Door
Arjan Berben
Medewerker Vogelbescherming
Geplaatst op 5 september 2016
Je had een flinke reeks vogelportretten voor ons gemaakt, maar nu zijn er voor deze nieuwe website nog een paar honderd bij gekomen. Een monsterklus!
“Ja inderdaad. Ik vind het heel bijzonder, dat er nu van mij als Nederlandse tekenaar zo’n grote serie vogelportretten beschikbaar is. En ik vind het eigenlijk ook een grote eer. Zelf ben ik als kind ooit begonnen met vogels na te tekenen van de bekende herkenningskaarten van Slijper. Ik nam ze zelfs mee naar school. De tekenleraar zei: ‘Teken nou ’s wat anders dan vogels!’ Hiermee treed ik eigenlijk in Slijpers voetsporen. Misschien gaan jongens en meisjes wel vogels tekenen op basis van mijn werk. Maar ik zou het al mooi vinden, als zij vogels beter herkennen door mijn tekeningen.”
Dat vind je belangrijk?
“Ik werk drie dagen in de week als leraar Biologie en geef les aan vwo-leerlingen. Als ik met leerlingen praat, blijkt dat ze soms vogels niet eens opgemerkt hebben, of dat ze geen verschillen zien.
Dat vind ik verontrustend. Vogels kunnen dan verdwijnen, zonder dat dat opvalt en zonder dat mensen zich er druk om maken. Ik hoop dat mijn tekeningen eraan bijdragen, dat vogels worden gezien. Ook als eerste stap naar het beschermen van de natuur, wat o zo belangrijk is. Jonge mensen schijnen wel duizend logo’s te kennen. Dus dan moet je ook het verschil zien tussen koolmezen en pimpelmezen. Iemand moet ze er wel op wijzen.”
Hoe ben je van het natekenen van Slijper een internationaal gelauwerd natuurschilder geworden?
“Door vaak en veel te tekenen. Zo heb ik mezelf ontwikkeld. Ik tekende eigenlijk altijd. En dat is nooit opgehouden. Mijn liefde voor vogels heb ik via mijn vader verder ontwikkeld. Hij is vogelaar en ik ging mee op excursie. Het tekenen ging vrij snel al heel goed. Op mijn dertiende won ik mijn eerste verrekijker als prijs bij een wedstrijd van het Vogelaartje, het toenmalige jeugdblad van Vogelbescherming. Nico de Haan reikte de prijs uit. Later heeft hij ook mijn galerie geopend in Bennekom. Johan Scherft won toen de andere hoofdprijs met een vogel van papier.
Vanaf mijn 16e heb ik veel voor Sovon getekend, zeker tien jaar lang. Ik deed dat zelfs zoveel dat Sovon Nieuws door iemand schertsend Elwin van der Kolk-nieuws werd genoemd.
Ik ben niet naar de kunstacademie gegaan. Daar was toen geen aandacht voor realisme. Behalve misschien bij Academie Minerva, maar ik kende die wereld niet. Ik wilde ook iets nuttigs doen, vogels tekenen was mijn hobby. Ik ben biologie gaan studeren en nu dus ook leraar Biologie.”
Hoe stem je lesgeven en schilderen op elkaar af? Botst dat niet?
“Ja soms wel. Vooral door het vele nakijkwerk. Maar ik heb altijd part time gewerkt. In mijn vrije tijd en tijdens die lange zomervakanties heb ik tijd voor tekenen en schilderen! Dat is overigens minder romantisch dan veel mensen denken. Ik zit vaak uren achter elkaar te werken, met een rood hoofd. Soms is het echt tobben. Dan biedt het contact met de leerlingen een fijne afwisseling. Groot voordeel is ook dat ik door mijn vaste inkomen als leraar kan schilderen wat ik wil, en dat komt volgens mij de kwaliteit alleen maar ten goede. ”
Hoe kies je de onderwerpen voor je vrije werk?
“Ik kies voor onderwerpen dichtbij. Had ik in zuidelijk Afrika gewoond, dan schilderde ik waarschijnlijk leeuwen en olifanten. In de Nederlandse natuur zijn vogels dichtbij. Maar ik schilder niet alleen vogels. En vaak gaat het me daar ook niet eens zo zeer om. Ik wil de schoonheid laten zien in iets waar anderen misschien aan voorbij gaan. Het mooie van een vierkante meter natuur. Geen spectaculaire zonsondergang, maar een takkenbos langs de weg of rode appeltjes in een boom onder een bijzondere lichtval. Het licht is voor mij heel belangrijk. Of ik onderzoek al schilderend hoe water werkt. Maar vaak is er toch wel een vogel te zien, mijn grote liefde.”
