We zien de jonge kerkuilen steeds zelfstandiger worden, en vanaf vrijdag zien we dat er nog maar drie jongen kerkuilen in de kast slapen. Zij zijn hun ruimte aan het verbreden, het einde van het seizoen lijkt inmiddels aangebroken. Tijd voor mijn laatste blog bijdrage van 2021!
Foto André Eijkenaar
…en die tiet von goan is nu gekomm’n
De jonge kerkuilen gaan iedere avond naar buiten, ze worden echt zelfstandig. Hun behendigheid in het vliegen verschilt nauwelijks meer van die van hun ouders. Die voeren hun jongen nog wel, maar dit gaat wel afnemen. Ze gaan ook zelf op zoek naar voedsel. Het jagen is weliswaar aangeboren, maar de fijne kneepjes moeten toch de komende tijd toch echt geleerd worden.
Leeg nest syndroom
Na drie á vier maanden verlaten de jongen het ouderlijk territorium en gaan op zoek naar een nieuw gebied. Aan het einde van hun eerste levensjaar zijn ze volwassen en kunnen voor nageslacht gaan zorgen. Maar er zijn natuurlijk altijd uitzonderingen, zo is er een broedgeval bekend van een vrouwtje kerkuil van vijf maanden oud!
Korte- en lange afstand vliegers
Jonge kerkuilen verspreiden zich na het broedseizoen in willekeurige richting. Bijna 70% van de jonge geringde kerkuilen wordt binnen een straal van 50 km teruggevonden en 87% binnen 100 km. Slechts 2,5% van de in ons land geringde uilen wordt verder dan 300 km terug gemeld. Lees het blog van de uil die naar Noorwegen vloog.
Bedreigingen
Voedselschaarste. Strenge winters. Het verkeer. De bedreigingen voor de kerkuil zijn legio. Tel er ook de mogelijkheid van gif bij op en een gebrek aan nestgelegenheid. Ook zijn er natuurlijke vijanden, zoals de havik, oehoe en de steenmarter. Maar ik ga ervoor dat onze K1, K2, K3, K4, ergens in de buurt van het Woold, waar kleinschalig cultuurland is, een eigen nestplaats zullen vinden. Het ga jullie goed!
Foto André Eijkenaar
De stichting Kerkuilenwerkgroep heeft tot doel het ‘beschermen van de kerkuil’ door ‘het geven van voorlichting en educatie, door het plaatsen van nestkasten en het verzamelen en registreren van gegevens’. De stichting is een overkoepelende landelijke organisatie met ongeveer 1.000 vrijwilligers, die werkzaam zijn in 16 regio’s die landelijk ruim 10.000 kerkuilnestkasten beheren en controleren. Dankzij de inspanningen van deze vrijwilligers en de medewerking van boeren en burgers is de broedpopulatie van kerkuilen toegenomen van ongeveer 100 broedparen eind jaren ’70 tot 3.000 nu. Meer weten?
Bezoek de website van Kerkuilenwerkgroep Nederland
Vogelbescherming Nederland - Samen voor vogels en natuur
