De hulpeloze donzige pykjes zijn bijna helemaal veranderd in twee grote, nieuwsgierige jonge vogels. Wat zijn de recente ontwikkelingen en waar kunnen we naar uitkijken?
De pykjes zijn 32 dagen oud en we hebben al heel wat ontwikkelingen kunnen zien, zoals zelf hun eten afscheuren en met de vleugels slaan. Het zal nog even duren voordat ze helemaal volledig zelfstandig kunnen eten of het vliegen écht gaan oefenen.
Zelf eten
De zeearendouders blijven bij het nest wanneer ze een prooi aanleveren en helpen de jongen door stukken van de prooi te scheuren. Het voeren van de paling was een prachtig voorbeeld hiervan, waarbij één van de jongen zelf al van de prooi ging eten. Zo leren de pykjes langzamerhand hoe ze dit helemaal zelf moeten doen. Vanaf de leeftijd van 35 dagen zouden de jongen zichzelf kunnen voeden met wat hun ouders naar het nest brengen. Nog veel later – pas wanneer ze goed kunnen vliegen natuurlijk – gaan ze hun eigen prooien zoeken en vangen.
Vliegvoorbereidingen
Er zullen dus niet alleen veranderingen plaatsvinden in het eetgedrag, maar ook in het vlieggedrag. Van gebiologeerd kijken naar hun vliegende ouders naar het steeds meer zelf gaan flapperen met hun vleugels. Pas wanneer de echte veren (voor een deel) aan hun verenkleed gegroeid zijn, zullen de vliegpogingen echt zoden aan de dijk zetten – vooralsnog is het vooral het trainen van spieren met de bewegingen. Naast het oefenen met het slaan van de vleugels, is het observeren van vliegbewegingen essentieel voor de jonge vogels. Ondanks dat ze vanuit hun instinct vast ook zouden kunnen leren vliegen, zorgt het voorbeeld van hun ouders dat dit soepeler gaat, waarmee de zeearendjongen als ze ongeveer 70 dagen oud zijn waarschijnlijk hun eerste vliegpoging zullen proberen.
Vogelbescherming Nederland - Samen voor vogels en natuur
