2021) |
Doortrekkers | 44.400-200.000, apr (in 2018-2021) |
Bron: sovon.nl
Meer weten over trends? Kijk op sovon.nl.
Bron en meer waarnemingen: Waarneming.nl
Trekt eind april in grote aantallen langs de Noordzeekust en blijft in grote groepen vaak boven grote zoete wateren hangen, vooral bij regenachtig weer.
Dwergmeeuwen broeden in Finland, de Baltische Staten en verder naar het oosten in Rusland.
De dwergmeeuw staat op de Rode Lijst van Nederlandse broedvogels als 'ernstig bedreigd'. Wereldwijd geldt de soort niet als bedreigd. In Europa is dat anders, daar gaat het snel achteruit met de dwergmeeuwen (status: Near Threatened). In Nederland komen nog maar incidenteel een paar dwergmeeuwen tot broeden als gevolg van het verdwijnen van geschikte leefgebieden, zoals grootschalige laagveenmoerassen, met nabij ondergelopen grasland. De laatste jaren bevindt zich de enig bekende broedlocatie die regelmatig bezet is op De Kreupel in het IJsselmeer.
Rode Lijsten bevatten soorten die bedreigd worden of kwetsbaar zijn. Rode Lijsten hebben geen officiële juridische status, maar hebben in de praktijk wel een belangrijke signaleringfunctie. Voor deze soorten geldt een hogere prioriteit bij het nemen van actieve beschermingsmaatregelen, bijvoorbeeld door hun leefgebieden te verbeteren. Download het Basisrapport voor de Rode Lijst Vogels volgens Nederlandse en IUCN–criteria.
Vogelbescherming heeft zich enorm ingespannen voor de kwaliteit van moerasgebieden. Onder meer door het opstellen van een Beschermingsplan Moerasvogels en door actieve inbreng bij de beheerplannen van Natura 2000-gebieden. Voor het beschermen van de kwaliteit van belangrijke wetlands heeft Vogelbescherming een netwerk van vrijwillige WetlandWachten. Zij fungeren als ogen en oren in het veld en rapporteren over misstanden en treden dan ook op met hulp van Vogelbescherming. Daarnaast is Vogelbescherming vaak betrokken bij de aanleg van zogeheten nieuwe natuur zoals de klimaatbuffers. Dat alles heeft voor de dwergmeeuw vooralsnog geen effect gehad.
Voor het aantrekken van broedende dwergmeeuwen is de aanwezigheid van grootschalige, zoete of brakke wetlands cruciaal, evenals veel ruimte voor natuurlijke waterdynamiek. Maar ook rust en weinig verstoring door grazers en predatoren is belangrijk. Met het juiste beheer zijn er wellicht kansen voor deze soort in Nederland, maar Nederland ligt ver buiten het reguliere broedverspreidingsgebied van de soort, dus groot zal een eventuele populatie niet worden.
De dwerggans is een beschermde inheemse vogelsoort. Net als alle andere vogels die van nature in het wild in Nederland voorkomen, zijn dwergganzen beschermd op grond van de Europese Vogelrichtlijn. De bescherming van de dwerggans wordt in Nederland geregeld door de Omgevingswet.
De wet verbiedt het om zonder omgevingsvergunning voor een flora- en fauna-activiteit:
Uitzonderingen op de vergunningplicht zijn opgenomen in de wet en bijbehorende uitvoeringsregelgeving. De provincie (en in sommige gevallen het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit) kan een omgevingsvergunning verlenen die toestaat in strijd met de verboden te handelen. Daarnaast kan de provincie (en in sommige gevallen het Rijk) vergunningvrije gevallen aanwijzen. Aan beide zijn strenge voorwaarden verbonden.
De wet bevat daarnaast algemene regels voor in het wild levende vogels:
Verschillende natuurgebieden die door dwergmeeuwen worden gebruikt als foerageergebied zijn aangewezen en beschermd als Natura 2000-gebied. Het gaat onder andere om de Bruine Bank, het IJsselmeer en de Noordzeekustzone. Voor deze gebieden gelden strenge regels voor alle activiteiten die mogelijk negatieve gevolgen kunnen hebben op de natuurwaarden waarvoor het gebied is aangewezen. De betreffende gebieden zijn te vinden in een database van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit.
© Foto's: AGAMI © Illustraties vogels: Elwin van der Kolk © Video's: Natuur Digitaal