Navigatie overslaan

Uitgevlogen

Steenuil

Uitgevlogen

Oehoe

Uitgevlogen

Vijver

Uitgevlogen

Kerkuil

Uitgevlogen

Koolmees

Uitgevlogen

Bosuil

Uitgevlogen

Torenvalk

Uitgevlogen

Boerenlandvogels

Uitgevlogen

Huismus

Uitgevlogen

Zeearend

Geen broedsel

Slechtvalk

Geen broedsel

Ooievaar

Geen broedsel

Merel

Geen broedsel

Visarend

Toon alle blogs & vlogs
Ronald Harxen / Fred van Diem

Door Ronald van Harxen
Voorzitter werkgroep STONE

Vroege en late

Ronald van Harxen, STONE | donderdag 18 maart 2021 | Vind ik leuk | Bewaar deze blog | 590x

Uit mijn jeugd herinner ik dat je vroege en late aardappels had. Misschien zijn ze er nog wel. Net als vroege en late kersen, peren, pruimen en appels. Maar heb je ook vroege en late vrouwen? En dan refereer ik niet aan het tijdstip van opstaan. Daar moet ik de eerste vroege nog tegenkomen.

Eerste ei

Nee, het gaat mij om het legtijdstip. Er wordt al druk gespeculeerd over wanneer het eerste ei gelegd gaat worden. Logisch, de afgelopen twee jaar was ze er met eind maart immers vroeg bij; wie weet is dat nu ook weer het geval. Dat bracht mij op het idee eens te kijken hoe het sinds de start in 2015 met de eileg is gegaan. Gemiddeld leggen de Winterswijkse steenuien rond half april, dat ter vergelijking.

Opvallend

We hebben te maken gehad met twee vrouwtjes - een van in ieder geval 2015 tot en met 2017 en de ander van 2018 tot nu. Beide hebben nu drie keer gebroed en heel opvallend: de vorige vrouw was steeds laat en de huidige steeds vroeg. Tussen beide vrouwen zat gemiddeld 14 dagen verschil. Frappant! Ook opvallend: vrouw 1 legde gemiddeld een vol ei meer dan vrouw 2 (voor hen die van tabellen houden: zie hieronder).

Tegen de regels in

Dat is eigenlijk volledig tegen de verwachting in. De theorie zegt immers dat vrouwtjes die vroeg leggen, gemiddeld ook grotere legsels produceren. Dat is hier precies omgekeerd. Dat zorgt lekker voor verwarring. Ik kan me herinneren dat we vorig jaar na de leg van het eerste ei op 30 maart en het derde op 3 april volop speculeerden over het vierde, vijfde, mogelijk zesde ei. Maar niets van dat alles, ze liet het gewoon bij drie. Helemaal verrast waren we niet overigens, want in 2019 flikte ze hetzelfde kunstje. Eerste ei op 31 maart en ook toen maar drie.

Muizen?

Nu kan het natuurlijk zijn dat er de eerste drie jaar weinig muizen waren in de periode voorafgaand aan de eileg en de laatste drie jaar veel. We weten immers: hoe meer muizen, hoe eerder gelegd wordt. Nu weten we natuurlijk niet hoeveel muizen ze in de weken vóór de eileg heeft gehad, maar wel hoeveel ze er in de leg- en broedfase heeft gehad. Dat is immers keurig vastgelegd door onze prooientellers. En wat blijkt? De laat-leggende vrouw 1 heeft over alle drie jaar 2,5 keer zoveel muizen gehad als vrouw twee. Opnieuw niet zoals het volgens de theorie zou 'moeten'.

Late en vroege dames dus

Het lijkt er dus een beetje dat behalve verschillen in de kwaliteit van het leefgebied (i.c. het aantal muizen voorafgaand aan de eileg) ook de kwaliteit van het vrouwtje een rol speelt: je hebt late en vroege (leggers).

Tip voor dit jaar: 29 maart.*


* Disclaimer: behaalde resultaten uit het verleden bieden geen garantie voor de toekomst.


STONE

Steenuilenoverleg Nederland (STONE) is een landelijke werkgroep die steenuilenbescherming en -onderzoek coördineert, stimuleert en faciliteert. Daartoe wordt samengewerkt met relevante binnen- en buitenlandse, professionele en vrijwilligersorganisaties. STONE is een vrijwilligersorganisatie, zonder betaalde krachten. Bezoek de website van STONE


Vind ik leuk
Bewaar deze blog

Meer over

Steenuil Alle Beleef de Lente blogs