Broeden, het lijkt zo eenvoudig. Lekker een beetje soezelen op je nest, af en toe herschik je de boel eens en je man komt met lekkere hapjes. Maar niets is minder waar, broeden is geen eitje!
Zoals Sienna in haar blog al schreef, rolt Mevrouw Merel de eitjes een aantal keer per dag om. Dit zorgt voor een goede warmteverdeling in de eieren maar ook voor een goede ontwikkeling van het embryo.
Binnen in het ei
Hoe gaat dat nou eigenlijk, binnen in zo’n ei? De ontwikkeling van het kleine vogeltje begint bij de kiemschijf, dit is een plekje op de dooier. De dooier voorziet het embryo van voeding. Terwijl het embryo groeit en zich ontwikkelt tot een vogeltje, zal de dooier krimpen en tegen de tijd dat de vogel uit het ei kruipt is de dooier verdwenen. In het ei wordt de dooier door twee hagelsnoeren mooi in het midden van het ei gehouden. Hierdoor wordt voorkomen dat de dooier met het embryo aan de wand van het ei gaat kleven en het kuiken niet juist kan ontwikkelen. Het eiwit in het ei zit vol met extra voedingsstoffen en beschermt bij rollen of keren van het ei. De eischaal geeft het geheel uiteraard stevigheid maar laat ook zuurstof en koolstofdioxide door. In het ei ontwikkelt zich ook een luchtkamer, deze heeft het kuiken nodig om adem te halen tegen de tijd van uitkomen.
Een belangrijke taak
Moeder Merel heeft een belangrijke taak bij de ontwikkeling. Door het draaien van de eieren zorgt ze dat de dooier in het midden blijft en het embryo een optimale positie behoudt. Ook wordt door het keren het extern bloedvatensysteem in het ei gestimuleerd, waardoor voedingsstoffen zich goed door het ei kunnen verspreiden. Daarnaast zorgt het keren voor een goede warmteverdeling en dat vloeistoffen zich goed verdelen. Zo zorgt ze ervoor dat de kleine vogeltjes-in-wording zich optimaal kunnen ontwikkelen.
Geen eitje dus, dat broeden! De merel broedt ongeveer 12 tot 16 dagen, dus nog een weekje wachten en dan zouden we de jongen kunnen verwachten!
Vogelbescherming Nederland - Samen voor vogels en natuur
