Door
Kees de Pater
Medewerker Vogelbescherming
Geplaatst op 18 maart 2022
Afgelopen woensdag 16 maart koos Nederland nieuwe gemeenteraden. De nieuwbakken raadsleden en colleges van B&W zouden groene buurten met een Basiskwaliteit Natuur tot prioriteit moeten maken voor de leefbaarheid van hun gemeenten. De groeiende populariteit van de Tuinvogeltelling kun je zien als een fluisterende oproep daartoe. Geen spandoeken van boze mensen, maar duizenden lijstjes met mussen, mezen en merels.
Deze roep van vogelliefhebbers wordt ondersteund door een reeks aan wetenschappelijke onderzoeken en enquêtes. Uit een vorig jaar door I&O Research in opdracht van de Raad voor leefomgeving en infrastructuur uitgevoerd onderzoek blijkt bijvoorbeeld dat het overgrote deel van de Nederlanders de natuur van groot belang vindt. De meest genoemde redenen daarvoor zijn de positieve effecten van de natuur op de gezondheid, het feit dat je van de natuur kunt genieten en het belang van de natuur voor opgroeiende kinderen.
Wetenschappelijk onderzoek laat inderdaad zien dat gezondheid en welzijn baat hebben bij natuur dichtbij. Het stimuleert kinderen tot buiten spelen, wat niet alleen goed is voor hun gezondheid, maar ook voor hun cognitieve ontwikkeling. Natuur draagt ook bij aan noodzakelijke ontspanning in een tijd waarin mensen steeds meer stress ondervinden. De coronacrisis heeft dat wel heel duidelijk onderstreept. Mensen trokken massaal de natuur in.
Er is nog een belangrijke reden voor de komende gemeentebesturen om te streven naar een groene, natuurrijke stad. Onlangs kwam het Planbureau voor de Leefomgeving met een scenariostudie naar een natuurinclusieve inrichting van ons land. Daarin wordt aangeven dat een natuurinclusieve stad niet alleen bijdraagt aan ontspanning van mensen en leefgebied voor wilde planten en dieren, maar ook aan waterberging om wateroverlast te voorkomen en aan het verkoelen van de stedelijke omgeving.
Met het oplossen van de wooncrisis kunnen gemeentebesturen Nederland ook vergroenen. Door natuurinclusief bouwen tot norm te verheffen. Dat betekent dat elk nieuw of gerenoveerd huis plek biedt aan vogels en vleermuizen en een groen dak krijgt.
En dat nieuwe wijken niet ten koste van natuurgebieden gaan, maar juist zorgen voor meer natuur. Daarmee zullen de huizen en wijken die de woningnood moeten oplossen bijdragen aan herstel van de natuur en aan een gezonder en prettig leefbaar Nederland. Een land waar elk jaar met veel plezier volop vogels geteld worden in tuinen, perken en parken.
Op de website Natuurinclusief Bouwen zijn veel goede voorbeelden te vinden van wat gemeenten (en andere partijen die binnen de bebouwde kom) allemaal kunnen doen. Ook Wageningen Universiteit biedt handvatten aan.
Vogels zijn een graadmeter voor de kwaliteit van de leefomgeving. Gaat het goed met de vogels in een stad, dan gaat het goed met het stedelijk groen; ook gezond voor mensen.
Goed stedelijk groen zorgt voor verkoeling in de zomerhitte, zuivert de lucht en biedt volop ruimte aan mede-stadsbewoners, zoals huismus, gierzwaluw, merel of gewone dwergvleermuis. Kijk voor inspiratie en oplossingen op