Navigatie overslaan

Uitgevlogen

Steenuil

Uitgevlogen

Oehoe

Uitgevlogen

Vijver

Uitgevlogen

Kerkuil

Uitgevlogen

Koolmees

Uitgevlogen

Bosuil

Uitgevlogen

Torenvalk

Uitgevlogen

Boerenlandvogels

Uitgevlogen

Huismus

Uitgevlogen

Zeearend

Geen broedsel

Slechtvalk

Geen broedsel

Ooievaar

Geen broedsel

Merel

Geen broedsel

Visarend

Toon alle blogs & vlogs
Ronald Harxen / Fred van Diem

Door Ronald van Harxen
Voorzitter werkgroep STONE

Het eerste ei

Ronald van Harxen, STONE | dinsdag 18 april 2017 | Vind ik leuk | Bewaar deze blog | 959x

Een van de belangrijkste verschillen tussen het broedsel in Dongen en Winterswijk zal iedereen opgevallen zijn: de Dongenaren zijn in vergelijking met de Winterswijkers 15 dagen eerder met de eileg begonnen. De vraag is dan natuurlijk: is dat toeval, of ...

Conditie van vrouw is doorslaggevend

Laten we voorop stellen: toeval bestaat niet. Maar dat wil nog niet zeggen dat we elk individueel verschil kunnen verklaren. In algemene termen kunnen we er echter zeker wat van zeggen. De start van de eileg wordt primair bepaald door de conditie van het vrouwtje. Hoe eerder zij in conditie is, hoe eerder ze het eerste ei zal leggen. Nu moeten we conditie niet vertalen als uithoudingsvermogen en spiermassa, als bij de getrainde atleet die vier keer in de week de sportschool bezoekt tegenover de luilak die liever met de beentjes op bank drie seizoenen van Breaking bad of Homeland achter elkaar kijkt.  Nee, conditie laat zich bij vogels in dit geval vertalen als gewicht. Eieren produceren kost veel energie (een legsel van vier weegt al gauw 60-70 gram, een derde van het gewicht van het vrouwtje). Ook het produceren ervan kost veel energie. Die extra energie moet uit het voedsel komen, muizen en andere prooien. Die prooien moeten gevangen worden (wat op zich ook weer energie kost), dus je snapt: hoe meer prooi, hoe eerder en hoe beter in conditie.

Timing

Nu is geschikte prooi natuurlijk niet overal en altijd in voldoende mate voorhanden. Meikevers, de naam zegt het al, zijn in mei op sommige plekken in het land massaal aanwezig. In warme voorjaren, zoals bijvoorbeeld in 2014, steken ze hun kopjes al in de eerste helft van mei boven de grond. In koude voorjaren kan het maar zo enkele weken later zijn. Dat geldt ook voor larven en rupsen en ook muizen schommelen deels mee op de voorjaarstemperaturen. Begrijpelijk, want als grassen en andere gewassen eerder beschikbaar zijn, is het zaak er op tijd bij te zijn anders kon je wel eens achter het net vissen. Bekend is het jaar waarin de bonte vliegenvangers in Afrika niet in de gaten hadden dat hier het voorjaar extreem vroeg was begonnen. Toen ze eindelijk arriveerden, waren de rupsen al over hun hoogtepunt heen. Het komt dus aan op een goede timing.

Verschil noord-zuid

Temperatuur en andere omstandigheden zijn in Nederland niet overal gelijk. Het is bekend dat het voorjaar doorgaans in het warmere zuiden van het land wat eerder op gang komt, dan in het winderige en koudere Groningen en Friesland. Diverse steenuilenprooien zullen daardoor in het zuiden wat eerder beschikbaar zijn dan in het noorden. Daardoor is het goed denkbaar dat de gemiddelde steenuil in het zuiden wat eerder met de eileg begint dan zijn verwant in het noorden van het land.

Complex

Overigens is het ook goed voorstelbaar dat er structurele verschillen zijn tussen territoria. Vergeleken met een muizenrijk territorium zal een vrouwtje in een muizenarm territorium wat meer tijd nodig hebben om in conditie komen en dus later met de eileg beginnen. Ook individuele verschillen kunnen een rol spelen: vrouwtjes die altijd wat vroeger zijn dan andere. Wat mogelijk ook nog een factor is, is de (jaag)kwaliteit van het mannetje. Hij heeft - zeker tegen de eileg aan - een belangrijke rol bij het in conditie brengen van zijn vrouw. Een handige muizenvanger kan er dus mede voor zorgen dat het eerste ei op tijd gelegd wordt. Kortom, er liggen meerdere factoren ten grondslag aan de start van eileg. Het is te verweven en te complex om het zomaar op één oorzaak te schuiven. Illustratief daarvoor is de mededeling van Guido van Paassen van de Steenuilenwerkgroep Reeuwijk: in een nestkast in de buurt van Gouda, toch eerder het winderige westen dan het zonnige zuiden, heeft een steenuil op al 18 maart het eerste ei gelegd.  


STONE

Steenuilenoverleg Nederland (STONE) is een landelijke werkgroep die steenuilenbescherming en -onderzoek coördineert, stimuleert en faciliteert. Daartoe wordt samengewerkt met relevante binnen- en buitenlandse, professionele en vrijwilligersorganisaties. STONE is een vrijwilligersorganisatie, zonder betaalde krachten. Bezoek de website van STONE


Vind ik leuk
Bewaar deze blog

Meer over

Steenuil Alle Beleef de Lente blogs