Beleef de Lente 2024: veel reg..
18.07.24 Jaargang 18 van Beleef de Lente was een seizoen met twee gezichten: aan de ene kant ..
Door
Ronald van Harxen
Voorzitter werkgroep STONE
Ronald van Harxen, STONE | zondag 24 juni 2018 | Vind ik leuk | Bewaar deze blog | 858x
Spruitjes smaken u niet alleen voortreffelijk, maar hebben ook het perfecte formaat en gewicht. Hapklare brokjes zijn het. Probleem met spruitjes is dat ze lang niet overal (alleen bij de groenteboer) en altijd beschikbaar zijn. Soms zijn ze er volop, op andere momenten lijken ze wel van de aardbodem verdwenen. Op zulke momenten moet u noodgedwongen overschakelen op de doperwtjes in uw eigen groentetuin. Ook lekker. Probleem met doperwtjes echter is, dat ze nogal klein zijn. Weegt een spruitje gemiddeld 10 gram, doperwtjes komen meestal niet verder dan 0,5 gram. Een spruitje staat gelijk aan 20 doperwten. U heeft er dus veel meer van nodig. Is dat een probleem? Hoeft niet als u de doppertjes in een open gevouwen hand meeneemt naar uw keuken. Net als bij spruitjes hoeft u dan maar een keer te lopen. Maar wat als u ze één voor één zou moeten zoeken en elk erwtje tussen duim en wijsvinger naar de keuken zou moeten vervoeren? Uw dagelijkse rantsoen bestaat uit 10 spruitjes, dan wel 200 doperwtjes. Om die te plukken moet u 200 keer naar de groentetuin lopen, om het heen en weer van te krijgen. U snapt hem vast: u zou op uw blote knieën smeken dat er de volgende dag weer ergens spruitjes te koop zijn. Inmiddels denk u vast: huh … zou dit blog niet over steenuilen gaan??
Klopt, en daar gaan we het nu ook over hebben. Steenuilen zien zich namelijk voor hetzelfde probleem geplaatst als groeneters. Of je vangt elke dag een handjevol spruitjes (lees: muizen) of je verzamelt een paar honderd doperwtjes (lees: larven, rupsen, meikevers, vlinder, spinnen en andere insecten). Omdat er bij lange na niet voldoende muizen zijn om elke dag rond te komen, verzamelen ze enorme aantallen insecten om daarmee de muizengaatjes te vullen. En dat is precies wat onze Winterswijkse steenuilen dit seizoen gedaan hebben. Nu het prooitellen erop zit, is het mogelijk de balans op te maken: hoeveel insecten zijn er in totaal in de magen van de opgroeiende jongen en het broedende vrouwtje verdwenen? Het zal menig kijker verbazen, maar het zijn er drieduizendnegenhonderdenvijfentwintig, oftewel 3.925. Een formidabele hoeveelheid! Iets meer dan 82% van de prooien die sinds de start van eileg zijn geteld, betrof insecten. Slechts 1,7% bestond uit muizen. De overige 16,3% bestond uit regenwormen (15,7%), vogels, kikkers en salamanders. Hadden ze het alleen van de muizen (en andere niet-insecten) moeten hebben, dan waren ze vast de hongerdood gestorven. Zo belangrijk zijn insecten dus voor steenuilen! En zoveel hebben ze er dus van nodig als er niet voldoende muizen zijn!
Denk daar eens aan de volgende keer dat u achteloos de vliegenmepper hanteert of engerlingen uitspit en aan de hond of de kippen voert. In plaats van een meestal toch vruchteloze jacht op die irritante mug op uw slaapkamer in te zetten, kunt u haar (echt waar: alleen de vrouwtjes zuigen bloed) even haar gang laten gaan en voor bloeddonor spelen. Ze heeft namelijk uw bloed nodig om eitjes te kunnen leggen en voor nageslacht te kunnen zorgen. Het hoeft niet veel te zijn, een minuscuul druppeltje is genoeg. U mist het werkelijk niet. Beschouw het als uw persoonlijke bijdrage aan het behoud en herstel van de insectenstand.
Bedoel ik dit grappig? Ja, natuurlijk. Maar er gaat wel degelijk een serieuze boodschap achter schuil. Het herstel van de insectenstand kunnen en mogen we niet alleen overlaten aan de overheid, boeren en tuinders en de industrie. Het begint in ons eigen huis, onze eigen tuin. Hoe vaak slaan we niet een vlieg of mug dood, hanteren we niet de spuitbus om 'ongedierte' te vergiftigen, pletten we niet achteloos een spin (weliswaar geen insect, maar daar geldt hetzelfde voor), vertrappen we een pissebed (ook geen insect, maar net zo belangrijk) of verdrinken we een wesp in een gifvrije(!) met water gevulde val? Om een positieve bijdrage te leveren aan het herstel kunnen we ze het ook naar de zin maken. Zorgen dat er meer, in plaats van minder komen. Natuurmonumenten, de zusterorganisatie van Vogelbescherming, heeft daar een boeiend gidsje over geschreven, gratis te bestellen.
Is het echt zo’n grote kwestie, hoor ik u denken? Ja. Probleem is dat de achteruitgang heel erg sluipend is gegaan: langzaam en daardoor ongemerkt. Niemand slaat er acht op. Zou je sprong terug in de tijd kunnen maken, dan zou je je wezenloos schrikken. In een korte mailwisseling met de bekende ecoloog Theunis Piersma naar aanleiding van een passage over meikevers in zijn prachtige boekje de Zwaluwen van Gaast, stelde hij de vraag wanneer ik voor het laatst een langpootmug had gezien. U kent ze vast wel. Als kind noemden we ze afgekort langpoten en verbaasden wij ons over de ongemakkelijk lange poten van het dier. Als je er een wilde vangen om hem buiten te zetten, moest je altijd goed opletten dat er niet een van die staken afbrak. Wanneer had ik er voor het laatst een gezien? Ik moest het antwoord schuldig blijven.
Steenuilenoverleg Nederland (STONE) is een landelijke werkgroep die steenuilenbescherming en -onderzoek coördineert, stimuleert en faciliteert. Daartoe wordt samengewerkt met relevante binnen- en buitenlandse, professionele en vrijwilligersorganisaties. STONE is een vrijwilligersorganisatie, zonder betaalde krachten. Bezoek de website van STONE
18.07.24 Jaargang 18 van Beleef de Lente was een seizoen met twee gezichten: aan de ene kant ..
17.07.24 Wie had gedacht dat de haiku challenge zo'n succes zou worden? Ik zeker niet. Het hee..
17.07.24 Het kerkuilenseizoen van Beleef de Lente 2024 zit erop. Of zoals ze in de Achterhoek ..