Beleef de Lente 2024: veel reg..
18.07.24 Jaargang 18 van Beleef de Lente was een seizoen met twee gezichten: aan de ene kant ..
Door
Ronald van Harxen
Voorzitter werkgroep STONE
Ronald van Harxen, STONE | donderdag 26 april 2018 | Vind ik leuk | Bewaar deze blog | 758x
Meer dan 30 meter regenworm, dat is wat de jonge steenuilen sinds de start van Beleef de Lente in 2007 samen naar binnen geslurpt hebben. Dat komt neer op zo’n 35 cm, oftewel 3,5 regenworm per dag per jong. In aantallen uitdrukt: 3075 regenwormen. Tussen de jaren troffen we grote verschillen. In het regenwormenrijke jaar 2015 werden er maar liefst 885 aangevoerd, tegen slechts 74 in het regenwormenarme jaar 2010. Uiteraard moeten we daarbij corrigeren voor het aantal jongen en het aantal nestdagen, maar ook dan blijft het verschil overeind: 7,4 tegenover 0,9 per jong per nestdag. Een frappant verschil, dat om een verklaring vraagt.
Waar je natuurlijk direct aan denkt is aan de hoeveelheid neerslag. Regenwormen - what’s in a name - houden van regen. We gaan eens te rade bij het KNMI. Mei 2015 was vrij koel, vrij droog en vrij zonnig en bij juni lezen we: normale temperatuur, gemiddeld over het land droog en zonnig. Mei 2010 was zeer koel, met een normale hoeveelheid neerslag en zon en bij juni van dat jaar zeer droog, zeer zonnig en warm. In beide jaren niet echt het favoriete weertype van regenwormen, daar kan het verschil dan ook niet in zitten.
Waar het wel in zit? In het aantal muizen dat ze weten te vangen. In 2010 waren dat 24 ware muizen en 35 bosmuizen en in 2015 7 ware muizen en 26 bosmuizen. Omgerekend naar muizen per jong per teldag: 0,60 in 2010 en 0,29 in 2015. In beide jaren niet overdreven veel, maar 2015 was wel heel karig. En dan moet er natuurlijk wat anders op het bordje komen te liggen.
Bovenstaande is een mooi voorbeeld van wat het prooien tellen bij Beleef de Lente heeft opgeleverd én een voorbeeld van hoe steenuilen zich aanpassen aan de voedselomstandigheden die van jaar op jaar erg kunnen verschillen. Muizen zijn bijzonder belangrijk: ze zetten veel meer zoden aan de dijk dan klein grut als regenwormen, meikevers, larven, rupsen en kevers. Maar als er onvoldoende van zijn, moet je wel kunnen schakelen. En dat is wat steenuilen kunnen.
Het jaar 2009 was daar een extreem voorbeeld van. Er kwamen 4 jongen groot die bij lange na niet genoeg hadden aan de 25 ware muizen en 24 bosmuizen. Behalve 712 regenwormen werden er dat jaar 2597 larven en rupsen aangevoerd, 224 regenwormen, 114 vlinders, 22 vliegen en ook nog eens 651 prooien die zo klein waren dat de tellers er geen chocolade van konden maken. Samen met nog wat andere prooien in totaal 4580, een gemiddelde van welgeteld 139 per dag. Op sommige dagen vlogen de ouders zo vaak heen en weer dat ze in de vroege ochtend totaal uitgeput de nestkast binnen kwamen. Vergelijk dat eens met de 80 ware muizen en 27 woelmuizen die in 2017 in Dongen aan de jongen gevoerd werden. Daardoor waren daar in totaal slechts 1149 vliegbeurten nodig, gemiddeld 36 per dag. Muizen maken dus echt het verschil!
Foto: André Eijkenaar
Steenuilenoverleg Nederland (STONE) is een landelijke werkgroep die steenuilenbescherming en -onderzoek coördineert, stimuleert en faciliteert. Daartoe wordt samengewerkt met relevante binnen- en buitenlandse, professionele en vrijwilligersorganisaties. STONE is een vrijwilligersorganisatie, zonder betaalde krachten. Bezoek de website van STONE
18.07.24 Jaargang 18 van Beleef de Lente was een seizoen met twee gezichten: aan de ene kant ..
17.07.24 Wie had gedacht dat de haiku challenge zo'n succes zou worden? Ik zeker niet. Het hee..
17.07.24 Het kerkuilenseizoen van Beleef de Lente 2024 zit erop. Of zoals ze in de Achterhoek ..