Wat de pot zoal schafte.

Ronald van Harxen, STONE | zondag 9 juni 2019 | Vind ik leuk | Bewaar deze blog | 1080x

1389 meikevers

Van 30 april tot en met 7 juni zijn er 1389 meikevers omgezet in vleugelveren, vliegspieren, klauwen en buikvet. Stel dat ze de buit eerlijk verdeeld hadden, dan had elk jong bijna 700 meikevers te eten gekregen. Gemiddeld bijna 18 per dag, 39 dagen lang! Daarmee is de meikever dit jaar met afstand de meest aangevoerde prooi. Met 754 prooien volgen op ruime afstand de rupsen. De overige prooien zijn getalsmatig eigenlijk te verwaarlozen (zie taartdiagram hierboven). 

71 muizen

Qua gewicht - biomassa heet dat wel in de biologie - vormen muizen de belangrijkste prooigroep. De 2 niet op naam gebracht muizen, 22 ware muizen en 47 woelmuizen wogen bij elkaar ruim anderhalve kilo. Niet eens zoveel meer dan de1,4 kilo die de meikevers samen op de weegschaal deponeerden. Zonder muizen was het echter wel een flinke opgave geworden. Om nog eens anderhalve kilo aan klein grut binnen te slepen, moeten er heel wat meer voedselvluchten uitgevoerd worden dan 71 enkele reisjes met een muis in de klauwen. 

17 regenwormen

Grote afwezigen dit jaar zijn de regenwormen. Met slechts 17 exemplaren zijn er nog nooit zo weinig regenwormen aangevoerd als dit jaar, omgerekend een krappe centimeter regenworm per dag per jong. Vergelijk dat eens met de 747 vorig jaar, of de 885 in 2015! Zijn er geen regenwormen meer, zijn ze op? Moeten we ons zorgen maken en een nationaal beschermingsprogramma voor regenwormen starten? Misschien wel, maar dan om een andere reden. Wat de aanvoer naar de steenuilen betreft is er geen reden tot zorg. Er waren dit jaar meer dan genoeg andere prooien voorhanden om niet te hoeven overschakelen op regenwormen. Muizen liepen af en toe als dollemannen door het pas gemaaide gras op zoek naar dekking en voor meikevers hoefde je nauwelijks een poot uit te steken. Ze vlogen nog net niet uit zichzelf de kast binnen. Echt veel geregend heeft het overigens ook niet. Dat zal de regenwormenvangst niet bevorderd hebben. 

Klus geklaard

Het tellen van de prooi zit erop dus. Het was dit jaar - net als andere jaren overigens - weer een geweldig klus. Hulde dus voor iedereen die eraan bijgedragen heeft, de telploeg in het bijzonder. Begonnen met het eerste ei op 31 maart is er bij elkaar 1682 uur achtereen prooi geteld. Zou iemand dat in zijn eentje in werktijd hebben moeten doen, zou hij daar bijna een jaar voor nodig hebben. Behalve een houten kont en vierkante ogen zou hij of zij er beslist een psychische stoornis aan over houden, iets als Post Traumatische Meikever Stoornis (PTMS in het Handboek voor psychische stoornissen). Eerste symptonen: tellen van meikevers in plaats van schapen bij het proberen in slaap te vallen. Ik geloof overigens niet dat onze telploeg er last van heeft. Op de mail van opperteller Geert dat het erop zit meldde iedereen het met heel veel plezier gedaan te hebben en volgend jaar graag weer van de partij te willen zijn: grote klasse! Dank namens STONE en mijzelf in het bijzonder. Dankzij jullie kunnen we opnieuw een jaar toevoegen aan de reeks die in 2007 begon en inmiddels 11 jaaroverzichten telt (in 2013 en 2014 hadden we geen broedgeval voor de camera's). Het levert relevante informatie op die van groot belang is voor de bescherming van deze fantastische vogel. 

Foto meikever: Jan Stronks

Steenuilenoverleg Nederland (STONE) is een landelijke werkgroep die steenuilenbescherming en -onderzoek coördineert, stimuleert en faciliteert. Daartoe wordt samengewerkt met relevante binnen- en buitenlandse, professionele en vrijwilligersorganisaties. STONE is een vrijwilligersorganisatie, zonder betaalde krachten. Bezoek de website van STONE

Vind ik leuk
Bewaar deze blog

Meer over