Van balkon tot wildernis: Marieke Holtjer geeft advies

In het dagelijks leven is Marieke koffiespecialist. En als ze niet aan het werk is, kijkt ze zo veel mogelijk naar vogeltjes. Dat doet ze bijvoorbeeld in haar stadstuintje van 2,5 meter diep en vijf meter breed in Groningen. Daar heeft ze vaste gasten. “Een koppeltje Turkse tortels, kool- en pimpelmezen en kauwtjes - die vinden het spannend om in de tuin te komen. De pimpelmeesjes vliegen altijd in één streep naar het voer. De duiven zijn echte brokkenpiloten, ze zitten eerst een tijd te wiebelen en dan storten ze bijna te pletter op het voer.”

Met pinda’s, vogelpindakaas, gedroogde meelworm en vetbollen lokt Marieke het gevleugelde bezoek naar haar tuin. “Vroeger dacht ik, zoals zoveel mensen nog steeds, dat je alleen maar in de winter moest voeren, als het koud is. Nu weet ik dat je het hele jaar kan en mag voeren. Leuk om te doen en bedenk ook, veel vogelsoorten kampen met een voedseltekort, ook in de tuinen. Die zijn tegenwoordig vaak betegeld. En er worden nog steeds zoveel bestrijdingsmiddelen gebruikt, waardoor insecten verdwijnen.”

Marieke besteedt gemiddeld zo’n zeven uur aan een advies. “Twee uur voorbereiden, twee uur bezoeken en dan nog een paar uur voor het daadwerkelijke schrijven van het advies. Het belangrijkste vind ik erachter te komen wat de eigenlijke behoefte is. Pas als je dat weet kun je iets gaan bedenken."

Of een tuin nou groot of klein is, je kunt overal vogels trekken volgens Marieke. Ook maakt het niet uit of een tuin in het buitengebied of in de stad ligt. Maar als er veel groen aanwezig is, maakt dat het wel makkelijker: “Soms komen mensen net ergens wonen en treffen een verwilderde tuin. Ik zeg dan: Hoe groter de wildernis, hoe fijner voor vogels. Zij houden van vergeten schuilplekjes, lang gras en bladeren en takken op de grond.”

Maar ook in een betonnen omgeving is er ruimte om een vogelvriendelijke plek te creëren. Marieke: “Iemand met een balkon midden in de stad vroeg me wat ze kon doen voor vogels. Ik adviseerde haar onder andere om een korfje op te hangen, met daarin haar haar. Gewoon, eigen haar uit de haarborstel. Dat vinden vogels heel fijn voor in het nest.” Belangrijk is wel dat de haren in korte stukjes worden geknipt, om te voorkomen dat vogels erin verstrikt raken. In de webshop van Vogelbescherming is ook organisch nestmateriaal verkrijgbaar dat kant-en-klaar geschikt is.

Voorkeur voor een bepaalde vogelsoort heeft ze niet. In de tuin geniet ze van de Turkse tortels en de kauwtjes. Maar ze gaat ook graag op pad naar vogelrijke gebieden, zoals het Lauwersmeer. “Ik hoorde daar een keer een blauwborst, die krijg je bijna nooit te zien. Maar ineens zag ik iets knalblauws voorbijkomen. Dat was heel bijzonder.” Bij het Zuidlaardermeer stuitte ze, terwijl ze op zoek was naar een bever, op een ijsvogel. “Die zijn ook zo leuk. Klein, parmantig en kwetsbaar.”

Ook dacht Marieke een keer in eigen tuin een bijzondere, nachtelijke ontmoeting te hebben met een uil. “Het was stikdonker en ik meende een jonge uil te horen. Het kwam ook steeds dichterbij dus ik vond het hartstikke spannend. Bleek het de piepende fietsrem te zijn van de krantenjongen.”