Geplaatst op 18 januari 2015
Ook dit jaar is de huismus opnieuw de meest getelde vogel in de Nederlandse tuinen. De reden dat deze vogel op één staat is omdat een huismus in grote groepen leeft. In de telling is goed terug te zien dat het aantal huismussen in de grote steden is afgenomen. In Den Haag eindigt de huismus op de 12e plaats, in Rotterdam en Amsterdam op de 2e plaats. In de top 10 eindigt de koolmees op de 2e plaats, gevolgd door de merel. De merel is de vogel die in de meeste tuinen is gezien, koolmees en roodborst eindigen op de 2e en 3e plek.
De spreeuw eindigt dit jaar op het nippertje op de 10e plaats. De afgelopen jaren zien we het aantal getelde spreeuwen tijdens de Tuinvogeltelling afnemen. Dat beeld komt overeen met andere onderzoek: de afgelopen 30 jaar is het aantal spreeuwen met 60% afgenomen. Door het zachte winterweer van de afgelopen maanden zijn er dit jaar tijdens de Tuinvogeltelling is er een recordaantal tjiftjaffen gezien. De tjiftjaf zakt bij kouder weer af naar het Zuiden van Europa, maar uit de telling blijkt dat een groot deel dit jaar de winter in de Nederlandse tuinen door brengt. Dit jaar waren er ook diverse bijzondere vogels in de tuinen te zien, zoals een Siberische braamsluiper, langstaartroodmus en Oosterse Tortel.
De cijfers betreffen een voorlopige uitslag van zondagavond 17.00 uur. Mensen kunnen hun telling nog doorgeven tot maandag 19 januari 12.00 uur. De cijfers worden daarna gecorrigeerd door Sovon Vogelonderzoek, onder andere op onwaarschijnlijke aantallen en meldingen.
Op www.tuinvogeltelling.nl is de actuele stand van zaken te zien. Hier is ook de top 10 per provincie te bekijken.