Navigatie overslaan

Uitgevlogen

Steenuil

Uitgevlogen

Oehoe

Uitgevlogen

Vijver

Uitgevlogen

Kerkuil

Uitgevlogen

Koolmees

Uitgevlogen

Bosuil

Uitgevlogen

Torenvalk

Uitgevlogen

Boerenlandvogels

Uitgevlogen

Huismus

Uitgevlogen

Zeearend

Geen broedsel

Slechtvalk

Geen broedsel

Ooievaar

Geen broedsel

Merel

Geen broedsel

Visarend

Toon alle blogs & vlogs

Topdrukte

Mary Mombarg, Kerkuilenwerkgroep Nederland | woensdag 17 mei 2023 | Vind ik leuk | Bewaar deze blog | 193x

We zien dat vrouw kerkuil er inmiddels voor kiest om kortere tijd mee te gaan jagen. Ze hebben immers samen een groot gezin en alle bekjes moeten wel gevoerd worden. We zullen de komende tijd gaan zien of deze strategie goed uitpakt voor het zevental jonge kerkuilen.
Foto André Eijkenaar

HET PAST NIET MEER!

De afgelopen week heb ik me regelmatig verbaasd over het feit dat alle kuikens nog steeds op de een of andere manier onder vrouw pasten. Je zou maar liefst zeven van die donsbollen onder je hebben, sommigen al van aardig formaat! Het lijkt er nu dan ook op dat de oudere kuikens toch echt onder moeders buik uitgegroeid zijn. Gelukkig kunnen de oudere kuikens zichzelf al goed warmhouden en de jongsten profiteren dan weer mee van de warmte van hun oudere broertjes en zusjes.

ZORGZAME VROUW

Vrouw kerkuil doet haar uiterste best om ervoor te zorgen dat alle kuikens aan hun trekken komen. In de nacht wordt de nieuwe voedselvoorraad aangevuld. Vrouw voert de kuikens dag en nacht met deze voorraad. Ze heeft het er maar druk mee! Meerdere keren heb ik me bij het voeren verbaasd over hoe zorgzaam ze het aanpakt: ze voert al grote stukken prooi aan de oudere kuikens, maar scheurt ook regelmatig kleine stukjes af die ze dan voorzichtig aan de allerjongsten voert. Ze weet precies wie wat voor een stukjes nodig heeft.

VOOR ELKAAR ZORGEN

Buiten de voedertijd zitten alle kuikens dicht bij elkaar. Ze houden elkaar warm, zodat moeder en vader op pad kunnen om prooien te vangen. Dit zou je kunnen benoemen als een voordeel van het grote leeftijdsverschil. De grotere kuikens kunnen hun kleinere broertjes en zusjes warmhouden, zodat pap en mam meer tijd hebben om prooi te vangen voor alle hongerige bekjes. 

LEEFTIJDSVERSCHIL

Omdat kerkuilen om de dag een ei leggen, worden de kuikens ook met dezelfde tussenpozen geboren. Dit betekent dat er een groot leeftijdsverschil is tussen het jongste en het oudste uiltje. De oudere uiltjes hebben meer tijd gehad om te groeien en aan te sterken en hebben dan ook meer overlevingskans dan de jongsten. Zeker in grote gezinnen zoals dit speelt dit mee.

RANGORDE

Bij het ouder worden van de jongen ontstaat er een rangorde in het nest: de grootste, en in de meeste gevallen ook de oudste, staat vooraan in de rij en ontvangt als eerste het voedsel. Raakt het oudste jong verzadigd, dan verlaat het zijn gunstigste positie en sluit weer achteraan in de rij.

ONTWIKKELING

Het tweede donskleed van de kuikens is halverwege de derde week volledig. Het bedekt vrijwel het gehele lichaam, behalve de buikzijde waar nog een kale plek aanwezig is. De pullen werken kleine prooidieren in hun geheel naar binnen. De ogen zijn op de twintigste dag volledig geopend en de pupil is donkerblauw. Aan de voorzijde van de kop verschijnt een hartvormig figuur van dons. Ze gebruiken hun loopbeen niet meer om zich in het nest te verplaatsen. Het is prachtig om het gesis en getsjirp te horen van de kleine uiltjes!

AFWACHTEN

Tot nu toe worden er elke nacht voldoende muizen aangevoerd, maar we zullen nog even moeten afwachten om te zien of het voedsel dat man en vrouw kerkuil binnen brengen genoeg blijkt te zijn voor alle kuikens. Aan de inzet zal het in ieder geval niet liggen en gaat het voorspoedig met het grote uilengezin.

 

 

Foto André Eijkenaar

Kerkuilenwerkgroep Nederland

De stichting Kerkuilenwerkgroep heeft tot doel het ‘beschermen van de kerkuil’ door ‘het geven van voorlichting en educatie, door het plaatsen van nestkasten en het verzamelen en registreren van gegevens’. De stichting is een overkoepelende landelijke organisatie met ongeveer 1.000 vrijwilligers, die werkzaam zijn in 16 regio’s die landelijk ruim 10.000 kerkuilnestkasten beheren en controleren. Dankzij de inspanningen van deze vrijwilligers en de medewerking van boeren en burgers is de broedpopulatie van kerkuilen toegenomen van ongeveer 100 broedparen eind jaren ’70 tot 3.000 nu. Meer weten? Bezoek de website van Kerkuilenwerkgroep Nederland


Vind ik leuk
Bewaar deze blog

Meer over

Kerkuil Alle Beleef de Lente blogs