Beleef de Lente 2024: veel reg..
18.07.24 Jaargang 18 van Beleef de Lente was een seizoen met twee gezichten: aan de ene kant ..
Door
Joep van de Laar
Joep van de Laar, STONE | donderdag 4 mei 2017 | Vind ik leuk | Bewaar deze blog | 1049x
Het mannetje kwijt zich dus prima van dit deel van zijn opdracht. De kast is goed gevuld met lekkere muizen voor het jonge spul. Zijn eerste hoofdtaak heeft hij al eerder volbracht: nageslacht produceren, een kunstje van niks eigenlijk. Zijn tweede, het territorium en de nestplek verdedigen tegen collega-steenuilen en tegen snoodaards die het op de nestkast of de jongen hebben voorzien, tsja, die taak vraagt waarschijnlijk bij tijd en wijlen wat meer energie. Zijn derde hoofdtaak, voldoende voedsel van kwaliteit voor de hongerige jongen bij de nestkast bezorgen, zal hem de komende weken veel inspanningen kosten. Voorlopig nog geen vakantie voor hem, dus.
Een beetje mazzel heeft meneer Dongen wel. Dubbele mazzel zelfs. In zijn territorium lijken potentiële prooidieren ruim voor handen. En hij heeft maar drie mondjes te voeden.
Nu bestaat er zoiets als een optimale legselgrootte. De theorie van Lack zegt dat de gemiddelde legselgrootte in de loop van de evolutie is aangepast aan het grootste aantal jongen dat door de ouders met succes kan worden grootgebracht. Jongen in grote broedsels krijgen in het algemeen minder voedsel per jong dan in kleine.
Bij een aantal soorten is de sterfte onder de jongen van grote broedsels in het nest dan ook relatief hoog. De steenuil speelt op zeker; de gemiddelde legselgrootte ligt rond 4 eieren, grotere of kleinere legsels komen (veel) minder voor. Zo'n gemiddeld legsel levert bij hun dus de door de bank genomen de meeste gezond uitvliegende jongen op.
De kerkuil daarentegen produceert doorgaans grotere legsels. In feite nemen de kerkuilen de gok dat er tijdens het opgroeien voldoende prooidieren zullen blijven om alles vliegvlug te krijgen. En dat valt in de praktijk wel eens een beetje tegen...
Je zou kunnen zeggen, de steenuil speelt op zeker, is tevreden met een gemiddeld, maar min of meer zeker resultaat. De kerkuil neemt een gok richting maximaal broedsucces.
De steenuil begint pas te broeden als het legsel (bijna) compleet is; de jongen kruipen dan ook kort na elkaar uit het ei, zoals wij kijkers prachtig hebben kunnen meebeleven. De kerkuil daarentegen begint vrijwel meteen te broeden bij het eerste ei. Dat betekent dat de jongen met ruime tussenpozen ter wereld komen. Na een tijdje zie je dan een mooi rijtje van bijna uitgegroeide jonge uilen naar ondermaatse ukkies in de kast.
Als het de ouders lukt om voldoende prooi te bemachtigen kunnen al die kleine kerkuiltjes allemaal gezond groot groeien: een maximaal broedsucces, de gok van de ouders is geslaagd. Maar die kleintjes liggen wel 'aan de laatste mem', met alle risico's vandien. Hun grotere broeders en zusters staan vooraan als het eten wordt verdeeld. Als het dan tegenvalt met de beschikbaarheid aan prooi delven de kleinsten nogal eens het onderspit. Om te eindigen als hapje voor hun grotere broeders en zusters.
Wat een tragisch lot is dat... Maar gezien over langere termijn leveren beide strategieën kennelijk het beste resultaat op.
Steenuilenoverleg Nederland (STONE) is een landelijke werkgroep die steenuilenbescherming en -onderzoek coördineert, stimuleert en faciliteert. Daartoe wordt samengewerkt met relevante binnen- en buitenlandse, professionele en vrijwilligersorganisaties. STONE is een vrijwilligersorganisatie, zonder betaalde krachten. Bezoek de website van STONE
18.07.24 Jaargang 18 van Beleef de Lente was een seizoen met twee gezichten: aan de ene kant ..
17.07.24 Wie had gedacht dat de haiku challenge zo'n succes zou worden? Ik zeker niet. Het hee..
17.07.24 Het kerkuilenseizoen van Beleef de Lente 2024 zit erop. Of zoals ze in de Achterhoek ..