Als je een schilderij maakt, is dat dan helemaal naar de werkelijkheid?
“Ten dele. Als schilder ben ik vrij om te spelen met bijvoorbeeld compositie. Of welke planten en dieren ik in het schilderij plaats. Of welke lichtval. Maar wat ik schilder zou je buiten zo aan moeten kunnen treffen. Een hulpmiddel hierbij zijn foto’s. De natuur zit ingewikkelder in elkaar dan je denkt, en alleen op basis van schetsen en geheugen lukt het niet. De vogels zet ik vaak wel neer zoals ik denk dat het compositorisch het beste werkt. Drie vinken verspreid over het doek, werkt dan beter voor de balans dan twee naast elkaar, ook al zaten ze zo in het echt. Wat voor mij belangrijker is: lukt het om een schilderij zo te maken, zoals ik het in mijn hoofd heb. In mijn hoofd is het perfect.”
En?
“Nee, dat lukt nooit, er komt altijd wat anders uit. Uiteindelijk vind ik dat ook niet erg, maar ik blijf er naar streven.”
Je werkt zowel voor de vogelportretten als voor de schilderijen met acrylverf.
“Daar ben ik mee begonnen en bij gebleven. Het is bij mij gaan horen, niet veel andere natuurkunstenaars gebruiken deze verf. Ik heb de techniek van het schilderen met acrylverf steeds beter leren beheersen. Hoe snel de verf droogt, en hoe hij anders in een houten paneel dan in papier zakt. Ik krijg er steeds meer controle over.”
En als je vogelportretten maakt, wat vind je dan belangrijk?
“Ik wil vooral een vogel treffen. Hij moet zo van het papier kunnen lopen. Ik schilder ook vaak een houding die je buiten goed zou kunnen zien. En alles moet precies op de goede plek zitten. Veel mensen zeggen dat mijn vogels natuurlijk ogen, niet plat. Dat vind ik een mooi compliment.”
Werk je buiten of binnen?
“Allebei. Maar als het kan, ga ik graag naar buiten. Dan kan ik echt goed kijken. Zo krijg ik ook de natuurlijkheid in wat ik maak. En het goede licht. Ik houd erg van het avondlicht. Nadeel is wel, dat mensen soms over je schouder meekijken. Die hebben dan meteen een mening klaar. Ik weet dat ik er lak aan moet hebben, maar daarom ga ik toch liever een beetje van het pad af zitten.”
Welke natuurkunstenaars inspireren jou?
“Ik heb vooral veel gekeken naar Robert Bateman. Dat is een bekende Canadese schilder. Hem vind ik de beste, vanwege de sfeervolle natuur en zijn compleetheid: vogels, landschappen, zoogdieren en nog veel meer. In 1982 zag ik zijn werk voor het eerst in het blad Grasduinen en was in shock. Zo goed. Dat wil ik ook kunnen, dacht ik toen. Later heb ik een workshop bij hem gevolgd.
Larry Barth vind ik ook inspirerend. Hij maakt mooie vogels van hout. En beschildert die fantastisch. Hij snapt echt hoe een vogel in elkaar zit. Als ik gepensioneerd ben, ga ik misschien ook vogels uit hout snijden. Ik ben er onlangs mee begonnen, maar wil voorlopig mijn aandacht voor het schilderen nog niet verdunnen.”
Kijk op de site van Elwin van der Kolk.
Najaar 2017 heeft Elwin een solo-expositie in Eenrum bij Galerie het Raadhuis.
Vanaf najaar 2016 zijn alle extra vogelportretten van Elwin van der Kolk in onze online vogelgids te zien. Elwin heeft de bestaande reeks tekeningen uitgebreid met vliegbeelden, verschillende kleden en jonge vogels of vrouwtjes. Ook in de vernieuwde Zakgids Vogels van Nederland (Uitgeverij KNNV) komen de illustraties van Elwin te staan (verschijning eind 2016/begin 2017).