Navigatie overslaan

Uitgevlogen

Steenuil

Uitgevlogen

Oehoe

Uitgevlogen

Vijver

Uitgevlogen

Kerkuil

Uitgevlogen

Koolmees

Uitgevlogen

Bosuil

Uitgevlogen

Torenvalk

Uitgevlogen

Boerenlandvogels

Uitgevlogen

Huismus

Uitgevlogen

Zeearend

Geen broedsel

Slechtvalk

Geen broedsel

Ooievaar

Geen broedsel

Merel

Geen broedsel

Visarend

Toon alle blogs & vlogs

Broedseizoen 2018 - deel 1

Pascal Stroeken, STONE | dinsdag 3 juli 2018 | Vind ik leuk | Bewaar deze blog | 775x

Met juli op de kalender zijn, net als bij de Winterswijkse kast, vrijwel overal de jonge steenuilen uitgevlogen. Voor ons zit het veldwerk er (bijna) op. We kunnen terugkijken op een prima verlopen broedseizoen. Tijd om de balans op te maken. Vandaag deel 1.

Helaas lukt het niet om al een landelijk beeld te geven van het verloop van het broedseizoen van de Nederlandse steenuilen. Wel hebben we de belangrijkste resultaten van ons nest- en ringonderzoek rondom Winterswijk op een rij gezet.

Het doel van dit onderzoek, ook wel broedbiologisch onderzoek genoemd, is om informatie te verzamelen over de voortplanting en de overleving. Dit zijn belangrijke bouwstenen voor het onderzoek aan de steenuilenpopulatie, waarmee trends in toe- of afname van de populatie tijdig kunnen worden gesignaleerd. Zie het als een soort van vinger aan de pols. De kennis uit onderzoek staat daarmee aan de basis voor effectieve bescherming.

101

We hadden een vol programma, het was flink aanpoten! In totaal hebben we gedurende 11 veldrondes van eind april tot begin juli, 426 bezoeken gebracht aan de nest(kast)en; dit is met inbegrip van de controles van niet bezette kasten.

Uiteindelijk volgden we dit jaar 101 steenuilenbroedparen, waaronder uiteraard het Winterswijkse webcamnest. Dit is ongeveer 20 à 25% van de totale geschatte populatie in ons onderzoeksgebied in de zuidoost-Achterhoek. Bij 96 van deze 101 broedparen is voldoende informatie verzameld om het broedsucces betrouwbaar vast te stellen.

Drie broedparen zijn na het mislukken van het eerste legsel een vervolglegsel begonnen. Van 1 van die 3 vervolglegsels weten we overigens nog niet hoe het afloopt, want de eieren zijn pas begin juni gelegd en kunnen als het goed gaat nu elk moment uitkomen. De 2 andere vervolglegsels waren succesvol, wat best bijzonder is omdat veel vervolglegsels mislukken.

Eieren en legselstart

Qua legselgrootte scoorde 2018 met gemiddeld 4,04 eieren per legsel beduidend beter dan vorig jaar (toen gemiddeld 3,73 ei/legsel) en lag het een fractie hoger dan het langjarig gemiddelde, dat net onder de 4 eieren per legsel ligt. De Winterswijkse webcammers vormden met 4 eieren dus een modaal steenuilengezin.

Wat legselstart betreft was het een heel normaal jaar. Gemiddeld werd het eerste ei gelegd op 16 april. Dat is slechts 1 dag vroeger dan het langjarig gemiddelde, dat op 17 april ligt. De Winterswijkse webcamvrouw was met een legbegin op 11 april dus iets vlotter dan haar gemiddelde collega.

Het vroegste ei werd nog net in maart gelegd (31 maart) en één dame startte pas op 1 mei, maar alle andere steenuilvrouwen legden hun eerste ei traditiegetrouw in april. Het zwaartepunt van de legselstart lag zoals gewoonlijk tussen 11 en 20 april.

Het lot van een ei

Het ultieme doel van elk gelegd ei is dat het uiteindelijk een uitgevlogen jong oplevert. Maar dat geluk is niet voor alle eieren weggelegd, zoals we tot twee maal toe in het Dongense nest hebben kunnen zien. Zo komt doorgaans zo'n 20% van de eieren niet uit en ook niet alle jongen overleven tot het moment van uitvliegen.

De totaal 346 gelegde eieren die we dit jaar telden, hebben uiteindelijk 220 uitgevlogen jongen opgeleverd. Oftewel een rendement van 64%. Dat is een hoog eisucces en daarmee scoort 2018 flink beter dan het langjarig gemiddelde eisucces dat rond de 55% ligt.

Zoomen we verder in op het lot van deze 346 eieren:

- 51 eieren zijn niet uitgekomen (15%)

- uit ten minste 254 eieren is een jong gekropen (73%)

- de overige 41 eieren (12%) bleken te  zijn "verdwenen": dit zullen vaak eieren zijn die wel zijn uitgekomen, maar waarvan het jong al was gestorven (en opgegeten). Wellicht is er ook hier en daar een niet uitgekomen ei in de maag van het vrouwtje verdwenen, net zoals we in Dongen op de webcambeelden hebben gezien.

 

Enige uitval van jongen tijdens het verblijf in het nest is gebruikelijk. Van de hiervoor genoemde 254 jongen die we maximaal tijdens onze controles hebben aangetroffen:

- vonden we bij een later bezoek 8 dood in het nest; het ging meestal om jongen die al in een zwakke conditie verkeerden en zich niet staande hebben kunnen houden tussen hun sterkere nestgenoten

- daarnaast bleken 26 van deze 254 jongen te zijn "verdwenen" ... vermoedelijk meestal in de magen van hun broers en zussen nadat ze in het nest waren gestorven.

 

Tot zover de eieren. Donderdag het vervolg, met daarin o.a. het nestsucces en het aantal uitgevlogen jongen.

 


STONE

Steenuilenoverleg Nederland (STONE) is een landelijke werkgroep die steenuilenbescherming en -onderzoek coördineert, stimuleert en faciliteert. Daartoe wordt samengewerkt met relevante binnen- en buitenlandse, professionele en vrijwilligersorganisaties. STONE is een vrijwilligersorganisatie, zonder betaalde krachten. Bezoek de website van STONE


Vind ik leuk
Bewaar deze blog

Meer over

Steenuil Alle Beleef de Lente blogs