De ontwikkeling van de jongen kerkuilen gaat gestaag door. Ze ontwikkelen zich zichtbaar in de nestkast. Ze oefenen druk voor hun latere leven, zoals met het aannemen van een aanvalshouding.
Foto André Eijkenaar
In de groei
K1 is vandaag precies 35 dagen, dit betekent dat zijn gewicht zo’n 318 gram moet zijn, bijna het gewicht van een volwassen kerkuil. De veren van vleugel en staart groeien snel. Het dons verdwijnt van de vleugelpennen, maar is nog volop aanwezig op de borst en lichaamsflanken. De kuikens worden actiever: ze lopen, springen en fladderen in de nestkast. En ze spelen met nestmateriaal, we gaan de komende tijd heerlijk genieten van meer activiteit in de nestkast.
Kerkuilen doen niet hun ouders na. Ze hebben instincten meegekregen die ze nu aan het oefenen zijn voor als ze buiten de nestkast komen. Zo ontwikkelen ze hun vleugels door vliegoefeningen in de nestkast te doen en binnenkort ook erbuiten. En zichtbaar is ook dat ze het bespringen van een prooi in de vingers proberen te krijgen. Zie clipje Oeps
Ook zijn de kuikens aan het fixeren. Daarmee kunnen ze later de exacte plek van een prooi bepalen en ook de afstand tot prooi inschatten. Zo leren de jonge uilen nu al de basis van de jacht.
Kortom, de ontwikkeling van de pullen gaat razendsnel.
NACHTELIJKE ACTIVITEIT
Slechts weinig nachtdieren zijn de gehele nacht actief. Het grootste deel is avond- óf ochtendactief. Tijdens de broedtijd en daarna als de jongen worden verzorgd, is de kerkuil wél de gehele nacht actief. Het gebeurt zelden dat een uil een uur wegblijft en geen voedsel aanvoert. Aan het begin van de nacht wordt de maximale aanvoer bereikt. Daarna neemt de prooiaanvoer geleidelijk af.
Volgend blog
Meer over het ringen van de Beleef de Lente kerkuilen.
Foto Hylke Zijlstra
De stichting Kerkuilenwerkgroep heeft tot doel het ‘beschermen van de kerkuil’ door ‘het geven van voorlichting en educatie, door het plaatsen van nestkasten en het verzamelen en registreren van gegevens’. De stichting is een overkoepelende landelijke organisatie met ongeveer 1.000 vrijwilligers, die werkzaam zijn in 16 regio’s die landelijk ruim 10.000 kerkuilnestkasten beheren en controleren. Dankzij de inspanningen van deze vrijwilligers en de medewerking van boeren en burgers is de broedpopulatie van kerkuilen toegenomen van ongeveer 100 broedparen eind jaren ’70 tot 3.000 nu. Meer weten?
Bezoek de website van Kerkuilenwerkgroep Nederland
Vogelbescherming Nederland - Samen voor vogels en natuur
