Wonen en nestelen in de lente (5 t/m8)
Leer de verschillen tussen nesten en nestkasten en de voorkeur daarin van vogels.
Ook voeren de leerlingen in teams een mini onderzoek uit waarin ze het ideale nest van een van de volgende vogels beschrijven: gekraagde roodstaart, koolmees, merel en de slechtvalk. Hoe houden ze hun nest warm en schoon? Waarom plaatsen ze hun nest op die plek?
Dit is de inhoud van de les:
- woordweb: waar denk je aan bij het woord 'nesten'?
- video
- verschillen in soorten en plaatsen voor nesten
- voorbeeld van een nest van een ooievaar, uil en huismus
- mini onderzoek
- extra: knutsel je eigen vogelhuisje
Extra: Maak met je klas een vogelhuisje. Open de bijlage om te zien hoe je deze kunt maken.
Benodigdheden:
- voorgezaagde stukken hout
- spijkers
- hamer
- (elektriciteits)draad
- fietsband
Classificatie
Werkvorm:
- Digiles
Kerndoelen:
- 4 (informatie halen uit informatieve bronnen)
- 40 (functioneren dier in omgeving)
- 41 (bouw en functie van dieren en hun onderdelen)
- 42 (onderzoek aan materialen en natuurkundige verschijnselen)
Vaardigheden OOL:
- Verwerken en concluderen
Duur:
- 45 min