Het vorige blog was eigenlijk het laatste, maar het voelt toch beter dat te doen als de jongen echt weg zijn. Dus hoewel het kort na het vorige is, bij deze toch nog een laatste bericht hier over onze favoriete vogel!
Vanavond, 20 juli, ging het tweede jong er vandoor. Tien over half negen was het echt niet meer te houden en dook het jong het luchtruim in. Ongetwijfeld werd het daar verwelkomd door de nodige rondvliegende andere gierzwaluwen. Want die zijn er nog. Nog héél even…
Ook al komen de ouders niet zo veel meer voeren op het laatst, er was net na het uitvliegen van het laatste jong toch nog een ouder die dat wel van plan was. Met een keel gevuld met een grote bal insecten kwam de vogel binnen, maar helaas, er was niemand meer. Het duurde vervolgens even, maar de oudervogel slikte de gevangen insecten uiteindelijk zelf maar door.
De jongen vliegen waarschijnlijk mee met grote groepen die zich in de avond verzamelen om hoog in de lucht de nacht door te brengen. De volgende dag kan dan zomaar de trek naar het verre zuiden gaan beginnen. Het verschilt hoe het met de ouders gaat. Soms vertrekt één van de ouders al vóór het uitvliegen van het laatste jong. Die hebben dan vast door dat hun taak erop zit. Maar vaak komen beide ouders nog een paar dagen na het uitvliegen van de jongen samen overnachten. Overdag komen ze niet of nauwelijks nog binnen, er is tenslotte niets meer te doen. De ouders vertrekken niet tegelijk. Dat zou ook niet zo veel zin hebben, probeer elkaar maar eens bij te houden helemaal naar Afrika vliegend. Ze zien elkaar volgend jaar weer, op precies hetzelfde nest.
Wie elkaar ook volgend jaar pas weer zien zijn de luisvliegen. De beestjes houden de gemoederen van veel kijkers bezig. Het zijn dan ook vrij grote insecten die bloed drinken bij de geliefde vogels. Bedenk wel dat de twee jongen kerngezond zijn uitgevlogen en de afgelopen weken met enorme kracht en energie hebben getraind. De Gierzwaluwluisvlieg (Crataerina pallida) is in het blog van 20 mei al uitvoerig aan bod gekomen. Ze overwinteren dus als pop in de nestruimte en beschikken over een goed afgestelde “wekker” om volgend jaar precies op tijd uit te komen. Het is niet bekend waarom in het ene nest meer luisvliegen zitten dan in het ander. In de meeste nesten zitten ze helemaal niet, in andere zitten er maar enkelen en in weer andere velen. Het leidt maar zelden tot problemen voor de vogels.
In het hele land vliegen nu jonge gierzwaluwen voor het eerst de lucht in. Wat een bijzonder idee is dat toch. Het is zo’n grote verandering, zo’n enorme vrijheid en andere blik op de omgeving en je soortgenoten.
Met die gedachte is dan toch het einde van dit laatste blog voor de gierzwaluwen van Beleef de Lente bereikt. Namens team Gierzwaluw nogmaals hartelijk bedankt voor het kijken en hopelijk tot volgend broedseizoen!
Vogelbescherming Nederland - Samen voor vogels en natuur
